31 augustus 2010

De ouwelullenclub

TC-vergadering

Gisteravond moest ik er weer aan geloven: ik werd op de club verwacht vanwege de Technische Commissie-vergadering. Ik dacht redelijk op tijd te zijn, maar toen ik binnenkwam, zag ik iedereen al zitten. Had ik me in de tijd vergist? Ik voelde me in ieder geval dom genoeg om er maar niet naar te vragen…

De reden dat ik in het ouwelullenclubje van de TC zit, is dat ik me met de indeling van de teams kan bemoeien. Goede ideeën heb ik nog niet aangedragen. Wel was ik benieuwd naar de indeling van de teams en ik moet zeggen dat me dat enorm heeft verrast. In positieve zin welteverstaan. BSG 1 wordt een zeer sterk team en ook BSG 2 ziet er goed uit. Daarnaast waren er zoveel reserves dat Pieterse zelfs een zevende team wilde formeren. De jeugd van BSG kan dus ook extern gaan spelen. Verder waren er nog wat onbelangrijkere punten, die ik hier niet ga noemen. Sowieso is het schrijven over een TC-vergadering wat verdacht, daarom heb ik de details maar achterwege gelaten.

Zomerschaak

Het werd tijd voor de laatste ronde van de zomercompetitie. De zomer is morgen afgelopen (mijn buurman: "Afhankelijk van welke definitie je hanteert." xD) en na de ALV van volgende week zal de "wintercompetitie" weer beginnen. Ik besloot daarom maar mee te doen. Terwijl ik wat rond liep te lopen, sprak Bert Kieboom me aan. Of ik nog een stukje wilde schrijven over de BSG-jeugd. Het verhaal zou moeten gaan over de trainingen van Leon Pliester. Hopelijk vergeet ik dat niet…

Wie er ook bij was, was Yme B. Hij had ook wel zin om bij onze ouwelullenclub een avondje te gaan snelschaken. Ik had begrepen dat hij bij ons aan de interne competitie zou meedoen. Leuk voor de club dat er eindelijk weer iemand van onder de dertig in de interne competitie mee gaat spelen. Iemand waar BSG veel lol aan gaat beleven.

De witte was ook een keertje van de partij, net als Frans Hazenberg, een gevaarlijke schaker uit Almere. Laatstgenoemde speelde zowat de hele zomer mee en behaalde goede resultaten tegen de snelschaaktalenten die BSG rijk is. Eddy S. kwam pas heel laat meedoen in het toch al erg drukke Denksportcentrum. Ik had mijn eerste nulletje al geteld…

Er waren in totaal 21 spelers, waardoor we in eerste instantie 20 drieminutenpartijtjes zouden spelen. Daar hadden de oudjes (!) geen zin in, waarna er twee groepen werden aangemaakt. Het speeltempo was ineens 10' p.p.p.p. Ondergetekende zat in de hoogste groep, met uitdagende tegenstanders. Zou hij ondanks een gebrek aan schaakritme nog wat moois kunnen laten zien?

Tegen Slisser ging het nog wat stroef. In een vreemde Siciliaan ontstond een stelling waarin ik dacht goed en actief te staan, maar dat was voor het grootste gedeelte optisch bedrog. Zwart kwam er redelijk uit en uiteindelijk ging een paard op d4 mijn loper weer eens domineren. Na dameruil was er echter niet zo veel meer aan de hand, waarna ik mijn dubbelpion kon oplossen en de f-lijn in handen kreeg. Toen Slisser de druk probeerde te neutraliseren, raakte hij door een geniepig schaakje een volle toren kwijt, waardoor hij maar opgaf.

Vervolgens speelde ik tegen Yme. Ik was benieuwd hoe hij zou spelen. Hij kwam met het Schots Gambiet op de proppen. Dat zal Pascal hem wel geleerd hebben. Doordat hij vervolgens op d4 pakte, kon ik afwikkelen naar een dameloos middenspel waarin ik dankzij het loperpaar de betere kansen zou moeten hebben. Ik moest vrij lang nadenken om wits initiatief in te perken, waarna ik de iets betere stelling probeerde te winnen. Yme ruilde lopers, wat hem een lelijke pion op e3 opleverde, maar het was nog te verdedigen. In het eindspel speelde hij wat te actief, waardoor ik een vrije h-pion kreeg, maar door goed tegenspel was ik niet in staat ook te winnen. Met loper en pion tegen paard bood ik maar remise aan (hij ging bijna door z'n vlag, ik had een aantal seconden meer) en dat werd aangenomen.

Daarna speelde ik met wit tegen de witte. Hij werd blijkbaar verrast door mijn 1.e4, hoewel ik dat al jaren speel. Hij verraste me niet met zijn Caro-Kann, hoewel ik geen idee had wat ik daar tegen moest spelen om een leuke partij te krijgen. Gelukkig speelde hij origineel in de spraakwaterpartij. In VR-stijl ging ik met h4 en h5 naar voren, hoewel zwarts koning nog in het centrum stond. De stukken werden in hoog tempo geruild, waarna ik met een paard ging fladderen en daarmee een pion won. Dat was uiteindelijk voldoende voor de winst, waardoor ik op 2½ uit 3 kwam en de witte op de nul bleef staan.

De eerste kortsluiting ontstond tegen Bert Kieboom, toen ik de verkeerde pion sloeg (hoewel het alternatief ook niet best was) en een pion verloor bij slechte stelling. Ik dacht lang na hoe ik nog wat kon rommelen in tijdnood, maar het leek niet uit te maken. Ik ging door m'n vlag met twee pionnen minder, toen Kieboom niet uit m'n schaakje liep. Ik had er niet zo'n probleem mee (ik had wel twee minuten extra bedenktijd willen hebben xD), totdat ik me realiseerde dat dat een doodzonde is met snelschaken. Het publiek had de onreglementaire zet gezien en er werd een overwinning voor mij gexc3xabist. :P Dat vond ik te veel eer. Met een remise was ik meer dan tevreden. 😉

Tom de Ruiter speelde weer een keer Frans. In een oefenpotje tegen Kieboom speelde hij nog Philidor en maakte daarbij volgens mij dezelfde fout als Armas: 4…Le7 en dan kun je f7 niet meer op een normale manier dekken. Ik kreeg de kans dus niet om dat af te straffen, maar ik had het idee dat ik een lekkere stelling had. Helaas verdween dat goede gevoel toen hij ineens lang rokeerde en mijn stukken ineens de verkeerde kant op stonden gericht. Ik probeerde de damevleugel aan te tasten, waarna er een lastige strijd ontstond. Ik moest zwarts pionnen in het centrum en op de koningsvleugel tegenhouden en zelf wat zien te prutsen op de damevleugel. Uiteindelijk gingen de meeste stukken van het bord, waarna ik probeerde aan te tonen dat mijn loper beter samenwerkte met de torens dan Toms paard. Helaas kon mijn binnengedrongen toren simpel geruild worden. Voor de andere toren was echter wel een heldenrol weggelegd: het ding kon de ene na de andere pion opvreten, waarna ik ineens een gewonnen toreneindspel had en Tom opgaf.

Zo had ik met 4 uit 5 een aardige buffer voor de partij tegen Eddy Sibbing. Hij vroeg naar m'n studie, waarna ik maar een heel verhaal hield over de bulaanvraag die ik die ochtend had gedaan en hoe moeilijk de inschrijving van de Master wel niet was. Hij vroeg nog naar Ewood en of hij nog een weblog (!) had, waarna de partij begon. Ik moest in de opening lang nadenken, maar het leverde me wel een aardige stelling op. Ik pakte het loperpaar (!), waarna ik een machtig sterke loper had op e5. Dreigingen als …Ld4 met een penning op de dame hingen in de lucht. Mogelijk raakte Eddy daardoor een beetje in de war en vergat hij tussendoor lopers te ruilen, waardoor ik de loper maar sloeg. Een verrassend puntje!

Vervolgens speelde ik weer een lastige partij tegen Weidema. Hij deed ditmaal 1.e4 c5 2.Pf3 b6. Ik kreeg weer een gebruikelijke schuifstelling op het bord, maar echt lekker stond ik niet. Zwarts paarden begonnen mooie velden te krijgen. Ik speelde maar rustig door, wachtend op een foutje. Dat moment kwam toen Rik met …g6-g5? mijn loper op h6 wilde afsnijden van de buitenwereld. Helaas had de zet de vervelende bijwerking dat het paard op h5 ineens ongedekt kwam te staan. Dat beest pakte ik daarom maar van het bord en even later had ik weer een puntje binnen.

Zodoende had ik drie puntjes op rij gescoord, toen ik weer wit had tegen Frans Hazenberg. Hij speelde een Draak en daar had ik weinig zin in. Ik dacht slim te zijn door Lc4 uit te stellen, maar toen kwam …d5 en kwam ik in een variant die ik helemaal niet wilde. Ik besloot m'n dame maar te offeren voor zwarts torens, waarna ik een tijd lang wel aardig verdedigde. Helaas stapte ik uiteindelijk toch op een mijn met Tc1? Toen ik het speelde, zag ik dat …De5 best wel pijnlijk was: er dreigde …Dxb2# en …Dxe3, terwijl ik het reddende Lc1 niet meer kon doen. In het vervolg probeerde ik met mijn c-pion nog een wonder te verrichten, maar het hielp niet meer: ik liep tegen een pijnlijke nederlaag aan.

In de laatste ronde kwam ik John Markus tegen. In een vaag schuifsysteempje gaf ik pardoes een stuk weg door een tweede kortsluiting. Het was al kinderbedtijd geweest en ik was niet meer zo scherp. Blijkbaar haalde ik twee zetten door elkaar of zo, want toen ik …Pc4 speelde, zag ik dat Johnny 'm er gewoon af kon meppen. Ik rommelde nog wat door, hopend dat ik door de vele penningen nog ergens een stuk kon terugwinnen. Dat lukte niet, maar mijn nadeel werd ook niet erger. Op een gegeven moment won ik het stuk terug door een gemene penning en in tijdnood kreeg ik zelfs de overhand. Toen Johnny nog iets van tien seconden had, bood ik maar remise aan. Ik vond het wel weer leuk geweest voor vandaag. Daarna analyseerden we nog wat stellingen, totdat het één uur was.

Ik bleek gedeeld eerste te zijn geworden met die Hazenberg. Eddy S. had een mindere dag en eindigde nog een halfje achter ons met drie nederlagen. De witte was nog opgekrabbeld naar 5 uit 9, wat net zo veel was als Slisser en Johnny Markus, die eindelijk weer eens boven de 50 procent scoorde. Tom de Ruiter klaagde dat hij het steeds weg zat te geven, waardoor hij maar op 3 punten eindigde. Yme B. (!) en Bert Kieboom verzamelden evenveel punten. Rik Weidema, die alleen van de witte en Tom de Ruiter won, sloot de rij.

29 augustus 2010

Kan Fattle nog inhalen?

Regen en zonneschijn op Spa-Francorchamps

De afgelopen weken kende de Formule 1 een "zomerstop", hoewel het gezien het weer meer op een herfstvakantie leek. De zomerstop betekende dat het werk korte tijd stil lag in de fabrieken; een kostenbesparende maatregel. De slotfase van het seizoen is aangebroken; het rekenen is begonnen. Op het door buien geteisterde Spa-Francorchamps ging Red Bull verder met waar ze het hele seizoen al mee bezig zijn: knoeien. Dit keer maakte de concurrentie er echter ook een potje van.

Voor de race was Red Bull er niet zo zeker van dat ze de concurrentie wel even zoek zouden rijden, omdat ze op de rechte stukken niet snel genoeg waren. Vreemd, want de wagen was juist ontworpen voor de vele (snelle) bochten. Webber pakt dan ook de pole. Fattle is slechts vierde, hij moet Luis en Kubica voor laten gaan. Ferrari kwalificeert zich slecht na de veelbelovende vrije trainingen. Alonso is slechts tiende. Achterin staan opvallend veel middenmoters, die ofwel hun kwalificatie hadden verprutst, ofwel een straf hadden gekregen van de wedstrijdleiding. Vooral Shoeface had het er echt naar gemaakt. 

Race

Door het verraderlijke weer heeft een poleposition in België vaak maar weinig waarde, maar dat zou nog geen reden moeten zijn om de start zo te verprutsen als Webber deed. Hij leek er niet geheel van overtuigd dat de lichten uit waren gegaan, zo weifelend vertrok hij. De ene na de andere bolide vloog hem voorbij en Webber moest genoegen nemen met de zevende plaats na de eerste bocht. Achteraf bleek zijn verprutste start aan een probleem met de koppeling te liggen.

Luis nam daarom de koppositie over, met achter hem de goed gekwalificeerde Kubica en Button. Button passeert Kubica, waardoor de McLarens al in de eerste ronde aan kop liggen. Dat dat nog niks zegt, blijkt wel als bijna het hele veld bij de Busstopchicane wordt verrast door de eerste regendruppels. Op Webber na schiet de hele kopgroep rechtdoor. Voor Barrichello betekent dat het einde van zijn 300e race als hij Alonso niet meer kan ontwijken en zijn auto zwaar beschadigt. Alonso heeft wonderbaarlijk genoeg zelfs geen krasje en hij kan nog doorrijden. Hij besluit een gokje te wagen door maar meteen natweerbanden te gaan halen.

Die gok pakt al meteen verkeerd uit als de safetycar uitrukt. De brokstukken van Barrichello's auto vormen een te groot risico. Als de safetycar van de baan gaat, is het droog en kan Alonso al snel weer droogweerbanden halen. Vooraan trekt Luis bij de herstart een gaatje naar zijn teamgenoot. Hij snijdt de eerste bocht echter niet goed aan, waardoor Button weer vlak achter hem zit. Dat kon een link slipstreamgevecht worden, maar de regerend wereldkampioen haakt al gauw af. De rondetijden vertellen waarom: Luis is per ronde een halve tot een hele seconde sneller dan hij. Mogelijk speelde de beschadiging aan Buttons voorvleugel een rol hierin, maar hoogstwaarschijnlijk was het gewoon een staaltje teamtactiek zoals in de tijd dat Eddie Irvine nog bij Ferrari reed: de achterste auto hield iedereen op, zodat de voorste het hele veld kon declasseren. Achter Button ontstaat dan ook een heel treintje van bolides.

Fattle is ondertussen opgerukt tot de derde plaats. Ondanks dat hij later kan remmen, een hogere bochtensnelheid heeft en meer tractie bij het accelereren, is het niet genoeg. Op de rechte stukken kan hij de McLaren zelfs in de slipstream maar net bijhouden. Tot een inhaalactie komt het voorlopig dus niet. In de zestiende ronde gebeurt het dan toch: achterop het circuit zit Fattle in de versnellingsbak van Button en op het eind van het volgasgedeelte zet hij zijn bolide ernaast. Wat er dan gebeurt is echter bijna niet te beschrijven. Het lijkt op de botsing tussen Fattle en Webber eerder dit jaar, maar dan nog dommer. Bij het aanremmen verliest Fattle de achterkant van de auto. Hij maakt een corrigerende stuurbeweging en hevig slingerend boort de Red Bull zich in de flank van Buttons McLaren. Meteen stijgt er witte rook op uit het beschadigde koelsysteem. Button kan opgeven, de boosdoener kan na een reparatiestop verder rijden.

Door het ongeluk rukken Kubica en Webber op naar de tweede en derde plek. Luis moet het vooraan alleen uitzoeken. Hij heeft nog wel een buffer van zo'n tien seconden, maar in de Ardennen weet je het nooit. Ondertussen zit Fattle met Liuzzi te duelleren om de twaalfde plek, als hij te horen krijgt dat hij een drive-throughpenalty krijgt. Prompt herovert Liuzzi op het rechte stuk zijn positie, waarna Fattle maar eieren voor zijn geld kiest en zijn straf uitzit. Ditmaal kwamen er geen handgebaren van het one-lapwonder uit Heppenheim.

Halverwege de race komen de pitstops. Webber stopt als eerste, maar het blijkt net niet genoeg om Kubica te verslaan. Luis komt even later binnen, waarna de volgorde vooraan ongewijzigd blijft. De baan is droog, waardoor de rondetijden steeds wat verbeterd kunnen worden. Wel is het de vraag wanneer de regen nou zal komen. De meeste weersverwachtingen kijken niet verder dan vijf minuten vooruit en de weersverwachtingen op de iets langere termijn worden niet waargemaakt.

Voor Fattle draait de race uit op een ramp als hij ook nog eens een lekke band oploopt bij een botsing met Liuzzi (!), waardoor hij helemaal kansloos wordt voor zelfs maar WK-punten. Omdat hij toch niets meer te verliezen heeft, stapt hij meteen maar naar intermediates over als het begint te regenen. Bij McLaren laten ze Luis nog een rondje doorrijden, om er zeker van te zijn dat de regen wel door zou zetten. Nou, dat gebeurde dus ook en Luis spoelde bijna van de baan. Hij kon zijn grijze bolide nog net uit de muur houden, maar het was kantje boort. Ook was hij zijn voorsprong bijna helemaal kwijt op Kubica. Het was niet de eerste keer dat McLaren op een dergelijke manier blunderde.

Achter de top 3 is wel iedereen naar de pits gegaan om over te stappen op regenbanden. De Mercedes-rijders komen pas voor de eerste keer binnen; eindelijk een keer een slimme strategische zet van het team van Ross Brawn. De koplopers komen de ronde daarna binnen. De onderlinge verschillen zijn erg klein, waardoor Webber kan profiteren van Kubica's slechte pitstop. De Pool verremt zich en kegelt een monteur omver, waardoor de pitstop langer duurt dan normaal.

Zoals al eerder opgemerkt komt Fattle nog een keer binnen voor de "extreme wets" en hoopt daarmee wat van zijn achterstand af te kunnen knabbelen. Helaas voor hem vliegt Alonso dan snoeihard van de baan. Het wrak staat op de baan en de safetycar komt weer in actie. Daarmee komt er een eind aan Fattles laatste kansje. Voor Alonso was het trouwens een race om snel te vergeten met al die verkeerde bandenwissels. Hij had vandaag beter in bed kunnen blijven liggen.

Na de herstart gebeurt er vooraan bijna niks meer. Webber koestert zijn tweede plaats en waarom ook niet? Concurrenten als Alonso, Button en Fattle scoren niet, dus kan de Australiër mooi 18 dure punten bij die lui weglopen. Dat Luis door zijn overwinning de leiding in het WK overneemt, deert hem niet. McLaren is qua snelheid dit jaar niet echt partij gebleken voor Red Bull. Belangrijker is dat de andere concurrenten flink op achterstand zijn gezet.

Op de vierde plaats rijd Felipe Massa een solide, doch kleurloze race. Dat is overigens wel precies wat je in deze omstandigheden moet doen: geen gekke dingen. Hij kan de koplopers na de herstart niet volgen. Subtiel rijdt een zeer sterke race en eindigt als vijfde, voor de Mercedes-rijders. Nico Rosberg, die wat ongelukkig achter zijn teammaat was terechtgekomen, zet Shoeface door een strakke inhaalmanoeuvre lelijk op zijn nummer. De laatste puntjes worden gepakt door Co Biaggi en de agressief rijdende Petjerov en Liuzzi.

De zon schijnt voor Luis en Webber

Al met al was het een bizarre race, met veel verliezers. Opmerkelijk genoeg zaten er twee titelkandidaten bij de in totaal vier uitvallers. Door de lastige weersomstandigheden was het een erg moeilijke race, wat de grote vreugde van de winnaars na afloop ook wel verklaarde. De komende races zullen bepalen hoeveel rijders er nog tot het einde toe zullen strijden voor het kampioenschap. Als Fattle daarbij wil horen, dan zal hij of iedere race op pole moeten kwalificeren, of moet hij leren in te halen.

26 augustus 2010

De administratieve deadline

Over zes dagen begint het schooljaar 2010-2011 officieel. Na een maand vakantie te hebben gehad nadert het volgende schooljaar met rasse schreden. Het lastige hierbij is dat mijn inschrijving voor volgend jaar nog niet rond is en dat deze voor het nieuwe schooljaar rond moet zijn.

Vandaag had ik mijn hertentamen van Kwartairgeologie, een tweedejaarsvak, dat ik destijds (zo'n beetje) als enige niet haalde. Tijdens de herkansingsmomenten zat ik tot tweemaal toe in Oostenrijk, waardoor ik het vak nu pas kon herkansen. Het wachten is nu op de uitslagen.

Als ik het tentamen niet haal, dan heb ik volgens mij best wel een probleem, want dan kan ik niet aan mijn Master starten. Verhalen dat je met 168 van de 180 studiepunten zou worden toegelaten, omdat het een doorstroommaster was, bleken volkomen onwaar te zijn. Om aan STREEM te mogen beginnen, MOEST ik alle vakken gehaald hebben. Ik moest dus maar hopen dat ik voor Kwartair een voldoende zou halen.

In het begin van de vakantie regelde ik met een decaan de inschrijving voor het aankomende schooljaar. Het digitale systeem was veranderd, wat het inschrijven er niet makkelijker op maakte. Na een aantal bijeenkomsten was het gelukt om me in te schrijven en te betalen, waarna ik nog twee resultaten nodig had: van de Bachelorthesis en van Kwartairgeologie. De Bachelorthesis rondde ik vorige maand af, het hertentamen van Kwartair was dus pas vandaag.

De vraag is of het tentamen voor de 31e is nagekeken, wat overigens gezien de bescheiden groep herkansers wel zou moeten lukken, en of het ook op tijd aan het Studiesecretariaat wordt doorgegeven. Pas wanneer het cijfer binnen is, kan ik mijn Bul aanvragen. Voor de Bulaanvraag heb ik nog de tijd tot 10 September, dus dat zal wel moeten lukken. Echter, om voor STREEM te worden toegelaten, moet ik wel voor de 31e kunnen laten zien dat ik mijn Bachelor heb gehaald, ofwel: het tentamen moet al in het weekend zijn nagekeken, zodat ik maandag mijn Bul kan aanvragen en met die aanvraagformulieren (zo vermoed ik) bij het Studiesecretariaat van FEWEB kan binnenwandelen, om alsnog te worden toegelaten.

Het wordt echt heel spannend of dit nog gaat lukken. Het Studiesecretariaat van mijn eigen Faculteit (FALW), is alleen van 10:00 tot 13:00 uur geopend, dus als de resultaten pas maandagmiddag worden ingeleverd, ben ik het haasje. FEWEB gaat me namelijk niet "met terugwerkende kracht" inschrijven als ik de zaken uiteindelijk na de deadline toch op orde blijk te hebben.

Ik vraag me dus af of dit gepriegel en gehaast nou standaard is. Waarom wordt het de studenten zo moeilijk gemaakt zich in te schrijven? Is dat altijd zo geweest? Is dat bij elke faculteit zo? Ergens klopt er gewoon iets niet in het systeem. Of de tentamens zijn te laat, of de deadline is te vroeg, of er is te weinig flexibiliteit. Ik mag toch veronderstellen dat ik niet de enige derdejaarsstudent ben die in de zomer nog iets mocht herkansen. Meer mensen zouden door deze vreemde regeling in de problemen kunnen komen. Waarom wordt er zo hard met studenten omgesprongen? Ik heb me de afgelopen drie jaar toch wel genoeg bewezen?

Al met al heeft deze vakantie vooral in het teken gestaan van de Uni en niet in het teken van lol maken. Volgend jaar moet ik maar weer eens op vakantie gaan. Een schaaktoernooi als Pardubice lijkt me wel wat. Helaas heb ik eerst nog iets van 42 weken die in het teken van de uni staan, onderbroken door één week Kerstvakantie. 😦 Het enige geluk is dat economen zo weinig contacturen hebben…

15 augustus 2010

ONJK 2010

Door de ogen van een begeleider

Afgelopen week werd het zoveelste ONJK gespeeld. Dit jeugdtoernooi, dat sinds enkele jaren onder de belachelijke naam Euro Chess Tournament door het leven gaat, werd mogelijk voor de laatste keer op de campus van de Universiteit van Enschede gespeeld. Een teleurstellend aantal van slechts 323 deelnemers meldde zich uiteindelijk aan, veel minder dan tijdens de hoogtijdagen in Hengelo. Vreemd, want het was echt schaakweer, met zeer gematigde temperaturen. Blijkbaar spreken de catacomben die naar de speelzalen leiden niet echt aan.

Behirder was mee als een soort begeleider. Pascal L. ging namelijk met een groep (voornamelijk Baarnse) schakers en ouders/begeleiders richting Enschede. Er was een boerderij gehuurd waar we fijn konden overnachten. Voor Behirder, die zichzelf door middel van een e-mailtje uitnodigde, was ook nog wel plaats. Hetzelfde gold voor Pinda. Hij besloot op het laatste moment mee te gaan en dat was boffen voor Behirder, die fijn mee kon rijden. Daarmee had hij meer geluk dan met zijn broertje, die notabene op de campus woont, maar geen zin had dat degene die hem het schaakspel leerde er twee nachtjes mocht slapen. Wel behirde hij Behirders bagage. Op maandag kwam hij de tas en koffer braaf brengen.

De missie

Voor Behirder zou er een mooie tijd aanbreken. Hij had een doel voor de "vakantie": opnames maken voor het schaakpromotiefilmpje. Verder mocht hij zich verheugen op een potje voetbal en de schaakanalyses. Naast twee studieboeken nam hij een aantal schaakboeken mee: enkele openingsboeken en wat boeken uit de serie "Lekker schaken". Hopelijk was hij daarmee goed voorbereid op mogelijke vragen van de deelnemers.

Het Baarnse kamp had een aantal redelijk bekende spelers in de gelederen. Adriaan de Jongh was een outsider in de A-categorie, Jesse Bassant een sterke middenmoter, terwijl Bart en Yme Brantjes ook tot leuke dingen in staat kunnen zijn. In de B-categorie had je natuurlijk nog Kasper Wiegers. De kinderen in de nog jongere categorieën kende ik niet en eerlijk gezegd ging mijn aandacht daar ook niet echt naar uit. Ze hebben nog geen reputatie opgebouwd bij me. Pas als ik ze in een later toernooi weer tegenkom, kunnen hun resultaten me wat schelen. Hetzelfde geldt voor de spelers die ik bij het ONJK in 2007 als stukjesschrijver tegenkwam. Sommige gastjes spelen nu al in de A-categorie mee en ik heb ze meegemaakt toen ze nog jong waren. Wie weet kijk ik zo over drie jaar ook terug naar dit ONJK.

Over de stukjesschrijvers gesproken: daarin deed BSG lekker mee. Lenaard nam de verslaggeving van de A-categorie voor zijn rekening, de witte deed de D-categorie. Behirder vond het eigenlijk ook wel vet om te schrijven als schaakcriticus, maar dan moet het schaaktechnisch wel interessant zijn. Misschien een idee voor volgend jaar?

Een gewone dag

Het ONJK is een zwaar toernooi. Niet alleen voor de spelers, maar ook voor de begeleiders. Iedere dag werden we om half acht gewekt en dat was verdomde vroeg. Het ontbijt stond al op tafel, met veel verschillende typen brood, hagelslag en smeerseltjes. Ik propte me daar maar lekker vol. Zin om een lunchpakket mee te nemen had ik niet, liever kocht ik bij de campussupermarkt een paar verse croissants. Om vijf voor half acht vertrokken we doorgaans, om dan vijf minuten voor het begin van de ronde aan te komen.

Hoewel de persruimte eigenlijk verboden gebied was voor onbevoegden, liep ik iedere dag vrolijk naar Lenaards werkplek. Hij kon op zijn laptop fijn de livepartijen zien, terwijl hij ondertussen probeerde stukjes te tikken. Als hij er niet was, kon ik zelf eens een blik werpen op de toernooisite. Een eigen computer of laptop had ik daar niet en de computers in het café waren ook verdwenen. Tot mijn spijt kon ik dus geen leuk artikel schrijven of mijn Hyves opleuken met een herpublicatie van een oud artikel. Daar baal ik wel van.

Large op normenjacht

Bij de Young Masters kon beertje Large een IM-norm halen. Zeker in het begin van het toernooi kon ik hem nog voor de partij groeten/succes wensen. Large stelde niet teleur. Hoewel Large bij de vreemde openingsceremonie het slechtste paringsnummer kreeg (hij had geen keuze meer), waardoor hij begon met twee zwartpartijen, weerde hij zich kranig door twee halfjes te pakken. Vervolgens won hij een theoretisch duel van Floris van Assendelft en stond hij op 2 uit 3. En het mooie was: in alle drie de partijen had hij de overhand gehad.

Verslaggeving

In de A-categorie schreef Lenaard veel over Eugene Riaan d'or. Niet alleen omdat hij "top seed" (een VRESELIJKE term) was, maar ook omdat hij een T-shirt van "Muse" aanhad. Van die vreselijke band is Lenaard helemaal idolaat. Het gevolg was dat de overige deelnemers er maar bekaaid van afkwamen. De wist-je-datjes, die nu overigens wist-u-datjes heten, waren een groter succes. Zo werd er vermeld dat Baarn zelfs een dopingexpert had. Zelfs bij ons is er vervolgens over gesproken wie dat nou was en wie het "wist-u-datje" naar buiten had gebracht. Uiteindelijk bleek dat het Pascal was in een lollige bui. Ook kwam het slaappraten van Adriaan de J. in een wist-u-datje. Ik heb geen idee wie dat gelekt heeft. Naast mij kunnen het alleen Pinda of Jesse B. zijn geweest, want die sliepen bij hem op de kamer. Hoewel ik zelf de eerste nacht amper een oog heb dichtgedaan, heb ik het beruchte woord "mondholte" niet gehoord.

Na verloop van tijd besteedde Lenaard meer tijd aan de wist-u-datjes dan aan de verslagen. Er kwamen steeds meer wist-u-datjes binnen, die uiteindelijk niet allemaal in het dagverslag kwamen. De twee pagina's waren zo gevuld. Op het eind van het toernooi daalde het niveau van de wist-u-datjes en kwamen wat ouders op hoge poten verhaal halen omdat een wist-u-datje niet zo leuk was voor iemand.

Schaken, lekker belangrijk

Het ONJK was een toernooi waarbij het schaken wel heel nadrukkelijk op de tweede plaats kwam. Zo was er een rel bij de Hulsbeekgangers (als ik me niet vergis) waar kinderen in een ander dorp uitgingen. Dat zouden hun ouders niet zo leuk vinden, dus dat kon maar beter niet in de wist-u-datjes en bla, bla, bla.

Ook in de A-categorie leek het schaken op de tweede plaats te komen. Zelden heb ik in de kopgroep zo'n zooitje impotente schakers gezien. Dat Tijmen Kampman de hele tijd bovenin meedraaide, was veelzeggend. Topfavoriet Eugene Riaan d'or speelde lang niet zijn beste schaak, maar desondanks bleef hij ongeslagen. Vooral Tom Meurs zal zich nog vaak achter de oren krabben waarom hij remise aanbood in een praktisch gewonnen stelling.

Toernooianalyse

Adriaan de Jongh vocht zich na een matige start goed terug in het toernooi. Na een zege op kamergenoot (!) Jesse Bassant boekte hij in de vijfde ronde een zwaarbevochten overwinning op Thomas Hummel. Die speelde een vreselijk ruksysteem en was alleen uit op remise. Adriaan kwam slecht te staan in een poging iets te forceren, maar desondanks bleven de remiseaanboden komen. Toen de witte druk langzaam verdween, won Adriaan een op het oog remiseachtig paardeindspel. Na nog twee gedegen overwinningen, maakte hij in de laatste twee ronden netjes remise tegen de ratingfavorieten Eugene Riaan d'or en Koen Lambrechts, om uiteindelijk als gedeelde derde te eindigen. Niet slecht.

Eugene Riaan d'or won uiteindelijk het toernooi. Hij stond de hele tijd aan kop, dus in dat opzicht was het wel verdiend. Zijn partij tegen Adriaan de Jongh was de enige normale partij aan de kopborden. Met afgrijzen zat ik naar de partijen te kijken, zo slecht als er geschaakt werd. Lenaard kan dat doorgaans nog wat krachtiger verwoorden (hij had dit keer eens geen hulp van mij nodig xD) en kwam met een strakke actie: de spelers werden enorm gedisst en de partijen werden niet besproken:

"Het is ook de ronde op vrijdagmiddag. De ronde waar de meeste blunders worden gemaakt en waar mensen het meest moe zijn. En vooral die blunders en vermoeidheid voerden de boventoon vandaag. Zo waren er irritaties op bord één na een remisepartij, liet op bord twee iemand zijn dame insluiten, overzag bord drie dat een paard een dame aanviel (Pf6-g8?? in plaats van Pf6xDh5 - paarden moeten altijd naar voren, Tijmen!) en was op bord vier een complete walk-over. Dit heeft niets met toernooischaak meer van doen, zeker niet voor de A-groep. En… tot overmaat van ramp viel de achtste ronde van dit toernooi ook nog eens op vrijdag de 13e."

En ik maar denken dat er 's ochtends veel blunders worden gemaakt… Vooral de partij Mostertman-Kampman was een afschrikwekkende openingsmishandeling, waarin wit zich op de zesde zet zich al zijn goede loper liet afnemen, met een lelijke dubbelpion op de koop toe. In het vervolg deed hij geen enkele goede zet meer. Was dit nou de Milan Mostertman die Tom Meurs er in de ochtendpartij zo netjes af had geschoven?!

Norm

Ondertussen was Large dicht bij zijn tweede IM-norm gekomen. Hoewel hij op woensdag een ongeluksdag had (hij verloor twee keer) en op donderdag een gewonnen stelling tegen Christov Kleijn remise liet worden, deed hij op vrijdag de dertiende alles goed door eerst Bart Miedema (straks laat die jongen zich nog naar zijn derde naam noemen; wat is er nou mis met "Roi"?) te beuken en vervolgens de koploper met zwart op remise te houden. Die had aan een halfje genoeg voor in ieder geval de gedeelde toernooiwinst en blijkbaar vertrouwde hij de stelling niet meer zo. Zodoende moest Large in de slotronde "alleen" nog remise spelen in de laatste ronde met wit. Dat zou wel moeten lukken en het lukte ook, waardoor hij een welverdiende tweede IM-norm scoorde. Met een beetje meer geluk had er achteraf misschien zelfs een GM-norm ingezeten…

Baarnse successen

Voor het Baarnse kamp waren de successen verder mager. Jesse B. en Bart hadden last van het bad-shape-close-match-syndroom, waardoor ze geregeld punten lieten liggen tegen zwakkeren en niets scoorden tegen sterkeren. Yme Brantjes begon weer eens heel goed, met een paar bemazzelde zeges, maar daarna zakte hij ver weg, net zoals tijdens het afgelopen Pinkstertoernooi. De vier A-categoriespelers van het Baarnse kamp kwamen elkaar ook tijdens het toernooi tegen. Steeds eindigden de duels in het voordeel voor de hoogst geëindigde: Adriaan versloeg Jesse in een vage partij, Jesse won van Bart en Bart won van Yme. Kortom: de positieve uitschieters werden vooral tegen elkaar gehaald.

De jonkies waren grillig, sommigen presteerden behoorlijk, anderen waren vooral erg bedreven in het binnenhalen van nullen. In een wist-u-datje werd vermeld dat er een "poppenmysterie" was in het Baarnse kamp. Dat was geen doll-mystery, maar het mysterie van de poppetjes die in de nullen van Kasper W. op het scorebord op de boerderij verschenen. Daar was een goede verklaring voor: Behirder tekende die erin. Dat kwam doordat Kasper na een goede start van 2 uit 2 zijn eerste nulletje pakte tegen een sterke speler. De nul was echter zo groot (bijna het hele vakje), alsof het een vette nederlaag was en dat vond ik zielig. Dus tekende ik er een smiley in, maar dat werd niet gewaardeerd; ze werden steeds weggeveegd.

De matige prestaties zijn voor mij hebben me wel achter de oren doen krabben (daar ben ik momenteel mee bezig), want met zoveel begeleiding en trainers zouden de resultaten toch juist beter moeten zijn? Daarnaast was het gezellig en werd er door middel van voetbal ook aan lichaamsbeweging gedaan. Een gezonde geest hoort immers in een gezond lichaam. Maar de vlieger ging niet op. Zouden we te weinig nachtrust hebben gehad? Wie weet, want zelfs voor mij was het uiteindelijk een zwaar toernooi door te weinig nachtrust. Voor de deelnemers zal het nog wel een paar keer erger zijn geweest.

Voetbaltoernooi

Een minpuntje van de week was het voetbaltoernooi waar de Baarnse delegatie niet aan meedeed. Pascal vond (wellicht terecht) dat het niet leuk was voor de kleintjes, dus gingen we op de boerderij voetballen. Terwijl de kleintjes nog aan het zwemmen waren, zaten wij een beetje te wachten en te computeren. Ik had geen laptop, dus kon ik me alleen een beetje vermaken met mijn studieboeken. Pas om kwart voor vijf werd er begonnen met paaltjesvoetbal, waar bijna niemand aan mee wilde doen. Vervolgens kwam er een voetbalwedstrijd, waarin ik met mijn kuitblessure maar de stand bijhield. De wedstrijd was afgelopen toen het eten op tafel stond. Daarna is er niet meer verder gespeeld, waardoor het Baarnse "toernooi" een beetje in een anticlimax eindigde.

Voor de "BSG-beertjes" (door Lenaard ingeschreven als "BSG Beertjes") was het wegvallen van Baarn een fikse aderlating. Plotseling zat het team met een personeelstekort. De essentiële zesde speler werd maar niet gevonden. Gelukkig kwam Behirder Joost Offringa tegen en die bleek wel zin te hebben in voetbal, ook al beweerde hij heel slecht te zijn in voetbal. Helaas heb ik er niks van kunnen zien, omdat ik toen alweer op de boerderij nabij Schaatsbergen zat. Ik had immers geen zin om dat hele eind terug te gaan lopen met m'n manke poot.

Avond

In de avond werd er doorgaans nog wat voorbereid en soms gingen we Dalmutiën. Er waren ook nog ideeën voor bughousen, maar daar is helaas niks mee gebeurd. Op andere avonden stond de tv aan met een hemeltergend slechte Amerikaanse serie. U kent dat wel: lelijke, overacterende acteurs die constant ontiegelijk flauwe grappen maken die alleen grappig moeten zijn door het grove taalgebruik en om het geheel compleet te maken zetten ze er zo'n irritante lachband onder, zodat het lijkt alsof er toch nog iemand om lacht. Uiteindelijk gingen we pas ver na twaalven slapen, waardoor we iedere dag brakker werden. Adriaan was slim: hij ging vroeg naar bed, al valt het te betwijfelen of hij wel lekker heeft kunnen pitten met al die gezelligheid aan de andere kant van de deur.

Verkiezing

Over lelijk gesproken: de Miss-en-Mr-Enschede-Verkiezing was er ook weer. Naarmate het toernooi vorderde, namen deze bij-evenementen een steeds belangrijkere plaats in bij Lenaard. Behirder kon een geslaagd filmpje daardoor wel vergeten, want hij heeft niet zo'n touch met kinderen. Wel kon hij de stemformulieren uitknippen. Vreemd genoeg was local hero Floris van Assendelft niet genomineerd voor de verkiezingen. Hoeft de Mr Enschede helemaal niet meer uit Enschede te komen?! :S Bovendien is Floris de enige gentleman van het toernooi. En wat te denken van Tijmen Kampman?

Slot

Op de slotdag moest ik weer op tijd naar het westen des lands, zodat ik op de verjaardag van het mOnStErTjE kon verschijnen. Ik vroeg hoe Ewood mee wilde gaan, maar hij bleek niet eens van het feest af te weten. Meerijden met Pinda kon ook al niet, want zijn auto zat vol met bagage. Dat deed ik maar tot Bussum. De prijsuitreiking heb ik dus gemist, maar ach, ik had toch niks gewonnen. Het was een vaag toernooi. Volgend jaar mogelijk op een andere locatie. Dan zal ik eens wat nadrukkelijker vragen naar mijn rol. Wie weet is mijn rol om dan de ronden accuraat te verslaan…

06 augustus 2010

Postzegelvoetbal

Amersfoort wint met iets van 10-4 van Soest

Na enkele weken van afwezigheid was Behirder er gisteren weer bij. De vijfde voetbalmatch tussen Soest en Amersfoort werd in Amersfoort gespeeld. Het was een miniveldje van kunstgras, waar de plaatselijke hangjongeren lekker rondhingen. Gelukkig gingen zij weg toen wij aankwamen.

Op het veld van postzegelformaat was het moeilijk voetballen. Amersfoort had Jeroen Bugel in de gelederen en was daarmee vele malen gevaarlijker dan in de voorgaande duels. Behalve een gelijkspel in Amersfoort, had Soest op eigen terrein een hele grote zege geboekt in de wedstrijden waar ik niet bij was. Dat gaf vertrouwen voor deze wedstrijd, maar al gauw was daar niks meer van over.

In de openingsfase ging het nog wel goed. Amersfoort speelde opvallend verdedigend en ik had vaak niet eens een mannetje dat ik kon dekken. Het ging pas mis bij de terugspeelballen. Behirder zag zich genoodzaakt een bal naar de keeper (de witte) te spelen en schoot hem iets naast het doel. De witte stond echter aan de andere kant en was niet blij met de krachtsinspanning die hij moest leveren. Bij de tweede terugspeelbal durfde ik niet nog iets stoms te doen, maar schoot ik daardoor te zacht. De bal werd onderschept, de witte ging liggen en werd omspeeld, waarna ik tot mijn afgrijzen zag dat ik een assist had gegeven. Het was echt gepruts op de vierkante centimeter.

Het gevolg was dat ik al gauw gewisseld werd. We speelden namelijk zes tegen zes en daardoor hadden beide teams een wisselspeler. Toen ik niet in het veld stond, werd de gelijkmaker gemaakt. Uiteindelijk kon ik weer meedoen en begon Amersfoort offensiever te spelen. De thuisploeg liep uit tot 8-1 of iets in die richting. De handige aanvallers waren bijna niet af te stoppen. Aan de andere kant van het veld kon Soest weinig doen. Ewood had een rustige avond. De aanvallen van Soest misten het vernuft en de klasse om in iets moois te eindigen.

Pas heel laat, nadat een stel hangjochies mee wilde doen, wat ons niet zo'n goed idee leek, raakte Amersfoort een beetje buiten adem en kwam Soest terug. Behirder was opgelucht dat er ook nog doelpunten vielen met hem in de gelederen, maar verder dan een assist en een schot op het doel kwam hij niet. Vaak had hij het idee niet serieus te worden genomen, als hij op rechts mee naar voren ging, maar de bal nooit kreeg, ondanks dat hij een zee van ruimte had.

Toen het donker begon te worden, ging het spel nog even met vijf tegen vijf verder en dat beviel Soest veel beter. Uiteindelijk werd het nog iets van 10-4, zodat Soest in ieder geval nog iets had gepresteerd. Na de wedstrijd bleven we nog heel lang met Large en Jeroen B. hangen. Pas tegen middernacht vertrokken we weer naar huis. Het tienen na afloop was leuker dan de wedstrijd.

Volgende week is Behirder in de buurt van Enschede, dus de volgende wedstrijd die hij zal spelen, zal wel weer in Amersfoort zijn. Hopelijk heeft men dan een wat groter veldje uitgekozen.

04 augustus 2010

Waar is Ajax nou helemaal mee bezig?

Runner-up begint seizoen erg stroef

Waar is Ajax nou helemaal mee bezig? Ik wil het nu niet hebben over de financiële wanpraktijken van Ajax van de afgelopen decennia, maar juist over de sportieve prestaties. Het seizoen 2010-2011 is nog niet eens echt begonnen, maar toch is er heel veel werk aan de winkel. Dat leerden de eerste drie wedstrijden wel.

Een paar weken geleden was heel Ajax in rep en roer. Coach Martin Jol zou naar Dwaasham vertrekken, omdat hij bij Ajax minder financiële armslag zou hebben dan gedacht. Uiteindelijk besloot hij te blijven en dat siert hem. Er zijn trainers voor minder bij hun club weggelopen.

Waar Ajax in het seizoen 2009-2010 de morele kampioen was, is van die goede vorm niks meer over. In de Johan Cruijff-Schaal kregen ze de kans om een keer een prijs voor de neus van FC Twente weg te kapen. Ajax speelde echter zo slecht dat een goed combinerend Twente zich in moest houden om niet met dikke cijfers te winnen. Uiteindelijk bleef de schade beperkt tot een genadige 0-1-eindstand, een stand die al binnen tien minuten op het scorebord stond na een stomme communicatiefout tussen Stekelenburg en Van der Wiel.

Het tweeluik tegen het zwakke PAOK Thessaloniki ging amper beter. In de eigen ArenA gaf Ajax een kostbaar doelpunt weg, waardoor ze met een 1-1-thuisnederlaag naar Griekenland konden afreizen. Daar zag het er ook niet best uit. Ajax viel aan, maar zonder te overtuigen. Combinerend was het niet best en het enige gevaar voor het Griekse doel diende van afstandsschoten te komen. Bij de eerste de beste aanval van de Grieken stond het opeens 1-0.

Na rust had Ajax wind tegen en was alles anders. Binnen tien minuten was de achterstand omgebogen in een 1-3-voorsprong. Door de plotselinge doelpuntenregen was Ajax verzekerd van de volgende ronde. De vraag leek te zijn met hoeveel ze gingen winnen. Maar toen was het tijd voor Ajax om weer te gaan knoeien. Van der Wiel speelde alsof hij het WK had gewonnen en bij de 2-3 stond de hele verdediging te slapen. Het was uiteindelijk aan Stekelenburg te danken (een Griek versierde een penalty door zijn eigen voet te haken) dat Ajax de voorsprong nog naar de eindstreep bracht. Na een zoveelste verdedigingsfout werd het nog 3-3, maar daar bleef het ook bij.

Natuurlijk was het voor de neutrale toeschouwer een buitengewoon spectaculaire wedstrijd, maar voor Ajax is het te hopen dat het spel snel verbetert. Tegen een matige ploeg hadden ze alle geluk van de wereld nodig om met samengeknepen billen en op basis van uitdoelpunten verder te gaan. De volgende ronde wordt veel zwaarder!

Gelukkig zat Ajax nog net aan de goede kant van de score. Dat was in het verleden wel anders. Het is te hopen voor Ajax dat de opstartproblemen vergelijkbaar zijn met die van vorig jaar, toen het pas in de competitie begon te lopen. Als Ajax kampioen wil worden, zal de eerste competitiehelft de "scherprechter" worden. In de jaren dat Ajax het kampioenschap op een haar miste (2006-2007, 2009-2010 en in mindere mate 2007-2008), was dat in de laatste jaren steeds na een inhaalrace. Een goede start zou dus meer dan welkom zijn, maar de voortekenen zijn niet al te positief. De titel is belangrijker dan ooit. Geen titel betekent weer geen ster, weer extra Champions League-voorronden en minder geld om miskopen mee te financieren. Laten we Ajax nu een keer echt aanmoedigen.

03 augustus 2010

Herfstschaak

Jip gedeeld eerste in achtste ronde zomerschaak

"Verschaft juli veel mooie dagen, dan pleegt augustus de last te dragen." Dit spreekwoord, dat doorgaans op het voorjaar van toepassing is, lijkt ook voor de zomer te gelden in Nederland. Altijd bevat de Hollandse zomer minstens een slechtweermaand. Voordat ik vakantie had, was het bloedheet en uitgerekend nu, nu ik eindelijk vakantie heb, houdt het weer niet over. Gisteravond was het weer al helemaal onstuimig. Het regende pijpenstelen en daarnaast onweerde het nog. Dat weerhield me er niet van om het Denksportcentrum onveilig te maken. Zelfs een lekke band kon me niet tegenhouden.

De bardienstperiode is hier weer aangebroken. Gisteren was Ewood aan de beurt, volgende week ben ik het slachtoffer, maar ik neem aan dat ik dan in de buurt van Enschede zit. Ewoods rotklusje was voor mij een goede reden om wel te komen. De laatste tijd heb ik wat meer zelfkennis gekregen wat betreft schaken en dat gaf me het nodige vertrouwen. Wel had ik een probleem met de fiets in de vorm van een lekke band. Dat was niet de eerste keer, eerder de tiende keer dat het me overkwam. Het was bij de supermarkt gebeurd, toen ik tijdens mijn "vakantie" de nodige boodschapjes had gehaald. Gelukkig kon ik op Loulous fiets, maar toen ik wegreed, voelde ik dat ook bij deze fiets de achterband wel erg zacht was. Ewood was al vertrokken, maar hij wachtte in de zijstraat op me door rondjes te fietsen. Met deze fiets kon ik moeilijk verder rijden, waarna ik m'n moeder d'r fiets kon lenen… :S Je moet wat voor het zomerschaak over hebben…

Terwijl ik m'n moeder d'r fiets uit de schuur haalde, was Ewood al onderweg. We waren al aan de late kant en het weer was niet al te best. Tijdens de heenreis was het onweer nooit ver weg. Onweer vind ik het naarste weerfenomeen dat er is. Voorspelbaar is het niet (op Discovery Channel werd eens over een fietser verteld die door een onweerswolk van tien kilometer verderop werd getroffen) en ik voelde me op de fiets niet erg veilig (de banden isoleren je volgens mij van de grond, maar verder heb ik van elektriciteit geen kaas gegeten.) Daarnaast regende het, dus ik hoopte snel binnen te zijn.

Toen ik m'n fiets wegzette, kwam Ptr aan. Hij had zo'n opvouwbare fiets, dus daarmee vergelen zag mijn fiets er wat minder lomp uit. We liepen maar naar binnen, waar EB de indeling maakte. Ik zat nog tegen Ptr te spelen, toen de indeling werd omgeroepen. Er waren twaalf deelnemers en we speelden 5'+3'' Bronstein. Ik speelde in de eerste ronde tegen Bert Kieboom. Hij speelde weer eens 1.e4 en ik speelde Spaans. Anders dan die keer en de oefenpartijen tegen Ptr ging het nu wel aardig. Ik had het gevoel dat ik goed stond, maar ook niet meer dan dat. Na lang nadenken besloot ik een stuk te offeren voor een aanval. Ik kreeg in ieder geval twee pionnen en ik hoopte binnen afzienbare tijd de aanval te kunnen versterken, maar of het nou goed was? In de partij pakte het na wat matig verdedigen van Bert nog wel goed uit. Ik won nog twee pionnen, toen ik dames moest ruilen. In het eindspel drukte de pionnenmassa wit helemaal dood.

Van een heel ander kaliber was de partij tegen Kooijman. Ik speelde een soort Kanvariant, maar daarbij verloor ik m'n hele centrum. Vervolgens stond ik heel ongemakkelijk en bleef ik matig spelen. In tijdnood werd het hectisch. Ondanks dat we niet met het Bronsteintempo speelden, maar gewoon met 5'+3'', zaten we enorm in tijdnood. De stelling was bloedlink, met de zware stukken en de loperparen. Uiteindelijk liet Chris zijn dame instaan, waardoor ik het nog net won. Een hele opluchting.

Tom Fikkert speelde een atheoretische variant. Hij wilde niet op theoriekennis verslagen worden. Blijkbaar kent hij me niet zo goed. 😉 Het afscheren van zijn snor had hem in de partij geen kwaad gedaan. Na 1.e4 e5 2.d3 Pf6 3.f4 kwam er een vreemd Koningsgambiet op het bord, waarin ik hoopte dat ik wits passieve tweede zet kon uitbuiten door 3…exf4 4.Lxf4 d5 5.e5 Pg4. Ik was het ruwste van het ruwste van plan: …g5 zag ik wel zitten. Helaas deed wit gewoon 6.Pf3 en stond ik niet best. Wit verzuimde echter m'n paard weg te jagen, waardoor ik een keer …Db6 kon doen, wat een kwaliteit won. De stelling bleef heel lastig, zeker omdat ik weinig tijd had. De afruil van een stuk verlichtte mijn taak. Tot mijn verbazing sloeg Tom echter een ander stuk met zijn dame. Gelukkig zag ik nog net dat mijn dame op g4 het paard op b4 dekte. Anders had de uitslag zomaar "1-0" kunnen zijn in plaats van "0-1".

Vervolgens speelde ik tegen Ptr. Hij speelde Frans en raakt na 1.e4 e6 2.d4 d5 3.Pc3 Lb4 4.e5 per ongeluk zijn loper aan. Hij deed daarom maar 4…Le7. Reden voor mij om maar een halve zet te doen: 5.a3. Maar dat was ook niet zo geweldig. Zonder de dubbelpion op c3 is wits pionnenstructuur niet veel meer dan een fragiel kaartenhuis. Hoewel ik de zet 5.a3 in sommige varianten best kon gebruiken, was de resterende stelling geen lolletje. De stelling bleef heel lang slecht maar stabiel, om uiteindelijk in tijdnood helemaal in te storten. Met zwarts lopers die door mijn stelling keken, was het een kwestie van tijd voordat ik een aftrekaanval van zwarts d-pion over het hoofd zou zien.

Meteen daarna mocht ik tegen EB. Hij hoopte dat hij niet zoals tegen Ptr in drie zetten een stuk weggaf. Nu deed ik dat bijna door een wat al te roekeloos …d5. Het zou me niet verbazen als er een manier was waarop wit geforceerd een stuk zou winnen. Gelukkig kon ik het nog net overleven. Over de positionele concessies mopperde ik niet. Wel was het nu lastig geworden om nog te winnen. Ik zag alleen dat wits koning een paard op f3 moest dekken, maar hoe kon ik daarvan profiteren? Na lang nadenken meende ik het te hebben gevonden: slaan op a4 en als wit daar met de toren slaat, doe ik …Pb2 en dreig ik naast …Pxa4 ook …Pxd3, gevolgd door …Lxf3, met stukwinst. In de praktijk pakte het ook precies op die manier uit, maar zag ik dat wit het idee met Txa6 had kunnen weerleggen, omdat mijn toren op a8 ongedekt stond. Winnen is soms ook verdomd lastig…

Een opmerkelijk einde had de partij tegen Langbroek. Hij verloor met wit (!) over de e-lijn een stuk in de opening (ik deed 1…Pxe4, toen kwam 2.Pxe5 Pxe5 3.De2 Pxc4 4.Dxe4+ De7), waarna ik dat rustig uitspeelde. Uiteindelijk stond zijn toren op g3 helemaal ingemetseld door mijn pion op g4 en de pionnen op g2, d3 en d4 (die laatste was van mij dus.) In een hopeloze stelling deed hij maar het onreglementaire 1.Kh3, waarna ik hem maar met 1…Th1 "dubbelmat" zette. xD

Tegen Tom Haenen ging het veel moeilijker. Hij speelde Frans en liet in hoog tempo de stukken van het bord verdwijnen. Mijn pogingen om een paard op d6 te krijgen leverden niets op. Sterker nog: mijn koning bleef in het centrum en het zag er niet best uit. Gelukkig voor mij gaf hij een toren weg op het moment dat het spannend (voor mij) zou worden. We analyseerden nog wat en Johnny Markus keek mee. De conclusie was dat zwart zelfs na een stukoffer goede kansen had.

Markus was dan ook mijn volgende tegenstander. Hij deed het inmiddels behoorlijk populaire 1.d4 Pf6 2.c4 e6 3.Pf3 b6 4.a3. Ik kwam ditmaal wel aardig door de opening heen, hoewel ik het na een tijdje somber inzag: mijn loper stond nogal lomp op a8 en de zwarte velden in m'n koningstelling waren zwak. Gelukkig werden er stukken geruild en kon in het middenspel de pion op a3 van het bord halen. In een toreneindspel met een pion meer, had ik eveneens het voordeel van wits te ver opgerukte pionnen op de koningsvleugel. Hierdoor bereikte ik een eindspel met twee pionnen meer, maar het toreneindspel met de f- en h-pion is in sommige gevallen theoretisch remise. Nu waren mijn pionnen gelukkig al ver opgerukt. De stand was volgens mij zo:

John Markus – Jesper de Groote. Wit had zojuist zijn e-pion tegen mijn c-pion geruild (misschien stond de toren wel op c8, het maakt ook niet veel uit. Alleen als het ding op f8 stond, had het kunnen uitmaken) en ik moest dit proberen te winnen met weinig tijd. Dat lukte aardig: 1…Tg2+ 2.Kh1 (volgens de eindspeldatabase in ieder geval het hardnekkigst, wit mag de h-pion niet laten doorlopen) 2…Kg3 (automatisch gespeeld, maar met een toren op f8 had wit hier meteen remise kunnen maken) 3.Tg8+ Kf2 4.Ta8 Tg1+! 5.Kh2 Te1 en vanaf hier ging het vrij gemakkelijk. John ging de h-pion opvreten, waarna ik via g1 kon ontsnappen met de koning en won.

Het deed me denken aan het eindspel dat ik eens tegen Coen had. Met twee pluspionnen was de winst nog niet zo gemakkelijk:

Jesper de Groote – Coen van der Heijden, Interne competitie 2006.

De aanwezigheid van de b-pionnen zou mijn winstkansen nog ten goede komen, mocht ik niet direct kunnen winnen. In deze stelling kan wit nog steeds niet weg met de koning, terwijl de toren de h-pion moet dekken. Maar ik had natuurlijk bewust naar deze stelling gestreefd en met 65.Tg8+ Kxh7 66.Tg3 pakte ik het punt. Er dreigt 67.Th3+ en Kg8 en alleen 66…Th4 helpt daartegen. Maar dan komt natuurlijk 67.Ke7 en wit kan naar de toren lopen. Natuurlijk staat zwarts toren verre van ideaal op e4. Het ding had ook op e1 moeten staan, maar ook dan wint wit met 65.Tg8+ Kxh7 66.Tg7+! (dwingt de koning naar een vreselijk veld) 66…Kh8 67.Tg4 (nu kan de toren naar de vierde rij, al is 67.Tg3 of 67.Tg2 net zo goed) 67…Th1 (67…Kh7 verliest op de bekende manier, maar dit is nog kanslozer) 68.Tf4! Ongelooflijk sadistisch. Zwarts toren is aan de h-lijn gebonden. Wit kan rustig met de koning weglopen, terwijl de toren ook nog eens ideaal staat.

Dat zijn dus de leukere eindspelen. Tegen Tom de Ruiter kwam ik lang niet zover. Hij speelde een vaag systeempje, waardoor ik ruimtevoordeel had. Het was een soort Spaans, maar dan zonder tegenspel voor zwart. Zwart stond passief en Tom voelde zich genoodzaakt wat kromme zetten te doen, zoals …Kf8. Hierdoor had het paard op g6 geen vluchtvelden meer, zodat ik het beest na h5 kon oppeuzelen. Toen Tom meteen daarna nog een stuk ging verliezen, hield hij het maar voor gezien. "Ik zit als een konijn te spelen", merkte hij op. Barmeid Ewood hoorde het aan en dacht er het zijne (hare) van.

In de één-na-laatste ronde speelde ik tegen FM Henk. In het Schots zat ik heel lang na te denken, want ik moest zetten spelen die ik eigenlijk niet wilde doen. Ik zag me gedwongen tot het maken van enkele verzwakkingen, wat in combinatie met mijn tijdnood het ergste deed vrezen. Bijna a tempo gooide ik de zetten eruit, waarna Henk zijn dame (!) opeens weggaf. Ik gunde hem nog wel een genaderemise. Hij is immers toch FM. ^^ Henk mopperde een beetje over degenen die achter hem Can I zaten te spelen. De oudjes (volgens Johnny Markus moest je een IQ van 40 hebben om dat spel te doen xD) hadden ruzie gekregen omdat iemand een fout had gemaakt, waardoor het spel in de soep was gelopen.

In de laatste ronde speelde ik tegen Pieterse. Naar verluidt baalde hij ervan dat hij zwart had tegen mij. In een hoog tempo bracht hij het Russisch op het bord. Ik probeerde het evenwicht te verbreken door een centrumpion te winnen tegen een h-pion, maar aan de geïsoleerde d-pion beleefde ik weinig lol. Uiteindelijk kon ik in tijdnood m'n pion terugwinnen, maar ook niet meer dan dat. Uiteindelijk had ik een pion minder, maar stonden mijn stukken actief. Pieterse bood remise aan, wat ik maar aannam met een halve minuut op de klok. Pieterse had het over sneller zetten, maar ik kon zijn tempo toch niet bijbenen, dus wat heb je er dan aan om een matige stelling te spelen? Als die Pieterse geen blunders maakt, is hij behoorlijk goed, weet ik. Helaas blundert 'ie tegen bijna iedereen opzichtig… Ach ja, sommige tegenstanders liggen me gewoon niet.

Al met al scoorde ik 9 uit 11, een fraaie score, hoewel het spel af en toe erg rommelig was. Ik heb al een tijd niks aan schaken gedaan en dat merk ik vooral aan m'n openingen. De rest gaat wel behoorlijk goed, al kan het tactisch allemaal nog wel wat beter. Na mijn partij tegen Pieterse was het wachten op FM Henk, die tegen Haenen bezig was aan een tijdnoodduel, waarbij hij uiteindelijk wel aan het langste eind trok. Hierdoor eindigde ook hij op 9 uit 11.

Ptr verloor in de tweede helft van het toernooi terrein door nederlagen tegen De Ruiter en FM Henk. Uiteindelijk eindigde hij op 8½ punt en niet 8, hij had in de eerste ronde gewonnen van Fikkert (toch?) De Ruiter en Kooijman eindigden als gedeeld vierde met 6½bd uit 11, Kieboom en Markus scoorden 6 punten, Pieterse bleef steken op 50 procent, EB pakte 4 punten, Haenen 3, terwijl Fikkert en Langbroek er één scoorden. 

Na afloop stond Ewood nog af te drogen en verkocht hij mij nog een doormidden gebroken Mars. Ptr zat nog tegen Klaas B. te schaken. Daarbij matste hij de actiefste schaker van BSG constant door winnende zetten niet uit te voeren. De opa had het niet door en in de laatste partij merkte hij opeens op dat Ptr de stelling niet goed had aangepakt. xD

Rond middernacht verlieten we het DSC en fietsten we in een traag tempo naar huis. Het was inmiddels droog. Op de hoek van de straat gingen we toen nog een uur vollullen over Ptrs toekomst en verleden als piloot. Het was me het avondje wel.

01 augustus 2010

Webber oppermachtig, Shoeface diep triest

Webber wint Grand Prix van Hongarije

Na de kwalificatie twijfelde niemand er meer aan: als de Red Bulls de finish zouden halen, zouden ze het hele veld declasseren. Gelukkig voor de Formule 1 kwam dat niet uit, want Red Bull greep weer eens een paar keer lelijk mis, waardoor Webber bijna een bovenmenselijke inspanning moest leveren om te winnen en Fattle boos derde werd.

Zelden zal een team in de kwalificatie zo dominant zijn geweest als Red Bull op Hongarije. Op het bochtige circuit is heel veel downforce een vereiste en dat zit bij Red Bull wel goed. Ze zeggen niet voor niets dat het drankje je vleugels geeft. Doorbuigende vleugels zelfs. Bij voldoende hoge snelheden buigen de vleugeleinden door, wat voor extra downforce zorgt. Ferrari heeft die dingen tegenwoordig ook. Gelijk is het Italiaanse team best of the rest, maar het gat met Red Bull is enorm.

In de kwalificatiesessie reed Alonso zich het licht uit de ogen om het vooraan nog een beetje spannend te houden, maar desondanks moest hij in de beslissende sessie bijna een seconde toegeven op Webber. Vervolgens duikt Fattle vier tienden onder Webbers tijd door. AU!

McLaren is weer vrij onzichtbaar. Luis pakt nog de vijfde plek, Button haalt Q3 niet eens en start als elfde. Bij Mercedes doet Rosberg het weer goed met een zesde plek, zijn teamgenoot haalt zoals gewoonlijk Q3 niet. Zoals gewoonlijk slaagt Robert Kubica daarin wel, maar desondanks wordt hij geklopt door zijn teamgenootje Petjerov. Verder staan De la Rosa en Hülkenberg in de top 10. De la Rosa's fraaie negende plaats was een hele opsteker na de dramatische kwalificatie van Co Biaggi. Die haalt Q2 niet eens en wordt bovendien nog vijf plekken teruggezet omdat hij de technische keuring voorbij reed, waardoor hij als één-na-laatste start. Achterin doen de loserbakken een wedstrijdje "wie de traagste ronde kan rijden". Laatste is Yamamoto, een afschuwelijk slechte coureur die bij HRT Chand Hok vervangt. De Japanner komt in zijn "snelste" tijd bijna acht seconden tekort op Fattles poletijd. Overigens is zijn teamgenootje amper sneller. Zijn oom zou zelfs in een Formule 1-auto uit 1950 nog blokjes om hem heen hebben gereden.

Race

Vooraan hebben de Red Bull-coureurs maar één zorg: de start. Webber, die als tweede start, staat op de verkeerde lijn en moet maar hopen dat hij Alonso voor kan blijven. Dat lukt hem niet en Alonso doet zelfs een gooi naar de leiding. Fattle kan de Ferrari afhouden, waarna hij in de openingsfase het rijk vooraan alleen heeft. Webber moet wachten op de pitstops, want alleen zo kan hij voorbij Alonso komen.

Petjerov heeft een goede start gemaakt en komt de eerste ronde als vijfde door. De Renault rijdt echter vrij nerveus en Luis kan de vijfde plek verrassend eenvoudig heroveren. Achterin het veld blaast Chaime Algerswari zijn motor op en is daarmee de eerste uitvaler.

Voor regerend wereldkampioen Button ziet het er niet goed uit: na de start is hij teruggevallen tot de vijftiende plek en zit hij klem in het middenveld. Hij wint slechts een plaatsje als Liuzzi zich verslikt en even van de baan vliegt.

Vooraan gebeurt er niet veel. Een brokstuk op de baan is echter de aanleiding voor een safetycarperiode. Meteen vliegt iedereen de pits in. Fattle zit op dat moment al in de laatste bocht en ternauwernood weet hij zijn bolide alsnog de pitstraat in te sturen. De pitstops zorgen meteen voor een enorme CHAOS. Allereerst wordt Rosberg weggestuurd met een niet goed vastgemaakt wiel. Wanneer hij de koppeling op laat komen vliegt het wiel als een gevaarlijk projectiel door de pitstraat. Levensgevaarlijk dus en hier lijkt een dikke boete mij geheel op zijn plaats. Vreemd overigens dat dit altijd in Hongarije lijkt te gebeuren…

Achter Rosberg is verwarring ontstaan. Terwijl de Mercedes naar het einde van de pitstraat kruipt, om daar op te geven, bezoekt Subtiel zijn monteurs. Precies op dat moment wordt Kubica door zijn monteurs weggestuurd. Het gevolg is dan ook een botsing. De klap is vrij heftig en Subtiel kan meteen opgeven vanwege een kapotte ophanging. Kubica kan nog wel verder rijden, maar geeft niet lang daarna eveneens op.

Vooraan rijdt opeens Webber. Hij is opmerkelijk genoeg nog niet gestopt. Opmerkelijk, want de Ferrari's, die vlak achter elkaar reden, konden wel achter elkaar binnenkomen. Wel kostte het Massa wat tijd, waardoor hij een plaatsje verloor aan Luis, maar dat is beter dan op volle snelheid een pitstop maken. Of niet? De stand vooraan is dus: Webber, Fattle, Alonso, Luis, Massa. Daarachter ligt Barrichello, die eveneens niet is gestopt. Daarmee lag een interessante race in het verschiet, want Webber moest zo'n twintig seconden goedmaken op zijn achtervolgers. En dat met oude banden. Daarmee was het scenario hetzelfde als bij de Grand Prix van Duitsland in 2008, toen Luis in een dergelijke situatie zat.

Webber gaat dus voor goud, maar de verwachting was dat hij niet al te lang op de zachte banden kon doorjakkeren. Misschien tot de vijfentwintigste ronde, maar toch niet veel langer? Bij de herstart is hij er in ieder geval als een haas vandoor. Fattle laat een gat vallen en houdt zijn teammaat in het vervolg ook niet bij. Webbers gok begint zowaar ergens op te lijken. Hij rijdt de ene na de andere kwalificatieronde en verdwijnt daarmee uit het zicht van de achtervolgers.

Voor WK-leider Luis is de race na de 24e ronde alweer voorbij. Door een kapotte versnellingsbak moet hij zijn wagen in het gras zetten. Een dure opgave. Het betekent dat de Red Bulls en Ferrari's vooraan het rijk alleen hebben. Fattle rijdt op dat moment een gewonnen race: Webber zal zo wel stoppen en zonder veel moeite rijdt hij weg bij Alonso. Hoewel de overmacht van Red Bull in de race minder is dan in de kwalificatie, is het ruim voldoende voor een zege. Een drive-throughpenalty gooit roet in het eten. Fattle krijgt de straf omdat hij tijdens de safetycarfase te ver achter zijn teamgenootje lag. Achteraf blijkt het geen bewuste tactiek te zijn geweest van Red Bull om Webber een paar extra seconden cadeau te doen. Het kwam doordat Fattle niet wist dat de safetycar de baan zou verlaten. Met de straf op zak moet Fattle de schade beperken door nog even drie rondjes op volle snelheid door te blazen. Hij komt daardoor na zijn straf nog als derde de baan op, voor Massa, die was geïnstrueerd om geen gekke dingen te doen; volgens het team zou Fattle achter hem de baan op komen. Niet dus.

Fattle begrijpt niks van de straf die zijn race vergalt. In de pitstraat houdt hij zijn handen vragend in de lucht. Voor de overwinning komt hij niet meer in aanmerking, want hoewel hij naar Alonso toe kan rijden, weet hij dat inhalen bijna onmogelijk is. Webber is op dat moment nog steeds bezig kwalificatierondjes te rijden. Zonder moeite rijdt hij een halve raceafstand op de zachte banden. Het tempo blijft indrukwekkend: iedere ronde pakt hij weer een seconde op Alonso. Pas in de 43e van de 70 ronden stopt hij en blijft hij aan de leiding.

De stand vooraan is daarmee wel bepaald. Alonso weet dat Fattle alleen op het rechte stuk van start/finish een inhaalactie kan doen, dus neemt hij steeds zo veel mogelijk snelheid mee uit de laatste bocht, waardoor Fattle nooit direct achter hem zit.

De enige rijder die nog niet is gestopt, is Barrichello. Hij bezoekt zijn monteurs pas in de 55e ronde, waardoor hij van de vijfde plek terugvalt naar de elfde plek, nog achter Shoeface. De Duitser wordt in de 59e ronde gedubbeld en gaat bijna stilstaan om Webber erlangs te laten. Barrichello rijdt op nieuwe banden een veel beter tempo en hij zit al snel vlak achter de ex-wereldkampioen. Tot een echte inhaalactie komt het niet. Shoeface komt de laatste bocht goed uit, waardoor Barri alleen bij het remmen dichtbij kan komen. Shoeface lijkt vooral in de tweede bocht problemen te hebben, maar hij kan Barri daar nog net afhouden. Pas in de 66e ronde moet hij buigen. Barri zit al bij het begin van het rechte stuk van start/finish in het kielzog van de Mercedes. Ter hoogte van start/finish komt hij langszij. Om zijn droevige lot te ontlopen, besluit Shoeface Barri de muur in te drukken. Gelukkig is er net genoeg ruimte over, waardoor de actie niet in tranen eindigt. Het was niet de eerste bespottelijke actie van Shoeface dit seizoen. Wanneer gaat die man nou eens met pensioen? Hij is alleen een gevaar op de weg, terwijl hij de snelheid mist die Rosberg wel heeft.

Voor Webber breekt de laatste ronde aan. Hij zal het wel Australisch benauwd hebben gekregen toen hij een groene auto voor zich zag opdoemen. "Wat is nou erger dan een Lotus voor m'n snufferd? Twee Loti voor m'n snufferd!" Zowel Co Valainen als Trulli rijdt voor hem. Een klapper zoals in Valencia wilde Webber niet meemaken. Gelukkig gaan de twee bolides braaf aan de kant en kan Webber naar de finish freewheelen. Wat een zege! Maar wat had hij het verdiend. Hij reed een briljante race.

Alonso reed eveneens sterk en werd tweede, vlak voor Fattle, die het gezicht van een oorwurm had. Webber was na de race helemaal verward. Hij vergat zich zelfs nog te wegen. Fattle mopperde over de race, hij stamelde iets als: "The safety-car lights were off". Hij kon dus niet begrijpen waarom hij de straf nou kreeg. Na afloop werd het hem duidelijk gemaakt.

In ieder geval is de strijd om het WK weer spannender geworden. Webber nam de leiding over door zijn overwinning. Hier het overzicht:

1. Webber 25 161
2. Luis157
3. Fattle 15 151
4. Button 4 147
5. Alonso 18 141

Waren er verder nog leuke dingen te melden? Ja, Petjerov werd knap vijfde, terwijl bijna-Nederlander Hülkenberg knap zesde werd. Op meer dan een ronde achterstand eindigden de Sauber-coureurs De la Rosa (7) en Co Biaggi (9), wat vooral voor laatstgenoemde een goed resultaat was na zijn zwakke kwalificatie. Button werd achtste en Barrichello pakte het laatste puntje.

Jammer genoeg gaat het Formule 1-circus NU op vakantie. De volgende race, op Spa-Francorchamps, is pas over vier weken. Gelukkig was dit een veelbewogen race met een geweldige winnaar. Hoewel eigenlijk de verkeerde Red Bull won, heeft Red Bull eindelijk weer een poleposition verzilverd. De zwaarbevochten manier waarop zal het alleen nog maar mooier maken. Ondertussen is de Ferrari behoorlijk snel geworden. Je hoeft niet helderziend te zijn om te voorspellen dat Alonso een grote rol in de titelstrijd gaat spelen.