28 februari 2008

PK SGS 2008 (vervolg)

Zondag

Na enkele dagen heb ik weer tijd en moed gevonden om verder te schrijven over het PK van de SGS. Had ik bijna alles klaar, wis ik de interessantste helft van m’n verhaal. Daar kun je goed ziek van worden.

We pakken de draad weer op in het kille Rooie Kruis-gebouw in Joetregt. Geen fraaie schaakambiance. Le had mazzel: hij had een bye toegewezen gekregen. Ik vroeg me daarbij nog af of het kon voorkomen dat iedereen of zelf een bye had opgenomen of er een had gekregen. Of dat bijvoorbeeld de nummer 1 een bye krijgt in de slotronde.

In het kille gebouw gaf Melkpak zijn broertje (?) schaakles. Het zal wel niet dat ene broertje zijn dat zich "Snappi" of zo noemt op Playchess, want veel kon het gozertje er niet van.

Het zaaltje stroomde langzaam vol. De grijze Rosmuller vroeg nog aan mij of ik wist hoe je die klokken instelt. Ik had geen idee. Het waren van die grijze, antieke digitale klokken. Geen idee hoe die dingen werken.

Toen de partijen begonnen was mijn tegenstander er nog niet. Ik had zwart en mocht de klok aanzetten. Maar waar is het aan-knopje?! IK WIST NIET HOE DAT DING AAN GING! Best wel stom. Ik besloot om maar eens op de klok te drukken en warempel, hij begon te lopen.

Ondertussen zat ook Michiel Blok op zijn tegenstander te wachten. Meindert van der Linde was een beetje ziek van zijn vorige partij tegen Hugo ten Hertog, toen hij vanuit een prima stelling in tijdnood kwam. Toen hoorde je alleen maar "tjak, tjak, tjak!" en verloor hij.

Hugo speelde tegen het Melkpak. Melkpak blufte dat hij "nog wat had voorbereid" en dat hij de koploper wel effe ging tackelen. Ik was benieuwd.

Ondertussen kwam mijn tegenstander binnen, Rody F. Straat. Die "F" is heel belangrijk, want hij noteerde die "F" nadrukkelijk in zijn naam. Ik vond het eigenlijk wel grappig dat hij de eerste letter van zijn tweede naam noteerde. Waarom niet zijn volledige tweede naam? Waarom schreef hij niet beide voornamen als afkorting? Dat is dan toch veel consequenter? Ondertussen ben ik wel benieuwd waar die "F" voor staat…

De opening verliep goed. Hij speelde het beter dan Harmen van den Berg een paar maanden terug, maar ik mocht niet klagen. Die opening is niks voor wit.

Toch kwamen er moeilijkheden, omdat ik zelf niet helemaal consequent speelde. Ik verzwakte wat velden, wat toch wel hinderlijk bleef. Toen ik vervolgens op een slechte manier tegenspel vond, zag ik niet meer hoe ik onder pionverlies kon uitkomen (de computer zag het wel…)

Met nog wat activiteit voor de pion had ik nog steeds reële remisekansen.

Straat – De Groote; stelling na 35.Kf1-e2.

Ik zat hier in tijdnood en besloot om hier te "gokken" op pionwinst, omdat ik niet echt een alternatief zag. Wat deed ik en hoe maakte wit het toen uit?

Daarna gingen we nog analyseren. In de analyseruimte zaten Large en Marijntje te analyseren. Het was een scherpe partij. In de analyse werd van alles geprobeerd door de spelers zelf en het Melkpak, die hier en daar wat trucs in de stelling vlocht.

Het Melkpak had in een rare Franse partij gewonnen van Hugo ten Hertog. In de opening offerde wit twee pionnen, maar de compensatie was niet heel duidelijk. Zwart stond solide. Dat duurde echter niet lang meer. Hugo wist "binnen te komen" in de zwarte stelling. Alles leek goed te gaan voor hem, maar even later ploeterde hij weer met een loper minder door. Rare partij…

Terwijl mijn partij was uitgeanalyseerd, ging ik nog even terug naar de laatste partij. Erik Oosterom stond superieur tegen de Prins, maar vanaf dat moment ging het bergafwaarts en verloor hij zelfs.

Toen Large snel de bus ging halen, gingen de analytici naar huis. Erik O. vond Larges notatieboekje en vroeg aan mij of ik een clubgenoot was van hem. Inmiddels is het boekje terecht, neem ik aan.

Met 1½ uit 4 sta ik inmiddels in de onderste regionen. Op 15 maart zal ik moeten winnen van Han Strating, de zwakste deelnemer in deze groep. Twee jaar terug won ik nog van ‘m in de promotiegroep, dus die prestatie wil ik nu graag herhalen.

24 februari 2008

PK SGS 2008

Remises

Dit weekend is de eerste speelronde gehouden van de kampioensgroep van het Persoonlijk Kampioenschap van de SGS. De andere groepen hadden al eens eerder gespeeld.

Het PK is namelijk een erg rommelig toernooi: er zijn drie groepen: de kampioensgroep, de promotiegroep daaronder en de veteranengroep, voor ouwe lullen. Al deze groepen spelen weer op andere tijdstippen op andere locaties.

Het toernooi wordt namelijk in Utrecht gespeeld, de ene dag in het gebouw van Oud Zuilen of hoe dat ook heet en de andere dag in het gebouw van Moira Domtoren.

Op vrijdag de 22e begon het toernooi, maar omdat ik een excursie had naar Zeeland, kon ik deze ronde niet spelen; ik nam dus een bye op. De dag erna mocht ik wel meteen aan de bak en ik had geen idee tegen wie.

Nietsvermoedend stapte ik het gebouw binnen, waar ik zag dat ik tegen Erik Oosterom speelde. Vorig jaar versloeg ik hem in de laatste ronde. Dit jaar had ik zwart en dan win je niet zo makkelijk.

Sterker nog, omdat ik nogal stom een pion weggaf, mocht ik nog blij zijn met de remise die ik wist te bereiken. Zijn techniek was niet optimaal, maar dat kwam ook omdat hij niet meer zoveel tijd had. De eerste tien zetten kostten al zeeën van tijd.

Dat was het eerste halfje. Het tweede halfje kwam in de middag. Een beetje aangestoken door het remisevirus dat in alle hevigheid was uitgebroken. Zelfs de altijd strijdlustige Melkpak en Large speelden na veertien zetjes remise.

Ik speelde in de middag tegen Jaap van der Tuuk, een Nationaal Meester (!). Ik kan me niet herinneren dat ik ooit een andere NM ben tegengekomen. Een bijzondere titel, derhalve.

De partij had enige gelijkenissen met de ochtendpartij. Ook nu kwam wit een pion voor. In een Franse partij (alweer…) kwam ik een pion voor toen hij na dertien zetten theorie een zet verzon die niet helemaal bleek te kloppen. Met een pion meer bleef het nog lastig. Zwarts stukken waren actief. De aanwezigheid van ongelijke lopers maakten het mij moeilijk om te winnen, helemaal toen ik mijn pluspion weggaf.

Nee, ik had het gister niet zo. Ga ik thee zetten, vergeet ik water in die ketel (!) te doen… Ik had dan ook verwacht dat een beetje nachtrust me goed zou doen.

Om twee uur begon de vierde ronde van het toernooi. Het was in een Rode Kruis-gebouw. Een beetje een vage locatie voor een schaakclub. Toen ik binnenkwam zag ik allerlei opaatjes zitten. Dan ga je je toch afvragen of je wel goed zit. "Oh nee, dat is natuurlijk de veteranengroep", dacht ik  nog even.

Gelukkig bleek het schaakgebeuren ergens achter in het gebouw te zijn (en toen wiste ik per ongeluk m’n verhaal.) Ik verloor iig en daarmee is m’n voorlopige score -0,3 elopunt deze maand.

Partij Lars:

Lars Ootes [2241] – Marijn Otte [2286]

PK SGS 24-02 2008 ronde 4

1.e4 c5 2.Pf3 d6 3.d4 cxd4 4.Pxd4 Pf6 5.Pc3 a6 6.Lg5 e6 7.f4 Db6 8.Dd2 Dxb2 9.Tb1 Da3 10.e5 dxe5 11.fxe5 Pfd7 12.Pe4 h6 13.Lh4 Dxa2 14.Td1 Dd5 15.De3 Dxe5 16.Le2 Lc5 17.Lg3 Lxd4 18.Txd4 Da5+ 19.Td2 0-0 20.Ld6 Pc6 21.0-0 f5 22.Lxf8 Kxf8 23.Txd7 Lxd7 24.Pc5 Ke7 25.Lc4 f4 26.Txf4 Da1+ met remiseaanbod 27.Kf2 g5 28.Te4 Tf8+ 29.Kg3 e5 30.Pxb7 Tf4 31.h3 Db2 32.Lb3 Da3 33.Txe5+ Kf8 34.Pc5 Db4 35.Pxd7+ Kg7 36.Te8 Dd6 37.Tg8+ Kh7 38.Dd3+ Dxd3+ 39.cxd3 Pd4 40.Pf8+ Txf8 41.Txf8 Pxb3 42.Ta8 Pc1 43.Ta7+ Kg6 44.Txa6+ Kh5 45.Kf3

1-0

Als Large zijn boekje wil terughebben, moet ie morgen maar op de club komen ;).

19 februari 2008

Interne competitie ronde 19

€ 120,-

Gisteravond toog ik weer naar de bouwput in hartje Naarden-Bussum. Geen idee wat ze aan het doen zijn. Het was in ieder geval weer een stoffige bende. Toch leek dit maar weinig mensen af te schrikken. Het Denksportcentrum was hartstikke vol.

Omdat Le, La en PJF er niet waren, was het voor mij een vrij saaie ronde. Ewood was er alleen in het begin en de witte was kleine kinderen aan het vermaken.

En dan speelde ik ook nog tegen Bert Balke, die later kwam. Misschien had ik ook wel wat "pech" dat de ronde keurig op tijd begon (Rik Weidema schreeuwde ook door de zaal of iedereen die mee wilde doen zich al had aangekruist), wat meer uitzondering is dan regel.

De indeling was dus als volgt:
Vijvers – Pliester
Van der Poel – Wagener
Kieboom – de Ruiter
Van der Heijden – Vijn
Van Swinderen – Baart

en natuurlijk:

De Groote – Balke

Overigens was dit laatste duel de nummer 13 tegen de nummer 26 of zo. Dat klopte niet en ik kwam er later achter dat die remise van vorige week was meegeteld als een nederlaag. Nou is het zo dat ik op allerlei manieren een half punt verspeelde, maar het volle punt weggeven was wat te veel van het goede. Wie heeft eigenlijk die uitslag ingevuld?

Ook nu ging het eigenlijk weer heel soepel. Ik moest in het begin wat wachten, maar ik kwam al gauw goed te staan. Een goede stelling winnen is soms nog niet zo heel vanzelfsprekend. Fritz heeft er nooit moeite mee, maar ik wel, al viel het nu wel mee. Ik zag namelijk hoe ik naar een gewonnen eindspel kon afwikkelen. Het was mooi geweest als ik ook het mat had gezien. Dan was het echt bijna een modelpartij. Nu werd het nog even lastig om door de verdediging heen te komen.

Daarna was het tijd om de andere partijen te bekijken. Wim Vijvers werd heel rustig overklast door het Loensreptiel, al vraag ik me af hoe hij het gewonnen heeft. Na dameruil kreeg de IM twee torens op de tweede rij.

Leon zei achteraf nog: "Ik geef lessen van 30 euro per uur. Een schaakpartij is vier uur les." Zo kun je het dus ook zien… Heel overtuigend was de les met dat kromme …Ld6 niet, maar ja, Leon is nog een van de weinigen op de club die kan schaken.

Want wat ik verder zag, stemde me niet gelukkig. Oké, ik zie ook wel eens mat in twee niet, maar wat voor afschuwelijke misgrepen ik soms zie…

Allereerst de partij Simonian – De Haan. Dat zijn toch 1700-spelers. In een Aljechin liet Simonian eerst zijn centrum aan gort slaan (dat is toch wel gek denk ik dan, die 1700-spelers kunnen elkaar onderling soms veel sneller meer pijn doen dan dat veel sterkere spelers dat kunnen), maar toen ik even later keek had hij een stuk meer en won hij simpel. En dat was al om half tien.

Nee, die oproep van het Loensreptiel om wat langer na te denken was weer eens aan dovemansoren gericht. Leon wilde wel eens tijdnoodduels zien, want die waren schaars.

Nou, dan werd hij door Coen van der Heijden en Guido Vijn op zijn wenken bediend. In een toreneindspel had Coen een pluspion (f en h tegen a). Zijn h-pion was ongeveer even ver opgerukt als zwarts a-pion. In plaats van met de pion te rennen, deed Coen het rustig aan, waarna zwart eerder kon zijn. Maar ook Guido deed alles verkeerd wat hij maar verkeerd kon doen. Uiteindelijk dacht hij door middel van torenruil te winnen, maar Coen offerde de toren, promoveerde en won.

Overigens denk ik dat Vijn het sowieso niet had gered, hij had nog een minuut bedenktijd over en hij wekte niet de indruk dat hij opeens snel zou gaan zetten.

"Wat een triest niveau", treurde ik in mijn apenhoofd. Dat je een eindspel niet volgens een tablebase kunt spelen in tijdnood, dat vind ik niet zo erg, maar dat je er zo’n potje van maakt…

Nee, het niveau was niet best. Datzelfde gold voor Bert Kieboom, die met wit meestal wel remise houdt tegen Tom de Ruiter. Niet deze keer. Vorige week vond ik het nog wel lollig dat ik zonder moeite een gewonnen stelling had tegen hem en dat ik die niet wist te winnen, nu schaamde ik me er een beetje voor.

Datzelfde deed FM Henk. Met zijn Schots wist hij Florian Wagener niet te verslaan. Da’s toch wel best erg. Mijn buurman speelde zo te zien solide, maakte zo te zien geen echte fouten, al stond hij wel passief. Misschien is deze partij wel het definitieve bewijs dat het Schots niks voorstelt als opening. Dat mag ik me wel aantrekken, want mijn Schotse score met zwart is ronduit bedroevend.

Een andere goede prestatie werd geleverd door EB. Hij versloeg Rob van Swinderen met de zwarte stukken. In de opening vroeg ik me af of wit niet op e5 kon slaan, daarna vroeg ik me af of zwart wel genoeg compensatie had voor de kleine kwaliteit en op het laatst vroeg ik me af hoe wit een stuk was kwijtgeraakt.

Het was in ieder geval een knap punt van EB, wiens ster rijzende is.

Toen ook Rik Weidema klaar was en mij een halfje toekende van de vorige ronde, kon ik voldaan naar huis. Het mag misschien een beetje gek klinken, maar het was pas de eerste overwinning die ik in dit jaar heb behaald. Een overwinning in 49 dagen, dat klinkt niet best (oh nee, een beetje gek).

Uitslagen:
Vijvers – Pliester 0-1
Van der Poel – Wagener ½-½
Kieboom – de Ruiter 0-1
Van der Heijden – Vijn 1-0
Van Swinderen – Baart 0-1
De Groote – Balke 1-0

Ondertussen ben ik sneaky de top 10 binnengeslopen… Oh nee, nou weet iedereen het. xD

18 februari 2008

Eredivisie ronde 25

AZ, het nieuwe Feijenoord

De kans dat AZ dit jaar nog kampioen wordt, is alleen nog theoretisch. De ploeg van de irritantste coach van Nederland verloor in Groningen met 2-1. Gevolgen voor de stand had het niet; FC Twente, FC Utrecht, Vitesse, de Graafschap en NEC verloren ook, waardoor AZ zijn concurrentiepositie ten opzichte van deze ploegen niet zag verslechteren.

Ondertussen heeft PSV 27 punten voorsprong (56 om 29; haast het dubbele aantal punten) en zijn er nog negen ronden te gaan. Er is dus nog steeds hoop voor AZ, maar dan moeten ze opeens drie keer zo goed gaan spelen als wat ze nu doen en dan moet PSV zonder keeper gaan spelen.

De reden voor de zoveelste nederlaag van AZ was ditmaal de keeper. Tja, dat krijg je als je een goede keeper (Timmer) wegstuurt. Waar Timmer Feijenoord iedere week voor een zeker lijkende nederlaag behoed, stapelen de keepers bij AZ blunder op fout.

Ditmaal had Loowie Jongen Waterman vervangen door ene Romero. Deze keeper begon niet slecht, maar viel in de slotfase door de mand. Net toen AZ de 1-1 had gescoord, vergreep hij zich nogal knullig aan een Groningse aanvaller. Hiermee wist hij zijn 100%-score in tact te houden; in alle drie de keren dat hij voor AZ speelde, veroorzaakte hij een strafschop.

De strafschop werd benut door Groningen, dat overigens verdiend won.

Een andere ploeg die de weg een beetje kwijt is, is FC Twente. Ze proberen mooi te spelen, maar ze weten dat mooie spel niet aan effectiviteit te koppelen. Een paar walgelijke kortsluitingen deed de ploeg de das om. Roda profiteerde erg goed van de geboden kansen en won met 3-1.

Onderin deed Excelsior goede zaken door NEC op effectiviteit te verslaan. NEC, de ploeg die zo moeilijk scoort, kreeg genoeg kansen, maar ze waren niet aan de Nijmeegse ploeg besteed. Zo verloor NEC in hetzelfde stadion als waar ze AZ vorige week nog hadden geveegd.

Ook Heracles behaalde een verdienstelijk resultaat. Het sterke Heerenveen werd thuis op 2-2 gehouden. Heerenveen-coach Gertjan Verbeek had het gezicht van een oorwurm, thuis won Heerenveen nog met 9-0 van dezelfde ploeg. Liever had hij één doelpuntje van toen bewaard voor nu…

Voorin blijft NAC verbazen. Hoewel de ploeg niet beter is dan welke tegenstander dan ook, wint het wel steeds. Ditmaal was De amateuristische Graafschap het slachtoffer. Met een gasbrander werd het veld ontdooid. Op het verkoolde veld was NAC uiteindelijk de gelukkige en bleef gedeeld tweede. De Graafschap bleef twaalfde, balend dat ze van zo’n slechte nummer 2 hadden verloren.

Dat balen was nog niks vergeleken bij de keeper van Willem II, Maikel Aars of zo. Zijn ploeg verloor in de slotfase door een omstreden penalty die werd veroorzaakt door de enige Marokkaan die graag handjes schud.

In een interview na de wedstrijd met Barbara B, die de meest stomme vragen stelde, werd hij steeds bozer. Het was wel grappig om te zien.

Willem II, dat al enkele middenmoters hard had geveegd, had tegen PSV zeker recht op een punt, maar ze kregen het dus niet. Hierdoor blijft de ploeg laatste, kort achter een heleboel andere ploegen.

Nummer één-na-laatst is Sparta, het sukkeltje van de competitie. De ploeg is er na alle trainerswissels niet beter op geworden, maar wat wil je ook met zo’n keeper. Ajax mocht in de eerste helft lekker prijsschieten. 5-1 stond het met rust en toen vond Ajax het wel welletjes; het werd 6-2.

Verder herstelt VVV zich weer. Het won knap van de ploeg met het meest irritante publiek. In Utrecht werden de invallers van de plaatselijke FC met slim voetbal over de knie gelegd. FC Utrecht liep weer eens planloos op het veld te slenteren en kreeg een penalty, een rooie kaart en vier goals tegen.

1-4 werd het uiteindelijk, nadat Utrecht een penalty had gemist en VVV een handvol dotten van kansen.

Uitslagen:
Utrecht [2331] – VVV [2114] 1-4 [1-2]
Graafschap [2138] – NAC [2336] 0-1 [0-1]
Willem II [2195] – PSV [2530] 0-1 [0-3]
NEC [2261] – Excelsior [2108] 0-1 [0-2]
Ajax [2475] – Sparta [2183] 6-2 [2-2]
Roda [2348] – Twente [2382] 3-1 [1-0]
Feijenoord [2365] – Vitesse [2267] 1-0 [1-0]
Heracles [2172] – Heerenveen [2436] 2-2 [0-9]
Groningen [2335] – AZ [2346] 2-1 [2-2]

12 februari 2008

Interne competitie ronde 18

Verbouwing

Toen ik gisteravond het Denksportcentrum binnenliep was de vloer afgedekt en zag ik allemaal zakken in de zaal staan. De wc's waren kennelijk niet goed meer of zo… Terwijl ik me om de zakken manoeuvreerde, hing ik mijn jas op aan een stoffig hangertje.

Ik ging op zoek naar Le, die zijn partij van afgelopen zaterdag liet zien. Zijn tactiek is steevast als volgt: hij stelt zich solide op en wacht totdat de tegenstander een fout maakt. Meestal werkt het perfect. Le had zelf het idee dat hij slecht stond, maar dat viel reuze mee. Toen de tegenstander ook nog een pion weggaf, demonteerde hij zijn stelling door steeds meer materiaal weg te geven.

Toen klopte Ewood op m’n schouder. Ik moest me nog intekenen. De bijna jarige de witte wilde mij eigenlijk al niet indelen en Le al helemaal niet. Gelukkig bedachten Kietree en De Ruiter even later dat ze zich moesten aanmelden, waardoor de witte een nieuwe indeling moest maken. Toen de printer nog zonder inkt kwam te staan, was zijn dag weer helemaal goed.

Met veel moeite werd de indeling opgelezen:

Pliester – Fliffer
Balke – FM Henk
Emiglio – Grotovsky
De Ruiter – Le
KietreeBehirder

Ik speelde dus tegen Kietree. Twee seizoenen geleden bezorgde ik hem nog een dubbele nul, maar vorig jaar hield hij mij met zwart op remise. Met snelschaak kan ik wel van ‘m winnen, maar gewoon schaak is weer anders.

Het viel me dan ook mee dat mijn vage openingsopzet goed uitpakte. Hij had het vast wel ergens beter kunnen doen, want nu bleef er een vrij saaie stelling over met beiden een dame en twee torens. Ik wist mijn stukken actief te maken, waardoor ik nog dicht bij de winst kwam.

Uiteindelijk was de stelling of niet winnend genoeg, of was ik niet nauwkeurig genoeg. Hoe dan ook, het werd remise na lange strijd. De partij eindigde trouwens in pat.

Le was al gauw klaar. In het Russisch verloor hij al heel snel een pion, waarna Tom natuurlijk moest winnen. Tom speelde echter wat vage zetten en mompelde daarna "Ik zie het ook niet meer"; remise dus.

Ook het Loensreptiel kwam niet verder dan remise. Zaterdag slachtte hij Rob Witt nog, nu ging het met dezelfde kleur minder soepel. Fliffer kan soms best wel goed schaken. Er was maar een open lijn. Wit had op de damevleugel wat meer ruimte, maar veel was het niet. Het paardeindspel dat ik zag in de analyse was zelfs goed voor zwart.

FM Henk was de grote winnaar van de avond. Hij wist op de een of andere manier Bert Balke te verslaan. Ook Coen won, al speelde hij slechts tegen Richard Blindemann.

De langste partij van de avond was die tussen Emiglio en Ewood. Ze waren nog bezig nadat BSG 3 met 5-3 had gewonnen van Vegtlusd, waar Loekt Niesert of zo van de partij was. Ik ben even beneden geweest. Bij BSG 3 stond alleen Pieterse heel slecht, verder zag ik niet veel.

Maar goed, Emiglio en Ewood speelden geen vriendschappelijke remise. De man met 1½ uit 5 in de KNSB-competitie ging ervoor tegen de knul met 6 uit 6. Ewood leek eerst goed te staan, maar het werd minder en minder. Het eindspel was mijns inziens totaal gewonnen voor Emiglio, die een pluspion had en een actieve koning. De partij werd echter remise, wat binnen het verwachtingspatroon lag van FM Henk. Hij kreeg de voorlopige stand te zien, waarin hij naar de derde plaats was gejumpt. "Zal wel remise worden", zei hij over de enige partij die toen nog bezig was.

Veel remises dus. Zelf genoot ik wel van mijn min of meer originele partij, waarin ik zonder veel moeite op de winst kon spelen. Het gumde de minusremise van afgelopen zaterdag weer uit. En de volgende keer win ik wel weer van Kietree. ;)

Uitslagen:
L Pliester – T Slisser ½-½
B Balke – H van der Poel 0-1
E Wüstefeld – E de Groote ½-½
T de Ruiter – Le Ootes ½-½
C van der Heijden – R Lindemann 1-0
B Kieboom – J de Groote ½-½

Zodoende veranderde er bar weinig in de stand en dus moet Le weer een keertje winnen om Coen te passeren. Overigens valt het me op dat de waardes (Wrde en VWrdem wat die "V" ook mag betekenen) afhangen van BELO’s en niet van de stand op de ranglijst. Ik dacht namelijk dat dat dus van de stand op de ranglijst afhing.

Ik zal nog wel een tijdje elfde blijven…

09 februari 2008

Externe competitie ronde 5

Het engeltje van BSG

BSG is 2008 met een dubbele zege begonnen. BSG 1 won enigszins fortuinlijk met 5½-4½ van Euwe, terwijl BSG 2 met alle geluk van de wereld won van hekkensluiter Krimpen a/d IJssel. Het blijft een raar spelletje.

Op een prachtige dag in de winter ontving de koploper in klasse 1A de nummer 3. In klasse 3D ontving de nummer 7 de nummer 10. Twee niet onbelangrijke duels derhalve. De spanning was dan ook voelbaar. De tweede competitiehelft is weer begonnen, hoe zou BSG ervoor staan?

De wedstrijd

Voor BSG 1 was het fijn dat Frans Borm weer eens van de partij was. Dat scheelt toch weer een invaller. Met een extra IM begon BSG voortvarend. Het was echter de andere IM, Leon Pliester, die BSG het eerste volle punt schonk. In 21 zetjes had hij Rob Witt zoekgespeeld.

Helaas stonden daar al snel enkele nullen tegenover. FM Henk verloor vrij snel en toen Emiglio na een interessant stukoffer getruct werd, stond BSG zelfs op achterstand.

Nog erger was dat die wandelende ramp naast me het spoor plotseling volledig bijster was en na een geflipt offer ten dode was opgeschreven. Coen hield stug vol (lees: hij speelde gênant lang door), waardoor het punt pas laat bij de bezoekers terechtkwam.

Ondertussen kon ook Hans Ree zich niet onderscheiden. Hij haalde met enige moeite zijn zesde halfje binnen. Datzelfde deed Frans Borm, al was het pas zijn tweede remise.

De enige die toen echt goed stond was Ton van der Heijden. Hij was zeer te spreken over zijn kwaliteitsoffers. Hij bereikte een stelling met een vrijpion op c7, die een volle toren won. In het eindspel liet Ton zijn prooi niet meer los.

De stand was dus 3-3, maar de 3-4 hing nog in de lucht.

Behirder was in een lastige Franse partij in een lastig eindspel terechtgekomen. Terwijl hij op zoek was naar remisewegen, sloeg bord zes op hol. In tijdnood hakte Ewood zijn tegenstander fraai in een vlijmscherpe Siciliaanse Draak. A tempo werden er zetten gedaan en toen het plotseling over was ging zwart mat en werd Ewood gefeliciteerd. 6 uit 6 heeft hij inmiddels.

Behirder was in het toreneindspel de remisehaven binnengevaren. Opgelucht pakte hij het halfje; de stand was 4½-4½.

Alleen Large was nog over. Hij had een gunstig eindspel voor zijn neus, dat volgens de meeste omstanders remise was. Edwin Baart beschouwde het echter als gunstig en fluisterde mij toe dat ik wel remise mocht maken. Nu ik die remise ook had gemaakt, kon ik kijken of dat zo was. De zwarte stelling leek me beduidend beter, maar desondanks ging iedereen in de analyseruimte uit van remise. In ieder geval moest wit het bewijzen en dat lukte niet.

Daarmee was Large de matchwinner en ontsnapte BSG aan puntverlies.

BSG 2

De ontsnapping van BSG 1 was nog niets vergeleken bij de ontsnapping van BSG 2. Als je ziet hoe triest het eerste achttal van BSG speelt, is het een wonder dat ze niet degraderen. Zeker als je bedenkt dat het team er niet sterker op is geworden vergeleken met vorig jaar. Derde klasse KNSB stelt ook niet veel meer voor…

Hoe dan ook, BSG 2 kwam al snel in het nauw door nederlagen in het middenveld. Achter elkaar vielen Remmelt Otten (5), Bert Kieboom (3) en Theo Slisser (4) om. Het geluk voor BSG 2 was dat de man in vorm, Le, aan bord 1 vanuit een slechte stelling won. Dat maakte stand nog enigszins dragelijk.

Vervolgens won Chris Kooijman en brak de beslissende fase aan. Terwijl BSG 1 allang klaar was, vochten De Ruiter (2), de witte (7) en Balke (8) nog tot de laatste snik.

Tom de Ruiter koos al vrij snel voor remise, waarna alles afhing van de staartborden. De prognose was toen dat Balke won, ondanks wat weinig tijd en dat de witte remise moest kunnen houden.

De uitvluggerfase kon nog lang duren, maar toen gebeurde dit:

Balke – Huijzer

In deze stelling staat wit natuurlijk straalgewonnen. Effe met de koning naar de pion en klaar is Kees, of in dit geval Bert. Maar wat deed Balke tot ontzetting en verbazing van heel BSG?

Hij deed 1.b7???

Reden genoeg voor mij om weg te gaan. Ewood wilde iedereen (lees: Emiglio) nog gedag zeggen. Eerst kwamen we FM Henk tegen. Hij was hoofdschuddend bij het onheil vandaan gelopen en bedankte ons nog voor de punten. Emiglio zat aan de bar zijn zonden te overdenken.

Het viel me op dat Balkes tegenstander niet a tempo 1…Txb7+ had gespeeld. Blijkbaar zag hij de blunder niet, blijkens het SMS'je dat Ewood kreeg van Edwin Baart: BSG 2 had nog gewonnen ook.

Ik ben benieuwd hoe de witte en Balke nog wonnen.

Uitslagen:

BSG [2256] – Euwe [2193] 5½-4½
1. H Ree g [2432] – M Overeem f [2225] ½-½
2. L Pliester m [2383] – R Witt f [2252] 1-0
3. H van der Poel f [2311] – G van der Hoeven [2257] 0-1
4. E Wüstefeld [2244] – A Hovenga [2258] 0-1
5. La Ootes [2241] – A Moll [2238] 1-0
6. E de Groote [2233] – J de Roda Husman [2226] 1-0
7. F Borm m [2393] – G Ballon f [2141] ½-½
8. T van der Heijden [2220] – I Polak [2140] 1-0
9. C van der Heijden [2072] – P Janse [2133] 0-1
10. J de Groote [2033] – R Bödicker [2060] ½-½

BSG 2 [1980] – Krimpen a/d IJssel [2050] 4½-3½
1. Le Ootes [2074] – P Glissenaar [1973] 1-0
2. T de Ruiter [2063] – R van Keulen [2109] ½-½
3. B Kieboom [1991] – H van Dijk [2242] 0-1
4. T Slisser [2092] – M Glissenaar [2024] 0-1
5. R Otten [2034] – D Brus [2075] 0-1
6. C Kooijman [1951] – J Derksen-Harmsen wm [2073] 1-0
7. J Witkamp [1805] – F van Duin [1898] 1-0
8. B Balke [1831] – J Huijzer [2005] 1-0

De volgende wedstrijd is over vier weken, op 8 maart. BSG 1 zal dan tegen Unitas spelen. BSG 2 speelt dan tegen Leiderdorp. De wedstrijden zijn opnieuw in Bussum, dus kom kijken!

05 februari 2008

Interne competitie ronde 17

Waar is Ewood?

Terwijl ik zat te zwoegen tegen het Loensreptiel, kwam ik de witte tegen. Hij was erg trots over de nieuwe indeling van de kast en vroeg nog even waarom Ewood niet was gekomen. Ewood zou namelijk de jeugd komen trainen (of wat dan ook), maar hij had zich per SMS afgemeld.

Ik kon het niet verklaren. Hij had nog vooraf gegeten, omdat hij zo vroeg naar de club moest. Zou hij ontvoerd zijn? Het SMS'je maakte het alleen maar raadselachtiger. Had hij mij en m’n ouders gewoon voorgelogen?

Het hielp me niet om geconcentreerd te blijven tegen het Loensreptiel. Woensdag zal hij een training geven over het eindspel. Misschien dat hij daarom besloot om mijn 1.e4 te beantwoorden met 1…e5. Misschien vond hij het te lullig om Siciliaans te spelen tegen mij. Niets daarvan, zo bleek. Volgens Ewood, die ik ’s avonds gewoon in zijn kamertje tegenkwam, speelt hij al langer 1…e5.

Maar goed, na 1.e4 e5 2.Pf3 Pc6 3.Lb5 a6 4.Lxc6 dxc6 stond ik natuurlijk gewoon wat beter. Ik was wel benieuwd of ik zo’n stelling tegen een sterkere speler zonder brokken te maken kon uitspelen. Eerst deed ik het nog wel goed met 5.0-0 Lg4 6.h3 h5 7.d3 Df6 8.Le3 Lxf3 9.Dxf3 Dxf3 10.gxf3 Ld6 11.Pd2 Pe7 12.Tfb1 f5.

Als ik het goed heb onthouden, is nu 13.b4 de zet. Gewoon lekker knallen op de damevleugel. Ik was echter gefixeerd op het standaardplan tegen een f6-opstelling. Dan speelt Pd2-c4, gevolgd door Kg1-f1-e2 wel lekker. Met de pion op f5 is het een heel ander verhaal. Er dreigt trouwens 13…f4 en onder omstandigheden kan zwart de f-lijn (half) openen.

Ik speelde dus 13.Pc4 en na 13…Pg6 14.Kf1 (tegen 14…Ph4) 0-0 15.Ke2 fxe4 kon ik weer kiezen. Ik deed het "logische" 16.fxe4, maar misschien was het lelijke 16.dxe4 ook niet zo gek. Je krijgt wat druk over de d-lijn, na ruilen op d6. Verder kan je f3 dekken met Td3. Het nadeel is dat je twee zwaktes hebt op de f-lijn. Als zwart zijn torens op de f-lijn zet, kan iets met g5, h5 en g5-g4 heel vervelend worden. Na 16.fxe4 Pf4+ 17.Lxf4 Txf4 had zwart al een klein plusje. Ik besloot de zwarte loper, die op de langere termijn sterker is dan het paard, maar meteen te ruilen en vervolgens ging ik mijn stelling verdedigen.

18.Pxd6 cxd6 19.Tg1 Taf8 20.Tg2 Ik zag hier meerdere verdedigingsmogelijkheden. Ik kon heel passief met h4 en Th2 voortzetten, of gewoon de torens op de g-lijn kwakken. In beide gevallen hoeft wit niet te vrezen.

De partij ging verder met 20…Kh7 21.T1g1 g6. Na lang nadenken besloot ik tot 22.Txg6. Ook een zet als 22.f3 was mogelijk. Nu werd het nog even link: 22… Txf2+ 23.Ke1! 23.Kd1 is slecht vanwege 23…Tf1+. Nu verliest 24.Txf1 Txf1+ 25.Ke2 Kxg6 26.Kxf1 Kg5. Beter is 24.Ke2, maar dan is 24… T8f2+ 25.Ke3 Txg1 winnend. Na 23.Ke1 zit er geen goede afwikkeling in voor zwart. Na 23…Tf1+ 24.Txf1 Txf1+ 25.Kxf1 Kxg6 is 26.h4! remise.

Leon sloeg maar de ongedekte pion: 23… Txc2 ,maar ook nu heeft wit veel wegen naar remise. Leon kwam met het simpele 24.T1g3, gevolgd door 25.T6g5. De matdreigingen verhinderen dat zwart kan winnen. Het nut van 24.T1g3 is dat h3 is gedekt, zodat h5 niet gedekt kan worden door ergens …Txh3.

Ik bedacht het minder simpele 24.Tg7+ Kh8 25.T1g6. Die toren moest natuurlijk weg. Ik had nu twee torens op de g-lijn, wat eigenlijk een gespiegelde tweede rij is. Toch wilde ik de torens op de zevende rij krijgen. De torens staan nu zo opgesteld, dat de toren op f8 op de achtste rij moet blijven om eeuwig schaak te verhinderen. Dat was de clou van de verdediging. Na 25…Txb2 26.Tc7 Tff2 had ik de volgende zet bedacht: 27.Tcg7! en de toren moest weer terug. Dat deed 'ie niet en Leon liet zijn zet 27…Tbe2+ volgen door een remiseaanbod. Dat kon ik natuurlijk niet weigeren.

½-½

Na de partij werd ik door zowat iedereen gefeliciteerd. Ik vond het wel grappig. Gefeliciteerd worden omdat je met wit in een iets mindere stelling remise houdt. Ach ja, ik moet die opening maar eens goed bestuderen voor de snelschaakmatch tegen Leon.

Ik was vrij snel klaar en kon nog een beetje kijken hoe de rest het deed. De "goeien" hadden het lastig. Coen, die met een rare grimas het lokaal binnenliep, zat meteen al te klagen dat 'ie weer zwart had en hoe dat kon. Rik Weidema, die de indeling had gemaakt en bovendien zijn tegenstander was, zei dat hij er ook niks aan kon doen. De tweede competitiehelft is namelijk begonnen, wat betekent dat alles weer op "nul" staat. In de partij stond Weidema overigens lange tijd erg goed.

Zelfs de oude Bert Kieboom stond goed met zwart tegen FM Henk. Toch leek het er op dat hij betere mogelijkheden onbenut liet. Wat de uitslag is geworden, weet ik niet.

Verder speelde BSG 4 nog in de bovenzaal. Blijkbaar was er beneden geen ruimte. Nu was er boven geen ruimte meer. BSG 4 werd met 3-5 ingemaakt door Zeist 3. De overwinning van Zeist was volkomen verdiend. Een snelle nederlaag van Tijssens werd nog gecompenseerd door een snelle zege van Fikkert, maar daarna was de koek wel zo’n beetje op.

Aan bord 1 werd Swart in het middenspel keihard matgezet. De zwartspelers scoorden sowieso niet goed. Alleen aan bord vier was er een uitzondering. De oude Kok stond heel slecht en werd in het eindspel uitgetikt. Zodoende werd het dus een 3-1-zege met wit en een 4-0-nederlaag met zwart.

Tom de Ruiter won met zwart opvallend gemakkelijk van Florian Wagener of zo, maar de klapper van de avond was de nederlaag van Fliffer tegen Le. In een min of meer gelijke stelling besloot Fliffer een kwaliteit te offeren. Zoals gewoonlijk klopte er weer geen ene drol van. Uit beleefdheid dacht Le nog een tijdje na over zijn tegenzetten. De aanvallend opgestelde dame op h7 stond uiteindelijk zo erg in de hoek gepropt, dat ze geruild werd. Met een kwaliteit en wat pionnen minder ploeterde Fliffer nog een tijdje vruchteloos door.

Zodoende sloeg Le al heel snel zijn slag in deze tweede competitiehelft. Op naar de play-offs!

Uitslagen:
Behirder – L Pliester ½-½
F Wagener – T de Ruiter 0-1
T Slisser – Le Ootes 0-1
H vd Poel – B Kieboom …
R Weidema – C vd Heijden …

Wie weet die laatste twee uitslagen? Mijn twee trouwe lezers toch wel?

03 februari 2008

Eredivisie ronde 21 t/m 23

Trainerscomplot

Het gaat niet goed met het Nederlandse voetbal. Clubs worden leeggekocht en trainers worden weggelokt naar het buitenland. Ondertussen zijn bijna alle Nederlandse ploegen uitgeschakeld in Europa. Maar er gloort hoop.

Want zie hoe Ronald K. het loopt te verkloten bij Valencia. Lekker ruzie maken, de beste spelers de deur uit schoppen en vervolgens bijna elke wedstrijd verliezen. Dat versterkt Nederlands concurrentiepositie, dus ga vooral zo door!

Winterstop

In de Nederlandse competitie werd de afgelopen week opeens veel gespeeld. Bijna elke dag van de week werd er wel een voetbalwedstrijd gespeeld. Door de vreemde winterstop waren er wat voetballoze weken. Dan moeten er dus weken zijn waarop er extra veel wordt gespeeld. Daar kwamen ook nog wedstrijden bij die eerder niet door konden gaan.

Wedstrijden

Voorin kwam veel tekening in de stand. PSV was de gelukkige door twee keer met 0-2 een Noord- Hollandse concurrent te verslaan. Eerst was Ajax aan de beurt. De Amsterdammers sprongen zeer slordig om met de geboden kansen en dat was het voornaamste verschil tussen beide ploegen.

Tegen het tegenvallende Feijenoord konden ze hun gram halen. Feijenoord, dat uit drie opeenvolgende thuiswedstrijden vijf punten had gepeurd, maakte een zwakke indruk. In de ArenA waren ze in een vijandige omgeving, waar ze op eigen kracht moesten zien te overleven. Dat lukte voor geen meter. Ajax speelde erg goed en had zomaar met 6-0 kunnen winnen van de Rotterdamse ploeg, die als los zand aan elkaar hing.

Ondertussen is het zielige AZ nog steeds niet van die elfde plaats af. Dat mag eigenlijk nog een klein wonder heten. Tegen NAC gaven ze in de slotfase een 1-0-voorsprong weg; het werd 1-2. Tekenend voor het seizoen. De 3-0-nederlaag tegen Willem II was echter helemaal onverklaarbaar. AZ kon geen vuist maken. Tegen Feijenoord werd een zwaarbevochten 2-2-gelijkspel behaald. Volgens Van Gaal had zijn ploeg het erg goed gedaan; ze speelden tegen 13 man: 11 van Feijenoord, het publiek en de scheids. De scheidsrechter zou namelijk tegen AZ zijn. Hierbij ging Van Gaal helemaal voorbij aan de handsgoal van Pelle. "De hand van god", maar Pelle is geen god, slechts een zeer matige aanvaller op Eredivisieniveau.

Als Van Gaal zijn verhaal kracht had willen bijzetten, had 'ie nog kunnen zeggen dat ze ook nog tegen hun eigen keeper speelden. Jongen Waterman ging bij beide treffers lelijk in de fout. Zonder dat gestuntel had AZ makkelijk kunnen winnen.

Vervolgens ging tegen PSV weer van alles mis. Met zwart speelde AZ nog gelijk, met wit gingen ze er hard af. Al binnen een half uur keek AZ tegen een grote achterstand aan.

Als ze deze lijn weten vol te houden, komen ze nog in aanmerking voor de nacompetitie.

Subtoppers

Waar het wel goed bij gaat, is Heerenveen. De Friezen winnen echt alles en niet zelden met ruime cijfers. Na AZ (4-0), werden ook VVV (5-1), De Graafschap (0-3) en Vitesse (7-0) naar de slachtbank geleid. Minder goed gaat het met Twente. De slechte reeks werd ingeleid door een ontluisterende 3-1-nederlaag bij Feijenoord. Twente was in de eerste helft veel beter, maar bij de rust stond het 1-1. Na rust waren de bordjes verhangen en verloor Twente alsnog vrij dik.

Daarna verloor het thuis van Sparta (1-2) en kwam het tegen een verdedigend NAC een vroege achterstand niet te boven.

De losers

Onderin vangt VVV de klappen op. Na een remisereeks verloor het plotseling dik van Heerenveen, waarna Heracles in Venlo een zeldzame uitzege boekten, het werd een voor Heracles zeldzaam luxe 0-5-zege. Vervolgens legde Sparta de ploeg thuis met 2-0 over de knie.

Uitslagen:

Ronde 21:
Willem II [2155] – Vitesse [2282] 4-0 [0-1]
Graafschap [2138] – Roda [2367] 2-1 [0-1]
Heerenveen [2407] – VVV [2148] 5-1 [4-0]
Feijenoord [2350] – Twente [2424] 3-1 [0-2]
Heracles [2160] – Excelsior [2107] 2-0 [1-1]
Ajax [2488] – Utrecht [2362] 2-0 [1-0]
AZ [2424] – NAC [2276] 1-2 [3-2]
Groningen [2334] – NEC [2215] 5-1 [1-5]
PSV [2507] – Sparta [2176] 3-1 [4-1]

Ronde 22:
Roda [2351] – NAC [2290] 0-2 [0-0]
Graafschap [2154] – Heerenveen [2414] 0-3 [3-2]
Willem II [2181] – AZ [2410] 3-0 [0-2]
VVV [2141] – Heracles [2173] 0-5 [0-0]
PSV [2511] – Excelsior [2094] 2-1 [4-1]
Vitesse [2257] – Ajax [2498] 2-2 [1-4]
Feijenoord [2368] – Groningen [2347] 1-1 [2-3]
Twente [2406] – Sparta [2173] 1-2 [1-1]
NEC [2203] – Utrecht [2352] 2-0 [2-3]

Tussenronde:
Ajax [2514] – PSV [2512] 0-2
Feijenoord [2354] – AZ [2466] 2-2

Ronde 23:
Heracles [2190] – NEC [2224] 0-2 [0-3]
Utrecht [2331] – Willem II [2208] 2-0 [4-1]
Sparta [2189] – VVV [2123] 2-0 [0-2]
NAC [2308] – Twente [2390] 1-0 [1-1]
Excelsior [2093] – Graafschap [2147] 1-1 [1-1]
Ajax [2476] – Feijenoord [2371] 3-0 [2-2]
AZ [2378] – PSV [2525] 0-2 [1-1]
Groningen [2349] – Roda [2333] 1-1 [1-5]
Heerenveen [2420] – Vitesse [2266] 7-0 [1-0]

01 februari 2008

Ratinglijst

De ratinglijst van februari leverde weer de nodige mutaties op. Dit heeft te maken met het feit dat de ratings anders worden berekend of zo. Ik snap het nog steeds niet echt, maar ja. In ieder geval is de KNSB-competitie meegeteld. Verder zijn de JJC’s meegeteld, net zoals het PJK van de SGS en o.a. het Harmonietoernooi, als ik het goed heb.

De lijst met vrienden en bekenden ziet er nu zo uit:

Vin$ 2316 (2318)
Large 2241 (2202)
Ewood 2233 (2183)
Robin Oscar 2184 (2233)
PJF 2084 (2081)
Le 2074 (2031)
Behirder 2033 (2010)
Pascal L. 2031 (2031)
Pinda 1931 (1981)
Sizzel 1911 (1911)
De witte 1805 (1776)
Kleine Claudia 1788 (1755)
Bart 1688 (1636)
EB 1685 (1637)

Over het algemeen een stijgende trend. Zelf steeg ik naar 2033 (!), waardoor ik zelfs Pascal L. voorbij ben. Pinda had meer tegenwind; voornamelijk door de JCC zakte hij liefst 50 punten. En hij was al zo veel gezakt. :(

Wat meer "onderin", wat nog steeds (boven)gemiddeld clubniveau is, pakten de witte en Kleine Claudia enkele tientallen elopuntjes, terwijl Bart en EB (!) zo’n 50 punten stegen.

Elo-inflatie

Laatst keek ik hoe Vin$ bulletpartijen speelde tegen een "nieuwe" speler. Het was een of andere grootmeester die werkelijk waar alle partijen won. Hij wachtte eerst tientallen seconden en knalde er dan binnen fracties van seconden sterke zetten uit. Volgens een gast was het een cheater en dat idee had ik ook.

Deze knakker, zelf een 2700-speler, opperde dat het misschien een truc was om de ratinginflatie een halt toe te roepen. Volgens hem lagen de blitz- en bulletratings zo hoog omdat die speeltempi vaak werden gespeeld. De "langzame" rating lag veel meer in de buurt van de "echte" rating. Dit kwam volgens hem omdat er bij elke partij ratinginflatie ontstond.

Dit klonk mij raar in de oren. Als er een partij wordt gespeeld, zal er praktisch altijd ratinguitwisseling plaatsvinden. Maar netto gaan er geen elopunten verloren, net zomin als dat er elopunten bij komen.

De enige uitzondering is bij startratings. Elke speler, ongeacht het niveau, begint op Playchess met een rating van 1590. Dit is een beetje een gammele constructie, vind ik.

Hoe dan ook, een sterke speler zal in het begin vaak winnen en daardoor hard stijgen, waarbij hij nog wordt geholpen door een extra grote K-factor.

Alleen hierdoor kunnen er extra ratingpunten in het systeem komen. En daar is al op voorzien: de startrating van 1590 is zo’n 50 punten lager dan het gemiddelde niveau.

Hierdoor zou je verwachten dat de elo’s wel min of meer stabiel blijven en ook ikzelf heb niet het idee dat het steeds makkelijker wordt om een hoge rating te halen op internet.

Vroeger had ik eens 2300 bullet gehaald, nu lukt me dat (tot mijn frustratie; ik ben toch beter dan anderhalf jaar geleden?!) niet meer. De 2700-knakker zei dat hij vroeger 2600 was en dat hij nu bijna 2800 was. Misschien is hij de uitzondering die de regel bevestigt…

Ook in het KNSB-ratingsysteem wordt vaak gesproken over inflatie. Mensen die zonder iets te spelen opeens een puntje rijker worden. En toch betwijfel ik het. Ik snap nog steeds niet hoe er gecompenseerd wordt voor spelers die overlijden en daarmee veel punten uit het systeem jatten. Ze worden "vervangen" door jeugdspelers, die vaak zwaar underrated zijn.

Als je kijkt naar het niveau van de wereldtop, dan zie je dat de 2800-grens nog steeds moeilijk te slechten is. Waarschijnlijk is het alleen nog maar moeilijker geworden. Er zijn nu veel meer wereldtoppers (2700+) dan vroeger. Bovendien zijn ze dusdanig "gehaaid", dat ze de allersterksten vrijwel altijd op remise kunnen houden. De matige prestaties van Topalov en Kramnik in Wijk aan Zee zijn niet onverklaarbaar.

Het niveau is dus steeds hoger geworden en het valt niet mee om als wereldkampioenskandidaat de concurrentie een stap voor te blijven.

Ratings zeggen dus ook niks over het niveau. Een speler kan veel meer rating verdienen door een slechte partij te winnen, dan dat hij in een uitstekend gespeelde partij niet verder komt dan remise. Dat is de zwakke plek van het ratingsysteem.

Het spelniveau is natuurlijk niet te controleren. Behalve dat alle partijen grondig moeten worden geanalyseerd, zou er eigenlijk ook nog een psychologisch aspect worden meegewogen.

Veel makkelijker is het dus om het niveau van een speler te testen door hem te laten schaken tegen andere spelers. Het probleem is dat de uitslag van een partij dan over beide spelers wat zegt. De winnaar heeft goed gespeeld, maar de verliezer heeft het slecht gedaan.

En wat te denken van twee bevriende spelers die negen doldwaze zetten doen en dan remise spelen (nadat een van beiden mat stond)?

FIDE-rating

Bij de FIDE was het tot enkele jaren geleden gebruikelijk dat alleen "sterke" spelers een FIDE-rating hadden. De grens lag op 2200. Dat betekende als een <2200-speler een goed toernooi speelde, dat hij dan best wel eens een FIDE-rating kon krijgen. Vervolgens kon hij zijn vorstelijke 2200-rating niet handhaven en verdween weer uit de lijst. De schade die de speler had aangericht, was dat er punten aan het systeem werden toegevoegd.

Dit euvel werd uit de weg geruimd door de drempel te verlagen naar iets als 1600. Hierdoor kreeg half Nederland ineens (de mogelijkheid) een FIDE-rating te behalen.

Door de inflatie van de FIDE-ratings door het bovengenoemde mechanisme liggen de FIDE-ratings momenteel zo’n 100 punten hoger dan KNSB-ratings. Een speler met 2000 KNSB heeft gemiddeld ongeveer 2100 FIDE. Dit verschil wordt langzaam minder en boven de 2300 zijn FIDE- en KNSB-rating bij de meeste mensen wel ongeveer gelijk.

Een sterke speler met een rating van boven de 2300 zou door de hogere K-factor zelfs iets harder kunnen stijgen met zijn FIDE-rating dan met zijn KNSB-rating.

Toch zitten er nog veel haken en ogen aan het FIDE-ratingsysteem:

  • Niet alle toernooien tellen mee voor FIDE-rating
  • Tussentijdse ratingmutaties worden niet doorgevoerd in de verandering in verwachte scores
  • Er vindt verder ook geen iteratie plaats; de ratings kunnen zeer onnauwkeurig zijn
  • De FIDE maakt nog wel eens rekenfouten
  • Voor ratingverschillen van boven de 350 elopunten blijft de verwachte score constant op 0,89-0,11. Dit benadeelt de zwakkere speler.

Bij punt 2 bedoel ik dat een speler met een lage rating (bijvoorbeeld 2100) aan een competitie kan meedoen. Stel dat de speler op dat moment al een veel hoger niveau heeft en nog steeds sterker wordt, dan kan hij met die lage 2100-rating zeer veel elo winnen.

Punt 3 is bijna hetzelfde. Stel dat diezelfde 2100-speler meedoet aan behoorlijk wat toernooien. Zijn TPR's liggen allemaal rond de 2200. Dan kan het zo zijn dat hij door de accumulaties van overscores boven de 2200 uitkomt, een niveau dat boven zijn TPR's en beginrating ligt.

KNSB-rating

De KNSB-rating is betrouwbaarder. Toch heeft de KNSB-rating ook een zwakke plek: De K-factor is variabel met de rating. Tot 2000 is hij 30, daarna neemt hij elke 20 elopunten met één af. Boven de 2400 is de K-factor 10, dat is echt erg weinig.

Het zwakke punt hieraan is, dat er punten aan het systeem kunnen worden toegevoegd of weggehaald. Een "zwakke" speler die wint van een "goede" speler, voegt veel punten toe aan het systeem. Omgekeerd gaan er wat punten verloren.

Nu is er een effect dat punten in het systeem brengt: een speler die bijvoorbeeld ongeveer 2200-niveau heeft, zal goede en slechte periodes kennen. Als de speler een goede periode heeft, zal zijn rating stijgen, totdat de rating hem stabiliseert. Als hij daarna in een mindere periode zit, zal hij hard vallen. Het verschil is alleen dat hij in zijn weg omhoog een hogere K-factor had en daardoor minder boven zijn verwachting hoefde te presteren. Bij zijn val werd hij enigszins beschermd door de lagere K-factor.

Hierdoor zou dus inflatie kunnen optreden. Ook kan er inflatie optreden omdat de speelsterkte niet normaal verdeeld is. Zwakke spelers zouden betere kansen hebben tegen sterkere spelers dan het ratingsysteem voorschrijft. Hierdoor kan ook weer inflatie ontstaan.

Verder dacht ik dat er misschien nog inflatie kan ontstaan doordat lagergerate spelers statistisch vaker underrated zijn dan hogergerate spelers, maar ik weet niet zeker of dat klopt.

Misschien is er juist deflatie op deze manier omdat hogergerate spelers fanatieker zijn en daardoor juist underrated zijn.

Misschien is het een goed idee om de inflatie in het juiste perspectief te zien. Stijgen de ratings evenveel als het niveau? Dat zou een uitdagend onderzoek zijn.