30 april 2017

Bottas wint slaapverwekkende Grand Prix van Rusland

Echt geweldig was hij niet aan het seizoen begonnen. Hoewel hij twee weken terug in Bahrein nog op pole stond, gaf Luis hem in de races steeds het nakijken. In Rusland was alles anders. Valtteri Bottas pakte de overwinning, voor beide Ferrari’s, terwijl Luis op grote achterstand als vierde eindigde.

Een dag eerder was er van vreugde bij Mercedes geen sprake. Voor het eerst in het seizoen waren de Ferrari’s in de kwalificatie sneller. Fattle pakte de pole, terwijl teamgenoot Räikkönen zowaar in de buurt bleef en de tweede startplaats opeiste, waarmee hij de feestvreugde bij de Italianen compleet maakte. Het was voor het eerst in bijna negen jaar dat beide Ferrari’s vanaf de eerste startrij vertrokken. De Mercedes startten vanaf de tweede startrij. Bottas wist voor de tweede keer op rij Luis te kloppen en startte dus als derde. Achter hen was een groot gat. Op het Russische start-stopcircuit met de grip van een bowlingbaan kwamen de Red Bulls totaal niet uit de verf. Ricciardo was op grote achterstand vijfde, terwijl Max Massa nog moest voorlaten.

Bij de start heeft hij de verhoudingen meteen weer rechtgezet. Vooraan schiet Bottas als een raket uit de startblokken. Hij is de matig weggekomen Räikkönen meteen voorbij en in de aanloop naar de eerste bocht moet Fattle er ook aan geloven. Räikkönen weet Luis nog net voor te blijven, terwijl Max binnendoor zowel Massa als Ricciardo weet te verrassen. De ongelukken vinden plaats in de achterhoede, waar Grosjean en Palmer elkaar twee keer treffen en uit hun verbrijzelde bolides mogen stappen.

Het ongeval zorgt ervoor dat de safetycar weer eventjes het veld mag aanvoeren. De achterhoedeteams gebruiken de onderbreking om gauw banden te wisselen, wat vooral gunstig was voor Stroll, die halverwege de eerste ronde was gespind en zodoende weer wat plekjes terugwon.

Bij de hervatting ligt Fattle te slapen, zodat Bottas zonder problemen aan de leiding blijft. Hij loopt zelfs langzaam weg bij het Ferrari-duo. De top vier loopt hard weg bij de rest van het veld, aangevoerd door Max. De Red Bull-coureur ziet de koplopers snel aan de horizon verdwijnen. Dat is niet zijn enige zorg: hij moest eveneens maar hopen dat zijn auto de finish zou halen nadat de waterpomp steeds kapot was gegaan. Opmerkelijk genoeg gaat de andere Red Bull juist kapot. Net als in Bahrein blijken de achterremmen de zwakke schakel, zodat Ricciardo na een trage ronde met compleet misvormde remmen in de pits kan opgeven.

Daarna is het uit met de pret en komen de posities vast te liggen. Het wachten is op de pitstops. Doordat het Russische asfalt erg lief is voor de banden, is de bandenslijtage zelfs op de ultrazachte banden erg gering. Pas halverwege de race komen de pitstops in de kopgroep op gang. Bottas verliest tijd bij het dubbelen van achterblijvers, zodat hij zijn mooie buffer van vijf seconden op Fattle langzaam maar zeker verspeelt. Mercedes komt vervolgens op het dubieuze idee om de Fin als eerste in de kopgroep van nieuwe banden te voorzien.

Zodoende komt Fattle aan de leiding te liggen. Op oude banden rijdt hij zelfs nog sneller dan Bottas op nieuwe banden. Als hij zeven ronden later eindelijk zijn banden laat verwisselen, heeft hij Bottas nog altijd in het vizier en is de jacht geopend. Zou hij Bottas alsnog van zijn eerste zege kunnen afhouden?

Het wordt spannend als Bottas een flinke vlakke kant op zijn band remt en wijd gaat. Fattle nadert de Fin met rasse schreden, maar als hij dichterbij komt, stokt de progressie. Het is het verhaal van de Formule 1 anno 2017: het is bijna onmogelijk geworden om een andere wagen te volgen. Op het fantasieloze Sochi Autodrom werd opnieuw antireclame voor de bredere, snellere auto’s gemaakt, want in de race is er niet één inhaalactie te bewonderen.

Het betekent dat Bottas Fattle tot aan de streep achter zich houdt. Räikkönen moet genoegen nemen met een derde plaats, terwijl Luis op grote achterstand vierde wordt in de slaapverwekkende race. Hoewel Mercedes de leiding in het constructeurskampioenschap overneemt, ziet Luis Fattle weer zes punten uitlopen.

Op een minuut achterstand wordt Max vijfde. Meer was absoluut niet mogelijk. De Force India’s worden netjes zesde (Pérez) en zevende (Ocon). Hülkenberg legt beslag op de achtste plaats, net voor Massa, die door een lekke band terugviel en in de slotronde de koplopers in de weg reed. Het laatste puntje wordt gescoord door Science.

Crisisberaad zal er wel bij McLaren zijn, waar Stoffel de Schildpad achteraan startte omdat hij binnen vier races al meer motorcomponenten had gebruikt dan wat voor het hele jaar was toegestaan. Met Alonso ging het nog slechter: de Spanjaard lag er voor de start van de race al uit. De enige troost voor de knoeiers in het oranje is dat Sauber volgend jaar in hetzelfde schuitje zit. Of gaat McLaren dan weer met hangende pootjes terug naar Mercedes?

Het fabrieksteam van Mercedes had in ieder geval reden tot juichen. Dankzij Bottas’ goede start staat het nu 2-2 in plaats van 3-1 voor Ferrari. Een spannend seizoen tussen de twee fabrieksteams lonkt, alleen jammer dat de overige teams zo weinig in de melk te brokkelen hebben.

16 april 2017

Bottas op zaterdag, Vettel op zondag

Dankzij een even gewaagde als doeltreffende strategie heeft Fattle de Grand Prix van Bahrein op zijn naam weten te schrijven. Grote rivaal Luis werd tweede, voor polesitter Bottas en Räikkönen.

Heel veel meer dan een klein lachje kon er niet vanaf nadat hij op zaterdagmiddag de snelste rondetijd had geklokt: Finnen lopen nou eenmaal niet met hun emoties te koop. Toch zal Valtteri Bottas van binnen wel even een klein vreugdedansje hebben gemaakt nadat hij teamgenoot Luis met twee honderdsten van een seconde de baas was. Luis, die na zes opeenvolgende poles weer een stapje terug moest doen, vatte zijn verlies sportief op. Belangrijker voor hem was dat grote rivaal Fattle er nauwelijks aan te pas kwam: de viervoudig wereldkampioen moest bijna een halve tel toegeven.

Sowieso zat Ferrari er in de zandbak van Bahrein niet goed bij in de kwalificatie. Dat bewees Ricciardo wel, die de opnieuw tegenvallende Räikkönen zelfs wist te kloppen. Max moest genoegen nemen met een zesde plaats en klaagde over Massa, die hem net voor zijn laatste vliegende rondje passeerde, wat hem zeker niet had geholpen.

Bij de start heeft hij het verloren gegane terrein meteen weer goedgemaakt. Hij vliegt in de eerste bocht buitenom teammaat Ricciardo en Räikkönen, die halverwege de eerste ronde ook Massa er nog langs ziet floepen, zodat hij zichzelf aan het eind van de eerste ronde slechts op de zevende plek terugvindt.

De andere Ferrari ligt dan tweede. Waar Bottas de koppositie bij de start weet te behouden, laat Luis zichzelf bij de eerste bocht uitremmen door Fattle. Opmerkelijk genoeg zit Fattle Bottas al meteen op de huid. De Fin rijdt in de openingsfase zo traag dat zelfs de Red Bulls het tempo prima kunnen volgen. Achter hen laat Massa langzaam maar zeker een gat vallen en al snel valt de Braziliaan ten prooi aan Räikkönen, die vanaf dat moment op jacht kan naar de koplopers.

In het treintje aan kop begint Max ongeduldig te worden vanwege het lage tempo dat er gereden wordt. Aan de pitmuur breken de strategen hun hoofd over hoe ze deze impasse moeten doorbreken. In de tiende ronde besluit Ferrari het erop te wagen door Fattle op het allerlaatste moment naar de pits te halen. De stop gaat volgens plan, zodat hij net in het gat tussen Pérez en Palmer op de baan komt.

De ronde erna komt Max de pits in. Alles gaat goed: de banden worden netjes gemonteerd en hij keert eveneens precies voor de neus van Palmer de baan op. Alleen jammer dat hij een halve ronde later in de muur staat omdat de remmen dienst weigeren. Uit pure frustratie geeft Max de muur er flink van langs.

Kort daarna vinden Stroll en Science elkaar in de eerste bocht, waar Science als een Maldonado de pitstraat uitraast en vol op de Williams kleunt. Het is voor beide coureurs einde oefening. Voor heethoofd Science heeft het nog meer consequenties: hij moet over twee weken in Rusland drie startplaatsen inleveren. Het ongeval zorgt er meteen ook voor dat de safetycar op de baan komt.

Het uitrukken van de derde Mercedes lijkt een geschenk uit de hemel te zijn voor Mercedes, dat beide coureurs zonder al te grote tijdsverliezen van nieuwe banden kan voorzien, maar heel veel profijt blijken ze er niet van te hebben. Sterker nog: er ontstaat een probleem doordat beide coureurs op hetzelfde moment naar de pits moeten. Luis besluit daarom om op zijn elfendertigst de pits binnen te gaan, zodat hij niet op zijn teamgenootje hoeft te wachten, een tactiek die voor het eerst door Räikkönen in 2005 werd toegepast. Het plannetje mislukt doordat Bottas een trage stop heeft, zodat Luis zijn plek aan Ricciardo verliest. Bovendien krijgt hij voor zijn actie een tijdstraf van vijf seconden opgelegd. En als klap op de vuurpijl blijkt Fattle alsnog de koppositie te hebben overgenomen.

Bij de herstart vliegt Luis Ricciardo meteen voorbij. De Australiër krijgt zijn banden niet aan de praat en ziet ook Massa en Räikkönen erlangs floepen. Fattle moet zich op zijn beurt met hand en tand verweren tegen Bottas, maar als hij de aanval heeft afgeslagen, loopt hij hard weg bij de Mercedes.

Het wordt al gauw duidelijk dat Luis de enige is die Fattle nog van de zege kan afhouden. De drievoudig wereldkampioen staat namelijk als enige in de kopgroep op de hardere gele banden. Bottas’ rode banden bouwen wel erg snel af, zodat de Fin al snel zijn plaats moet afstaan aan Luis. Niet lang daarna duikt hij de pits voor gele banden.

Luis hengelt Fattle langzaam binnen, totdat de koploper voor de tweede en laatste keer naar de pits gaat. Luis rijdt op zijn beurt nog heel lang door. Zijn stop is langer vanwege de tijdstraf, zodat hij opnieuw terugvalt tot achter Bottas. Hij maakt opnieuw korte metten met zijn teammaat, waarna hij Fattle probeert te achterhalen. Fattle begint de achterblijvers van het opmerkelijk uitgedunde veld te dubbelen en het gat slinkt soms wel met twee seconden per ronde. Zou Luis het halen?

Hulp krijgt hij nog van Ericsson en Alonso, die kort nadat ze door Fattle worden gedubbeld uitvallen. Het blijkt niet genoeg. Een paar ronden voor het einde lopen zijn rondetijden flink op, zodat Fattle zijn voorsprong van een handvol seconden behoudt en een van tevoren nauwelijks verwachte overwinning boekt.

Door de podiumplaatsen van Luis en Bottas is het podium weer precies hetzelfde als in Australië. De verder volkomen onzichtbare Räikkönen weet dankzij een sterke eindsprint beslag te leggen op een vierde plaats, terwijl Ricciardo op behoorlijke afstand vijfde wordt. De race ging voor Red Bull dus als een nachtkaars uit. Massa wordt zesde, voor de sterk opgeklommen Pérez, Grosjean, Hülkenberg en Ocon. Buiten de punten finishen Wehrlein, Kwjat en Palmer.

Crisisberaad zal er bij McLaren zijn, dat met maar een auto van start ging nadat er een terminaal probleem was met Vandoornes bolide. Alonso deed ondanks de vele uitvallers geen moment mee voor punten en moest vlak voor tijd opgeven. Tot overmaat van ramp moest hij toezien hoe zijn oude team nu in beide kampioenschappen aan de leiding gaat. De Indy 500 kan niet snel genoeg komen voor de tweevoudig wereldkampioen.

Ferrari heeft het beter voor elkaar. Hoewel ze op zaterdag tekortkomen op Mercedes, staan ze dankzij Fattle in de races met 2-1 voor. Een spannend kampioenschap lonkt. Nu de spannende races nog.

09 april 2017

Met de handrem eraf

Aanvankelijk wilde het raceweekend in China niet echt op gang komen. Nadat er op de mistige vrijdag nauwelijks mocht worden gereden omdat de traumahelikopter het dichtstbijzijnde ziekenhuis niet kon bereiken, liep de kwalificatie vertraging op door de vele crashes. In de race liep alles wel op rolletjes, dus won Luis, voor Fattle en de als een komeet opgerukte Max.

De hele Formule 1-wereld hoopte dat de erg levenloze Australische Grand Prix slechts een treurig incident was. Dat de bloedeloze optocht slechts te wijten was aan het circuitontwerp en niet aan de reglementswijzigingen die als doel hadden de auto’s sneller te maken. Het Tilkedrome in Shanghai zou de eerste echte test worden voor de nieuwe regels.

Op het vrij snelle Chinese circuit is een foutje zo gemaakt, zo moeten de coureurs in de kwalificatie al gauw ondervinden. En dankzij de toegenomen snelheden worden de foutjes ook harder afgestraft, zo ondervindt Giovinazzi, die voor de tweede (en waarschijnlijk laatste) race Wehrleins stoeltje innam. Hij smeet zijn wagen bij het uitkomen van de laatste bocht hard in de muur en bezorgde zijn monteurs daarmee een nacht overwerk. Het ongeluk betekende dat de kwalificatie tien minuten vertraging opliep. In het vervolg duelleerden de Mercedes en Ferrari’s om de poleposition. Max zat er toen al niet meer bij. Vanwege een motorprobleem kwam hij niet verder dan een 19e tijd. Een schrale troost was dat hij door de gridstraffen van Giovinazzi (versnellingsbakwissel), Grosjean en Palmer (reden te snel langs het ongeluk) nog wel als 16e mocht starten.

In de slotsessie eiste Luis weer de pole op. Fattle wist Bottas met een duizendste te kloppen en Räikkönen completeerde de top 4. Op grote achterstand was Ricciardo best of the rest met een vijfde plaats. De lachende Australiër was maar een paar tienden sneller dan Massa en Hülkenberg. Zelfs Stroll stond in de top 10, waarmee hij het potentieel van de witte bolide duidelijk aantoonde.

Op zondag is alles weer anders. De race begint op een ietwat vochtige baan, dus start iedereen op intermediates. Iedereen behalve Science. Die start gewoon op droogweerbanden. Bij de start spuit Luis ervandoor. In de achtergrond heeft Max een waanzinnige openingsronde. Hij komt goed van zijn plek en lijkt iedere bocht wel weer een plekje op te schuiven. Aan het eind van de eerste ronde ligt hij alweer zevende.

Minder geluk heeft Stroll, die een beuk krijgt van Pérez en in de grindbak vast komt te zitten. Door het ongeluk rukt de virtual safetycar uit. Ferrari maakt van de gelegenheid gebruik door Fattle meteen naar de pits te halen voor droogweerbanden. Had Science dan toch gelijk? Doordat iedereen in de middenmoot zijn banden laat wisselen, rukt de Spanjaard op naar de zevende plaats.

Als de race even later weer wordt vrijgegeven, ligt er een spannende race in het verschiet. De koplopers stonden namelijk allemaal nog op inters, terwijl de op de zesde plaats rijdende Fattle op slicks stond. Nog voordat de race zich kan ontvouwen, wordt ‘ie alweer stilgelegd omdat Giovinazzi zijn wagen voor de tweede keer in het weekend in de laatste bocht in de muur smijt. De safetycar komt de baan op en de coureurs moeten verplicht door de pitstraat rijden. Het betekent dat de hele kopgroep ook maar gauw banden wisselt, zodat Fattle zesde blijft.

Opmerkelijk genoeg krijgen de Red Bulls de rode band gemonteerd, terwijl Mercedes en Ferrari voor de hardere gele band kiezen. Achter de safetycar maakt Bottas de blunder van de race door bij het opwarmen van de banden de controle over zijn wagen te verliezen, waardoor hij zijn tweede plaats voor de twaalfde plaats verruilde.

Het is goed nieuws voor de Red Bulls, die daardoor oprukken naar de tweede en vierde plaats. Max zet zijn inhaalrace voort door meteen na de herstart Räikkönen te kloppen. Daarna moet hij zien af te rekenen met teamgenoot Ricciardo, maar die is niet van plan mee te werken. Pas na een paar ronden weet Max hem te foppen, waarna hij de achtervolging op Luis inzet en op zevenmijlslaarzen bij de Australiër wegloopt.

Ricciardo’s tempo in de openingsfase van de race is niet heel indrukwekkend. Hij houdt de Ferrari’s danig op, terwijl in de achtergrond Science in zijn Toro Rossootje langzaam dichterbij komt. De als een natte krant rijdende Räikkönen komt de tweede Red Bull maar niet voorbij, terwijl Fattle zijn teammaat op zijn beurt ook maar niet voorbijkomt. Pas na twintig ronden lukt het hem, waarna hij Ricciardo ook gauw de oren wast en op jacht gaat naar Max. Die kon Luis een tijdlang goed volgen, maar moet toch inbinden op het moment dat zijn superzachte banden hun beste tijd wel weer hebben gehad.

De slijtvastere banden vormen in de race een groot vraagteken. Omdat de coureurs op intermediates aan de race waren begonnen, waren ze niet verplicht hun banden nogmaals te wisselen. Zouden de Mercedes en Ferrari’s de race zonder verdere stop proberen uit te rijden? En konden de Red Bulls hetzelfde doen? Het lijkt er niet op, want daarvoor zijn hun rondetijden te veel ingezakt. Als Fattle tot aan de staart van Max is opgerukt, blokkeert de in België geboren Nederlander zijn linker voorwiel hevig, waardoor hij in de haarspeldbocht rechtdoor schiet en Fattle er eenvoudig langs kan. Een ronde later komt Max dan eindelijk naar de pits.

Doordat hij te lang op versleten banden was doorgereden, viel Max zelfs nog terug achter Bottas. Hij krijgt de Fin gauw te pakken, waarna Bottas maar nieuwe banden haalt, net als iedereen in de kopgroep. Luis blijft ondanks zijn stop nog aan de leiding, terwijl Räikkönen door zijn late stop nog even naar de tweede plek oprukt. Bij zijn stop krijgt hij, net als de Red Bulls, weer de rode band gemonteerd. Het helpt hem niet, want zijn tempo blijft bedroevend.

Na de pitstops zijn de kaarten vooraan wel geschud. Luis ligt onbedreigd aan de leiding, met Fattle op een kleine tien seconden achterstand. In de slotfase krijgt Max het nog wel voor zijn kiezen. Teamgenoot Ricciardo knabbelt steeds weer wat van zijn achterstand af en in de achtergrond komen Räikkönen en Bottas langzaam dichterbij. Max heeft op zijn beurt last van Grosjean, die wel af en toe blauwe vlaggen krijgt, maar stoïcijns anderhalf à twee seconden voor Max blijft rijden. In de slotronde (uiteraard weer de slotronde) blokkeert Max weer lelijk een wiel. Ditmaal kost het hem niet de kop en dus blijft hij teamgenoot Ricciardo nog net voor, zodat hij voor het eerst dit jaar naar het podium mocht.

Buiten het podium eindigden de teams van Mercedes, Ferrari en Red Bull weer in omgekeerde volgorde. Van die drie tweede rijders zal Bottas zichzelf nog wel het hardst voor zijn kop hebben geslagen, hoewel Räikkönen ook absoluut niet tevreden mocht zijn na weer een pover optreden.

Op de zevende plek finishte Science, die door het uitvallen van Kwjat in zijn eentje de eer van Toro Rosso moest hooghouden, en dat deed hij met verve. Magnussen pakte zowaar de eerste punten van het seizoen voor Haas, terwijl Pérez en Ocon hun roze bolides nog net de punten in wisten te sturen.

Achter het net visten Grosjean en de Renaults van Hülkenberg en Palmer. Opnieuw wist Hülkenberg het potentieel van de gele bolide nauwelijks te benutten. Een tijdstraf voor inhalen achter de safetycar kwam hij niet meer te boven. Ook met lege handen stond Williams, dat Stroll al snel zag uitvallen en Massa vooral zag achteruitrijden. De veteraan wist alleen Ericsson in de enig overgebleven Sauber voor te blijven. Verliezer van het weekend was wederom McLaren. Hoewel Alonso tegen alle verwachtingen in met dat oranje hok in de punten reed, moest hij halverwege de race ineens opgeven met een gebroken aandrijfas. En dat terwijl zijn rivalen van weleer na afloop met een 19-jarig joch champagne stonden te spuiten op het podium.

Door zijn overwinning staat Luis weer gelijk met Fattle in het kampioenschap met 43 punten. Max staat keurig derde met 25 punten, net voor Bottas en Räikkönen. 2017 zal in het teken staan van het duel van Mercedes tegen Ferrari, of eigenlijk Luis tegen Fattle, want hun teamgenoten kwamen er weer niet aan te pas.

01 april 2017

Het leed van een non-playing teamcaptain

BSG 2 verliest van degradatiekandidaat Almere

BSG 2 heeft zichzelf een slechte dienst bewezen door van degradatiekandidaat Almere met het kleinst mogelijke verschil te verliezen. Hierdoor zit een mooie subtopklassering er definitief niet meer in.

Het schaakseizoen 2016-2017 zit er alweer bijna op. Vandaag werd de een-na-laatste ronde gespeeld. De laatste ronde zal overigens pas over ruim een maand gespeeld worden, vermoedelijk omdat het NK Jeugd er nog tussendoor komt. BSG 2 mocht naar Almere. Almere-uit, dat was natuurlijk bijna een thuiswedstrijd. De werkzaamheden aan de A1 leken nog even roet in het eten te gooien, maar uiteindelijk verliep de heenreis erg voorspoedig. Om half één kwam BSG 2 met negen man aan op de bodem van de voormalige Zuiderzee.

Sinds eind januari, toen het tweede achttal van BSG tegen Soest 2 zijn promotiekansen verknalde, is BSG 3-teamleider Theo Slisser weer voor het tweede beschikbaar. Omdat er verder geen afmeldingen waren, besloot teamleider Rein zijn plaats af te staan, zodat hij als non-playing teamcaptain zijn teamgenoten op de belangrijke momenten goed kon bijstaan, bijvoorbeeld door de tussenstand en een eventuele prognose van de eindstand door te geven. Heel nobel allemaal en als dank bezorgden zijn teamgenoten hem bijna een paar hartverzakkingen en een hoop grijze haren.

Almere, dat twee teams in de onderste regionen van de laagste klasse van de KNSB-competitie heeft, had de punten hard nodig en toverde een konijn uit de hoge hoed (of was het een dubieuze 1-aprilgrap?) met een onvervalste tactische opstelling. Aan het hoogste bord werd Ton Sprong (1676) neergezet. Je zag de Bussumse eerstebordspeler denken: “Drie keer aan bord 1 en dan heb je al dit.”

Almere had zijn sterkste man (Martijn Woudsma) aan het derde bord gezet, misschien bewust gedaan om het Apenhoofd te ontlopen. In ieder geval moest de thuisploeg aan de lagere borden iets goedmaken om het eerste bord te compenseren en dat bleek verbazingwekkend goed te lukken. Zo kreeg Frans een gaar stukoffer van Diederic ’t Hooft te verwerken, waar hij niet goed op wist te reageren. Het resulteerde in een mindere stelling die hij ook gauw verloor.

Aan de lage borden konden de oudjes ook niet echt het verschil maken. Zowel Tom als Theo kwam niet verder dan remise. Hetzelfde resultaat was er voor Remmelt aan bord 2, die in het middenspel wat beter leek te staan tegen Dennis van Leusden, maar na een grootscheepse afruil viel er geen eer meer aan te behalen.

De broodnodige overwinning leek er te komen op bord 5, waar Coen al snel een gewonnen stelling bereikte. Hij liet zich te veel in zijn enthousiasme meeslepen en miste een kleinigheidje, waarna de bordjes verhangen waren. Om het nog leuker voor de machteloos toekijkende non-playing teamcaptain te maken, ging Ruben tegen de witte ineens voor een zetherhaling in een stelling waarin hij de betere kansen had.

Het enige geluk voor BSG 2 was dat het Apenhoofd aan het eerste bord na veel zwoegen het verwachte puntje pakte. Het was hard werken voor een half elopuntje. Het bracht BSG 2 in ieder geval op gelijke hoogte, maar met de twee brakke stellingen die nog resteerden, zou een gelijkspel al een hele prestatie zijn.

Zo probeerde Timon nog stand te houden tegen Woudsma, die even handig afwikkelde naar een stelling waarin hij een dame tegen een toren en een paard had. Misschien had Timon het kunnen houden als hij zijn vrijpion snel had opgespeeld, want zoals het nu ging, werden zijn stukken al snel uit elkaar gespeeld.

Coen kende daarentegen een wonderbaarlijke ontsnapping toen zijn tegenstander ineens een stuk offerde voor een paar pionnen, waarna hij nog net de remisehaven wist te bereiken. Zodoende bleef de schade beperkt tot een 4½-3½-nederlaag voor het wispelturige BSG 2. Een nederlaag zonder consequenties, want het eerste achttal was al uitgespeeld, maar desondanks liepen de gemoederen na afloop hoog op en waren de verwijten niet van de lucht. De terugreis had een langere gevoelslengte dan de heenreis, wat ook wel logisch was aangezien teamleider Rein ergens nog de verkeerde afslag nam. Wel reed hij overal een stuk harder dan op de heenweg, klagend dat aan de zijlijn staan niks voor hem was. Het leven van een non-playing teamcaptain gaat niet over rozen. Nog één wedstrijd en het seizoen zit er gelukkig weer op.

Beter nieuws kwam er uit Leeuwarden, waar BSG 1 kampioen werd door Philidor 1847 met 8-2 te verslaan. Volgend jaar zal het team dus weer, zoals het hoort, in de meesterklasse spelen.

Almere (1966) – BSG 2 (2047) 4½-3½
1. T Sprong (1676) – J de Groote (2209) 0-1
2. D van Leusden (2108) – R Otten (2005) ½-½
3. M Woudsma (2226) – T Brouwer (1991) 1-0
4. D ’t Hooft (1994) – F Borm m (2159) 1-0
5. J Kossen (1954) – C van der Heijden (2053) ½-½
6. L Damen (1845) – T de Ruiter (1992) ½-½
7. A Uddin (1902) – T Slisser (1952) ½-½
8. J Witkamp (2024) – R Hilhorst (2011) ½-½