25 oktober 2021

Van jager naar prooi

Max Verstappen heeft de Grand Prix van de Verenigde Staten gewonnen. In een zinderende wedstrijd was hij te sterk voor Lewis Hamilton, die nog wel de snelste raceronde op zijn naam zette. Op gepaste afstand kwam Sergio Pérez als derde over de streep.

Er valt geen peil te trekken op het kampioenschap van 2021. Waar Luis in het begin de beste papieren leek te hebben, trok Max in de vroege zomer het initiatief naar zich toe, om zijn voorsprong net voor de zomerstop weer te verspelen. Sindsdien ontlopen de kemphanen elkaar nauwelijks wat en wisselt de leiding in het WK bijna doorlopend van hand. Nadat Max in Turkije met een vrij saaie tweede plaats de leiding in het kampioenschap had overgenomen, wilde Luis op het fraaie Circuit of the Americas weer terugslaan.

In de kwalificatie maken de beste coureurs van dit moment er ook een fraai schouwspel van. Helemaal aan het eind van de beslissende sessie perst Max er een superrondje uit, waardoor hij op de valreep de pole voor zich opeist. Luis volgt op twee tienden en is maar fractioneel sneller dan Chicko, die knap derde is. Bottas, de winnaar van twee weken geleden, is slechts vierde op ruim een halve seconde achterstand en mag na weer een motorwissel pas als negende starten, tussen de AlphaTauri’s en nog achter de Ferrari’s en de McLarens.

Bottas’ absentie vooraan betekent dat Luis in zijn eentje de twee Red Bulls moet afstoppen. Het lijkt hem niet te deren, want als de lichten doven, komt hij erg goed van zijn plaats, waardoor hij in de eerste bocht naast Max opduikt. Zoals verwacht drukt hij Max de uitloopstrook op. Max verliest wat momentum en ziet Chicko nog langszij komen. De Mexicaan houdt meteen in, waardoor Max meteen achter Luis aan kan.

De kopgroep van drie loopt meteen hard weg bij de rest van het veld, aangevoerd door Leclerc. Max dringt aan bij Luis en heeft zelfs ronde na ronde DRS, maar het is steeds maar niet genoeg om de Mercedes te verontrusten. Ten einde raad besluit Red Bull de strategie die Mercedes in Bahrein met succes had toegepast te kopiëren, dus wordt Max al na tien ronden van zijn mediums afgeholpen. Zijn pitstop is niet heel snel, maar zijn outlap op nieuwe harde banden is dat wel. Als Luis drie ronden later stopt, komt hij ruimschoots achter de Red Bull met startnummer 33 op de baan.

Chicko heeft inmiddels zijn tweede setje mediums om laten leggen en verliest de koplopers kort na zijn pitstop uit het oog omdat zijn drinksysteem niet werkt, wat geen pretje is in het altijd zomerse Texas. Aanvankelijk blijft het gat tussen de koplopers rond de zes seconden schommelen, maar als Luis ineens het tempo opvoert, slinkt het zienderogen. Het noopt Max tot wederom een vroege stop. Halverwege de race duikt hij voor de tweede keer de pits in voor een nieuw setje harde banden. Hij komt vlak achter Chicko de baan op. De Mexicaan laat hem gauw voorbij, om nog diezelfde ronde eveneens een setje harde banden te halen.

Luis rijdt dan vrolijk aan kop. Hij hoeft aanvankelijk weinig van zijn voorsprong in te leveren, maar als zijn banden het langzaam maar zeker beginnen op te geven, laat hij zijn tweede setje harde banden monteren. Hij komt bijna negen tellen achter Max de baan op, maar rijdt op zijn veel nieuwere banden al gauw het gat dicht. Max verhoogt in de slotfase het tempo, waarna Luis nog maar heel langzaam dichterbij komt. Het gaat dan nog maar met tienden in plaats van seconden per ronde.

Cruciaal voor Max is dat hij Luis niet in zijn DRS-bereik laat komen. Keer op keer slinkt het gat tot net iets meer dan een seconde bij het DRS-detectiepunt. In de een-na-laatste ronde gaat het nog bijna mis als Mick verzuimt op het lange rechte stuk aan de kant te gaan als hij voor de tweede keer in de middag op een ronde gezet wordt, waardoor hij Max in de laatste sector danig ophoudt en Luis dichterbij kan komen. Het blijkt niet genoeg, dus komt Max na 56 enerverende ronden als eerste over de finish, met Luis op zijn staart.

Een moegestreden Chicko wordt derde, gevolgd door Leclerc. Op gepaste afstand komt Ricciardo als vijfde over de finish. Bottas krijgt in de slotfase Science te pakken, die eerder nog in gevecht was met Ricciardo en niet bepaald blij was met hoe de Texaans pratende Australiër hem naast de baan had gedrukt. Norris wordt nogal anoniem achtste.

Op meer dan een ronde achterstand eindigt Tsoenoda als negende, waarmee hij nog twee puntjes voor AlphaTauri pakt, dat Gasly vroeg in de race met een gebroken ophanging zag uitvallen. Fattle pakt het laatste punt na twee late pitstops. Giovinazzi vist zodoende net achter het net, net als teamgenoot Rijkunnen, die door een spin in de slotfase naar de dertiende plaats terugvalt tot achter Stroll in de andere Aston Martin. Russle bekroont een anoniem optreden met een veertiende plaats, terwijl teamgenoot Latifi na een vroege pitstop om een neus te vervangen vijftiende wordt. Ze blijven alleen de Schildpadden van Mick en Marsepein voor, die door het uitvallen van Gasly en beide Alpines zestiende en zeventiende worden.

Door zijn achtste seizoenszege verdubbelt Max zijn voorsprong in het kampioenschap op Luis, die in zijn achtervolging nog wel de snelste raceronde op zijn naam had gebracht. Met nog vijf races te gaan scheiden slechts twaalf punten de titelpretendenten. Over twee weken gaat de strijd verder in Mexico.

23 oktober 2021

NK Schaken: het knock-outtoernooi II

De Nederlands kampioene is inmiddels bekend, net als de vier spelers die over een maand om de algemene titel gaan strijden. Waar Anne Haast haar vijfde titel pakte, gaan Robin Swinkels, Roeland Pruijssers, Hing Ting Lai en Max Warmerdam onderling uitmaken wie Nederlands kampioen wordt.

Eerder deze week had ik al verslag gedaan van het knock-outtoernooi dat toen halverwege was. Na twee ronden stonden er op de rustdag nog drie barrages met versneld tempo op het programma:

Hing Ting Lai – Ruud Janssen
Sipke Ernst – Nico Zwirs
Hugo ten Hertog – Erik van den Doel

De eerste tweekamp die beslist was, was die tussen Sipke Ernst en Nico Zwirs. In zijn zwartpartij offerde Zwirs een kwaliteit waar hij heel veel compensatie voor kreeg. In het eindspel kon alleen hij nog winnen, maar uiteindelijk werd dan toch de vredespijp gerookt. Met wit beukte hij er vervolgens dwars doorheen.

Zwirs – Ernst, stelling na 16…Tad8.

Ernst had zojuist nogal zorgeloos zijn toren naar d8 gespeeld en werd volkomen verrast door 17.g5 en de dame wordt ingesloten. Na 17…Lxd3 18.gxh6 Le4 19.hxg7 Kxg7 20.Te1 Lxd5 had hij nog wel twee stukken ter compensatie, maar dat was bij lange na niet genoeg. Zwirs dus door.

Iets langer duurde de tweekamp tussen Hugo ten Hertog en Erik van den Doel. Daar zag het aanvankelijk nog niet naar uit. Net als in de tweede klassieke partij kwam The Duke voordelig uit de opening, maar blies hij zijn eigen stelling met een doorbraak in het centrum op. In de tweede rapidpartij hoefde Van den Dull alleen nog maar met wit remise te maken. Na een weinig enerverende opening lag dat doel binnen handbereik.

Van den Doel – Ten Hertog, stelling na 22…Tfe8.

Na 23.Lxf5 Txe5 24.Txe5 Dxe5 25.Ld3 is er niet veel meer om voor te spelen. In plaats daarvan ging Van den Dull allerlei rare fratsen uithalen met 23.Pf3? Txe1+ 24.Pxe1 Lg4 25.Lh7+ Kh8 26.De4? De loper op h7 staat daar bijzonder ongemakkelijk en na 26…Td2 stortte wits damevleugel in.

In de vluggertjes kwam The Duke met wit vervolgens goed te staan, maar verklootte hij het eindspel volkomen. Van den Dull bleek ook niet over een fantastische eindspeltechniek te beschikken, waardoor hij met remise genoegen moest nemen. Met wit ging Van den Dull er vervolgens wel dwars doorheen, dus ging hij alsnog door.

De langste match was die tussen Hing Ting Lai en Ruud Janssen. Na creatief openingsspel wist Ruud zijn matige stelling in de eerste rapidpartij langzaam te verbeteren, waarna hij zelfs aan meer mocht denken. Na een herhaling van slechte zetten werd de vrede echter getekend. Daarna mocht Ruud met wit aanleggen. Hij kwam ook heel ver in een lang eindspel, maar de volgende stelling zal nog wel een paar weken door zijn hoofd spoken.

Janssen – Lai, stelling na 103…Tb6.

Zwart had zojuist zijn toren een veldje naar rechts verplaatst over de zesde rij. Dat maakt een wereld van verschil, want na 104.Kd7 staat de toren te dichtbij om de koning te bestoken. 104…Tb7+ 105.Kc6 en zwart kan inpakken. Ruud deed echter 104.Td7 en gaf de winst na 104…Tb8 105.Ta7 Kg6 definitief weg met 106.Kd7 Kf6 en de koning houdt de pion onder schot. Tragisch!

In de snelschaakpotjes ging het nog verder mis toen hij met wit langzaam werd overspeeld en in slechte stelling door zijn vlag ging. Met zwart had een wanhoopsoffensief onverwachts succes. Nadat Lai iets te voorzichtig had gespeeld in de hoop zwarts tegenkansen in de kiem te smoren, kreeg hij het alsnog voor zijn kiezen:

Lai – Janssen, stelling na 38…Dh7.

Zwarts dame-achteruitzet 38…Dh7! was te veel voor Lai, die meteen opgaf vanwege 39.Kf1 Th1+ 40.Pg1 Dd3+ 41.Te2 Dxb1+ 42.Te1 Txg1+ 43.Kxg1 Dxe1+ en wit is volledig kaalgeplukt. Nog erger is 40.Ke2 Dd3#. Wat een comeback! Toch blijkt Lai in een remisestelling te hebben opgegeven. De computers braken meteen 39.Ph4! als redding uit, met het idee het paard te offeren om een luchtgaatje te maken met f2-f3.

In de suddendeathpartij had Janssen wit en gebruikte hij het witvoordeel om belachelijk slecht uit de opening te komen, waarna hij geen kans meer kreeg. Lai dus ook door.

Hing Ting Lai – Ruud Janssen ½-½ ½-½ 1-0 0-1 1-0
Sipke Ernst – Nico Zwirs ½-½ 0-1
Hugo ten Hertog – Erik van den Doel 0-1 1-0 ½-½ 0-1

Derde ronde

Zodoende waren de acht finalisten bekend. Op donderdag en vrijdag werden de klassieke partijen gespeeld en zaterdag was dan de eventuele barrage.

Hing Ting Lai (2439) – Casper Schoppen (2496) 0-1 1-0

Schoppen zal zichzelf na de klassieke partijen nog wel het hardst voor zijn hoofd geslagen hebben. Na een gedegen zwartoverwinning had plaatsing voor het NK slechts een formaliteit moeten zijn, maar in plaats daarvan ging hij met wit na een raar gespeelde partij de bietenbrug op.

Schoppen – Lai, stelling na 8.Ld3.

Hier schijnt 8…Pxg3 9.fxg3?! helemaal in te zijn. Mijn livebook oordeelt dat wit gewonnen staat, maar dat lijkt me wel erg optimistisch. Die halfopen f-lijn is leuk, maar wits centrum kan ook zwak worden. Lai toonde de nadelen van de witte opzet aan door gauw zwartveldige lopers te ruilen, waarna hij positioneel beter kwam te staan en Schoppen zijn eigen stelling opblies in de hoop een tegenaanval op touw te zetten. Die kwam niet van de grond en al gauw keerden de verzwakkingen zich tegen hem. Dat werd dus snelschaken!

Roeland Pruijssers (2561) – Nico Zwirs (2439) 1-0 ½-½

In het Apeldoornse onderonsje wist Pruijssers met wit een lastig eindspel op een studieachtige manier te winnen. Met zwart kwam hij onder druk te staan, maar maakte hij in een wat minder eindspel vrij soepel remise, waardoor hij zich plaatste voor het NK.

Erik van den Doel (2601) – Max Warmerdam (2562) ½-½ 0-1

Ook Wax Marmerdam plaatste zich zonder barrages voor het NK. In de eerste partij zat Van den Dull slap stukken te ruilen tot de remise een feit was. Met zwart kreeg hij het vervolgens voor zijn kiezen, al was Marmerdam niet helemaal tevreden over de afronding. En terecht!

Warmerdam – Van den Doel, stelling na 29…c5.

Zwart is volledig overspeeld en met 29…c6-c5 probeert hij de boel nog te compliceren. Simpel en goed is 30.bxc5 Dxb2 31.Lxb2 en zwarts stelling lazert als een kaartenhuis in elkaar. In plaats daarvan kwam 30.e6+? cxd4 31.exf7 Td8 en ineens was het niet meer zo makkelijk. Zwarts lopers zijn sterk, her en der hangen pionnen en wits koning staat wat op de tocht. Wits overwinning staat op losse schroeven. Gelukkig voor Marmerdam speelde Van den Dull het vervolg in tijdnood heel slecht, waardoor hij nog voor de tijdcontrole kon opgeven.

Robin Swinkels (2509) – Ilias van der Lende (2388) ½-½ 1-0

Net als tegen Sokolov miste Swinkels de nodige kansen om de match al eerder te beslissen, maar uiteindelijk lukte het wel, waardoor hij volkomen verdiend naar het NK mag. Interessant genoeg lukte het hem opnieuw niet om met wit te winnen, ondanks dat hij na de opening geweldig leek te staan. Met zwart had hij al snel zijn openingsproblemen overwonnen en sloeg hij een wanhoopsoffensief koelbloedig af, waardoor hij zijn derde overwinning met zwart scoorde.

Vandaag volgde dan de barrage tussen Lai en Schoppen. Lai schopte Schoppen in de eerste partij van het bord, waarna Schoppen met wit de gelijkmaker moest zien te maken. Hij kwam heel ver, maar toen gebeurde er dit:

Schoppen – Lai, stelling na 74…Df8.

Zwart staat met de rug tegen de muur en na 75.c5! gaat hij spoedig mat. Schoppen koos echter voor 75.Kb6 en werd toen onaangenaam verrast door 75…Dd6+! Na 76.Dxd6 was het pat en daarmee gaat Lai, de invaller voor Lucas van Foreest, naar het NK.

De vier NK-deelnemers zijn dus:

Max Warmerdam (2562)
Roeland Pruijssers (2561)
Robin Swinkels (2509)
Hing Ting Lai (2439)

NK Vrouwen

Bij de dames won Anne Haast weer eens. Zij is toch altijd degene die haar zenuwen het best de baas is, waardoor ze steeds boven komt drijven, want echt heel indrukwekkend speelde ze ook weer niet. Met 5 uit 7 was ze een punt los bij de rest. Van de achtervolgers was Eline Rubers te wisselvallig, terwijl veelvoudig dameskampioene Dzjautsjien Peng (zoals tegenwoordig helaas gebruikelijk) een serie raadselachtig zwakke partijen kende. De andere deelneemsters gingen onder druk toch steeds weer rare fratsen uithalen, wat soms tot tragikomische taferelen leidde. Geregeld werden straalgewonnen stellingen door afgrijselijke blunders weggegeven. Goed voor de amusementswaarde, maar als liefhebber hoop je toch dat er een keer een Nederlandse Polgár opstaat die iedereen even de patat op de bakkes komt geven.

19 oktober 2021

NK schaken: het knock-outtoernooi

Vanwege gesteggel over het coronatoegangsbewijs kon het Nederlands Kampioenschap schaken, dat afgelopen vrijdag begon, op een heleboel media-aandacht rekenen. Slechte publiciteit is immers ook publiciteit. Waar de dames al bijna halverwege het toernooi zijn, is het startveld bij het herentoernooi nog niet bepaald.

Lang geleden bestonden er nog de halve finales, een knock-outtoernooi waarbij de regionaal kampioenen de strijd mochten aanbinden tegen elkaar en een partij schaakmeesters en -grootmeesters om de laatste vier plaatsen op het Nederlands Kampioenschap. Het toernooi werd traditioneel in het gemeentehuis van Hilversum gespeeld, waar ik onze eigen regionale kampioenen (Emile Wüstefeld en Marijn Otte, toen hij nog haar had) nog aan het werk gezien heb.

Het toernooi bestaat al heel lang niet meer, maar kennelijk vond de KNSB het een goed idee om die toernooiformule weer uit de mottenballen te halen. Hoe de spelers geselecteerd zijn, is me niet helemaal duidelijk. Een aantal heeft zich via een plaatsingstoernooi gekwalificeerd, de Nederlands jeugdkampioen was van de partij, maar van de rest kan ik niet direct achterhalen hoe ze zich hebben geplaatst.

Het toernooi wordt dus gespeeld volgens het Wimbledon-format. Verlies je een confrontatie (over twee partijen, dat wel), dan ga je direct naar huis. De winnaars gaan door naar de volgende ronde. Van de 24 deelnemers moeten 16 spelers alle drie de voorronden spelen, terwijl er 8 in de tweede ronde instromen. Uiteindelijk zullen er dus 4 (vier!) overblijven voor het echte NK, dat eind november van start gaat.

Ronde 1

Genoeg geleuterd, tijd om naar het toernooi te gaan. De eerste ronde was nogal tam. Alle onderonsjes waren na de tweede partij al beslist en sommige duels waren complete walk-overs.

Hing Ting Lai (2439) – Jonas Hilwerda (2240) 1-0 ½-½

Hing Ting Lai nam de plek in van titelverdediger en coronadwarsligger Lucas van Foreest, waardoor hij in de Nederlands jeugdkampioen op papier de makkelijkste tegenstander kreeg. Hij won dan ook, maar erg overtuigend was het niet.

Joost Hoogendoorn (2482) – Nico Zwirs (2439) 0-1 0-1

Ik moet zeggen dat ik nog nooit van de naam Joost Hoogendoorn had gehoord. Bij het naspelen van de twee partijen had ik het idee hooguit een prutsende 2100-speler die zijn dag niet had aan het werk te zien. Blijkt die man bijna 2500 te hebben…

Hoogendoorn – Zwirs, stelling na 14.Pd5

Wit heeft zojuist zijn opgejaagde paard naar d5 gespeeld. Zwart had geen zin in paardruil en speelde doortrapt 14…Pd7!?, wat tevens de b-pion aanvalt. Wit dacht die dreiging te kunnen opvangen door een stuk naar het centrum te spelen met 15.Pd4?, maar werd lelijk verrast door 15…Lxd4! 16.Lxd4 e6 en ineens gaat er een stuk het doosje in. Wit probeerde het nog ergens op te laten lijken met 17.Pxb4, maar kwam er daarna natuurlijk niet meer aan te pas. In de herkansingspartij kwam hij terug nadat hij vanuit de opening volledig was weggespeeld, om uiteindelijk alsnog te verliezen.

Hugo ten Hertog (2519) – Mark Timmermans (2385) 1-0 1-0

Ongeveer net zo gemakkelijk won The Duke van Mark Timmermans. In de eerste partij kon Timmermans nog redelijk bijblijven en leek hij op weg naar remise totdat hij het eindspel grondig verknalde en als toetje midden op het bord werd matgezet. In de tweede partij verwisselde hij twee zetten in de opening en kon hij meteen opgeven.

Ilias van der Lende (2388) – Twan Burg (2514) 1-0 ½-½

Door een nogal opportunistische aanval wist Van der Lende in de eerste partij een timide spelende Twaburov te kloppen. In de tweede partij wist hij met zwart op de been te blijven, waardoor hij verrassend door mocht naar de volgende ronde.

Robin Swinkels (2509) – Nick Maatman (2368) ½-½ 1-0

Met wit wist Swinkels geen drol te bereiken, waardoor de eerste partij in een uitermate saaie remise eindigde. De tweede partij was spannender. Wat al die 1.d4-spelers trekt om de damevleugel open te gooien en dan lang te rokeren, weet ik niet. In ieder geval kwam Maatmans koning zwaar onder vuur te liggen, maar in plaats van mat te geven, vergreep Swinkels zich in gierende tijdnood aan een paard van Troje. Zijn koning werd bijna het hele bord overgejaagd, om uiteindelijk toch een veilig heenkomen te vinden, waarna het pleit beslecht was.

Thomas Beerdsen (2454) – Daan Brandenburg (2482) 1-0 ½-½

Beerdsen had weinig moeite met Brandenburg, die in de eerste partij erg timide speelde en na een leuk kwaliteitsoffer volkomen werd aangelijnd. In de herkansingspartij offerde Beerdsen twee pionnen om Brandenburg aan te lijnen en was daar wederom succesvol mee. In een gunstige stelling kon hij zetten herhalen, waardoor hij zich plaatste voor de tweede ronde.

Liam Vrolijk (2480) – Friso Nijboer (2468) 1-0 ½-½

Vrolijk had weinig moeite met Nijboer, die in de eerste partij erg timide speelde en het voor elkaar kreeg om in het Koningsindisch op beide vleugels in het nadeel te zijn. In de herkansingspartij bereikte hij vervolgens geen drol met wit en lag hij er volkomen verdiend uit.

Arthur Pijpers (2474) – Willy Hendriks (2439) ½-½ 1-0

Heel boos op zichzelf moet Hendriks geweest zijn. Na in de eerste partij zowel met de overwinning als de nederlaag te hebben geflirt, zal hij niet blij zijn dat hij een zeer goed eindspel nog naar remise wist te verkloten. Maar goed, hij had in de tweede partij wit, dus had hij nog steeds goede kansen. Maar waarom dan zo’n mislukte Panov uit de kast trekken? Al vroeg in de partij gaf hij tegen Pijpers het loperpaar op zonder er echt iets voor terug te krijgen. In het eindspel werd hij vervolgens door zwarts loperpaar gefileerd.

De eerste ronde ontkrachtte de stelling dat het voordelig is om in de tweede partij wit te hebben. Bijna alle spelers die met een witpartij begonnen, gingen door!

Ronde 2

Heel wat enerverender was de tweede ronde, met daarin het vechtschaak waar het in de eerste ronde een beetje aan ontbrak.

Hing Ting Lai (2439) – Ruud Janssen (2534) 1-0 0-1

In de eerste partij verprutste Janssen een goede stelling, waardoor hij de tweede partij met wit moest zien te winnen.

Janssen – Lai, stelling na 17.Tb3.

Wit heeft uit de losse pols een pion geofferd voor wat open lijnen en diagonalen. De tekstzet brengt ook een kleine dreiging in de stelling. Zwart besluit erin te trappen met 17…Le6?! 18.Td3 Lxh2+ 19.Kxh2 Dh4+ 20.Kg1 Lxc4 21.g3 Lxd3 22.Dxd3. Zo, even op adem komen. Zwart zal gedacht hebben dat hij goede zaken gedaan heeft met zijn drie pionnen voor de kleine kwaliteit, maar dat heeft hij verkeerd ingeschat. Wit is met zijn krachtige loperpaar in het voordeel. Zwarts stelling is uitermate onplezierig. Toch is het witte winstplan niet gelijk duidelijk, maar na wat wroeten stonden de witte stukken ideaal en viel de genadeklap dan toch, waardoor de heren morgen lekker mogen vluggeren (wat voor Lai geen straf is).

Sipke Ernst (2534) – Nico Zwirs (2439) ½-½ ½-½

Ook Ernst en Zwirs mogen morgen op herkansing na twee remises waarin zwart het op het eind steeds voor het zeggen had.

Hugo ten Hertog (2519) – Erik van den Doel (2601) ½-½ ½-½

The Duke besloot zijn witbeurt weg te gooien door in het Schots een remisevariant te spelen, een tactiek die had kunnen werken als hij zijn kansen in de herkansingspartij beter had benut. Van den Dull koos in zijn witpartij namelijk voor een slappe afruil-Caro-Kann waarin hij amper van zijn eigen helft af kwam, waardoor hij een enorme aanval over zich heen kreeg. Vreemd genoeg keerden de kansen toen het centrum werd opengebeukt, waardoor Van den Dull de minimatch nog in zijn voordeel had kunnen beslissen, maar uiteindelijk eindigde ook de tweede partij vredelievend.

Dimitri Reinderman (2596) – Ilias van der Lende (2388) 0-1 ½-½

Reinderman besloot voor de verandering een keer met 1.e4 te openen. Van der Lende schotelde hem een Fransoos voor waarin de Nederlands kampioen van 2013 zich totaal niet als een vis in het water voelde. Het ene na het andere stuk werd naar het verkeerde veld gespeeld en tot overmaat van ramp miste Rendierman ook nog een truc die hem twee pionnen kostte. “Alsof mijn stukken door een magneet naar de verkeerde velden werden getrokken” zal hij wel hebben verzucht. In de herkansingspartij deed Van der Lende vervolgens alles fout wat je maar fout kunt doen door voor een licht nadelige stelling te streven, maar hij wist daarna handig alles af te ruilen en de remise binnen te slepen, waardoor hij door is naar de derde ronde.

Robin Swinkels (2509) – Ivan Sokolov (2595) ½-½ 1-0

De sensatie van de ronde was misschien wel de manier waarop Ivan de Verschrikkelijke werd overklast door Swinkels. In de eerste partij deed de Bosnische Nederlander het nog wel goed door in het Italiaans niet de zet van Ewood (8…Lb4+) te kiezen, maar het bescheiden 8…Lb6. In het vervolg werd hij alsnog overspeeld, maar leek hij met een blauw oog te ontsnappen.

Swinkels – Sokolov, stelling na 37.Da3.

Wit heeft net dameruil aangeboden. Na 37…Dxa3 zal het wel remise worden omdat wits loper nogal slecht is. Liever ging Sokolov op avontuur met 37…Dc6?, wat hij na 38.Df8! onmiddellijk moest bezuren. De pion op c3 is vergiftigd vanwege mat op e8. Na 38…Kd7 was 39.gxf5 heel sterk geweest. In plaats daarvan kwam 39.La3? Dxc3 40.e6+ Kc6 (nemen was weer mat) en hier verzonk Swinkels in een diep gepeins. Logisch lijkt 41.Dc5+ Dxc5 42.Lxc5 en misschien wint wit het dan nog. Dat is wat optimistisch, maar duidelijk is dat 42…Pa4 niks dreigt omdat zwart nooit op c5 kan slaan. Wit kan ook niet heel veel, maar na 41.e7?! was het meteen remise.

In de herkansingspartij maakte Sokolov er een potje van, waardoor hij al gauw vreselijk kwam te staan.

Sokolov – Swinkels, stelling na 21.f3?

Er volgde natuurlijk 21…f5 22.Pc5. Een belangrijk moment. Kan zwart slaan op d4? Natuurlijk! 22…Txd4! 23.exd4 Txe2 24.Txe2 Pf4 is zo goed als winnend. De witte stukken coördineren voor geen ene meter, de pionnen zijn zwak en de paarden raken met elkaar in de knoop. Helaas speelde Swinkels 22…Pf4? en besloot hij na 23.Dd2 zijn pionnenstructuur te verbeteren met 23…Pd5. Hij had daarna nog wel wat voordeel en toen Sokolov zichzelf opblies door actief te worden, trok hij de vis knap op het droge.

Max Warmerdam (2562) – Thomas Beerdsen (2454) 1-0 1-0

Woedend op zichzelf zal Beerdsen geweest zijn na zijn onderonsje met Wax Marmerdam. In de eerste ronde gaf hij op een domme manier een potremise toreneindspel uit handen, waardoor hij de tweede partij moest winnen. Hij kwam heel ver.

Beerdsen – Warmerdam, stelling na 15…Pa4.

Wit heeft alles wat een schaker zich maar kan wensen: het loperpaar, meer ruimte en (wat gezien de matchsituatie prettig is) tegengestelde rokades. Na een saaie zet als 16.Ld2 om de sterke zwartveldige loper te behouden, zou zwart nog een zware pijp gaan roken. In plaats daarvan kwam 16.Lxg7+? De “pointe” was dat wit na 16…Kxg7 17.Lb5 Pb6 18.Lxc6 bxc6 19.Dd4+ een schaakje kon geven, maar na 19…f6 had zwart alles gedekt en had hij gewoon een stuk meer. In het vervolg trapte Beerdsen in elke denkbare truc en kreeg hij nog een nul te slikken.

Liam Vrolijk (2480) – Roeland Pruijssers (2561) ½-½ 0-1

Aan de inzet lag het niet, maar toch moet Vrolijk naar huis. In de eerste partij vloog hij Pruijssers meteen naar de keel. In de onderstaande stelling had hij heel sneaky 12.Dd2!? gespeeld.

Vrolijk – Pruijssers, stelling na 12.Dd2.

Zwart geloofde het niet en deed het wel erg zorgeloze 12…e5?!, waarna 13.Th8+ Kxh8 14.Dh6+ Kg8 15.Pg5 volgde en hij zijn dame moest inleveren met 15…Dxg5 16.Dxg5. Zwart heeft een toren, een paard en een pion voor de dame, maar staat zo goed als verloren omdat zijn matig coördinerende stukken geen partij zijn voor de witte dame. Vrolijk speelde de voordelige stelling echter heel slecht uit door allerlei pionnen te offeren die hij op het bord had moeten houden, waardoor het op een gegeven moment eerder zwart was die op winst speelde. Uiteindelijk eindigde de partij in een draw.

In de herkansingspartij overklaste Pruijssers Vrolijk na een rustige opening volkomen, waardoor ook hij door is naar de derde ronde.

Casper Schoppen (2496) – Arthur Pijpers (2474) ½-½ 1-0

Pijpers werd in de tweede ronde op ongeveer dezelfde manier uitgeschakeld als hij Hendriks in de eerste ronde had uitgeschakeld. Nadat hij in de eerste ronde met zwart een enorme aanval op zijn dak kreeg en nog net met remise kon ontsnappen, werd hij in de tweede partij met wit geleidelijk aan overspeeld. Uiteindelijk besloot hij maar een kwaliteit te geven in de hoop zwarts loperpaar te kunnen indammen, maar uiteindelijk kwam de stelling open en stortte zijn stelling als een lekke dam in, waardoor ook Schoppen door naar de derde ronde is.

Morgen staan dus nog drie beslissingswedstrijden op het programma. Op donderdag begint de derde en beslissende ronde. Stay tuned!

10 oktober 2021

Bottas komt bovendrijven in Turks waterballet

Valtteri Bottas heeft de Grand Prix van Turkije gewonnen. Op een nat Istanbul Park bleef de Red Bulls van Max Verstappen voor en Sergio Pérez voor. Lewis Hamilton werd vijfde na een inhaalrace en verloor de leiding in het kampioenschap weer aan Verstappen.

De kwalificatie van de Grand Prix van Turkije wordt gereden op een vochtig Istanbul Park en staat in het teken van gridstraffen door motorwissels. Niet alleen Luis laat delen van zijn motor vervangen, maar ook Science en Ricciardo, die daardoor achteraan moeten vertrekken. Luis is op de vrij gladde piste de snelste, maar wordt tien plekken teruggezet en mag als elfde beginnen.

Bottas erft zodoende de pole, met Max naast hem op de tweede plek. In tegenstelling tot vorig jaar komt de witgeschilderde Red Bull ditmaal wel goed van zijn plaats als de race een dag later op een natte baan van start gaat, waardoor Max achter Bottas als tweede de eerste bocht induikt. Leclerc behoudt zijn derde plaats, maar daarachter is het even chaos als de als vierde gestarte Gasly in de eerste bocht om de een of andere reden de deur open laat staan voor Chicko, niet goed in kan sturen en vervolgens de naast hem gestarte Alonso achterstevoren tikt. De Spanjaard verliest een hoop plaatsen en viert even later zijn frustratie bot op de knap als veertiende gekwalificeerde Mick, die achterstevoren gebeukt wordt en meteen teamgenoot Marsepein kan gaan vergezellen in de achterhoede.

Luis is in de openingsronde voorzichtig naar de negende plaats geslopen. In de openingsfase heeft hij het een tijd erg lastig met de AlphaTauri van Tsoenoda, die hem rondenlang ophoudt. Wanneer Luis de Japanner eindelijk te grazen neemt, gaat hij met speels gemak voorbij Stroll en Norris, waardoor hij zesde is. Meteen rijdt hij de ene na de andere snelste raceronde en werkt hij zich moeiteloos voorbij Gasly in de andere AlphaTauri.

Achter hem is Science ook met een inhaalrace bezig. Keer op keer waagt hij aan het eind van het lange rechte stuk de aanval. Alleen bij Fattle overspeelt hij zijn hand als hij wel erg laat remt en de Duitser op een schouderduw trakteert. De divebomb slaagt desondanks, waardoor de Spanjaard alweer in de punten rijdt.

In schril contrast daarmee staat de race van Ricciardo, die muurvast zit in de achterhoede in een flets weekend voor McLaren. Hij besluit zijn geluk maar te beproeven door vroeg in de race een nieuw setje intermediates te laten omleggen. Hij blijft de rijdende Haas-chicanes voor, maar dat is ook het enige goede nieuws, want op nieuwe banden is hij geen klap sneller dan voor zijn pitstop.

Vooraan kunnen Max en Leclerc koploper Bottas net volgen, maar absoluut niet bedreigen. Ze lopen langzaam maar zeker weg bij Chicko, die Luis halverwege de race op zijn dak krijgt. Rondenlang volgt Luis in zijn zwarte Mercedes de witte Red Bull als een schaduw terwijl ze nog langs de rijdende Haas-chicanes moeten wurmen. In de vierendertigste ronde prikt Luis ‘m er aan het eind van het lange rechte stuk naast. Chicko geeft niet op, waarna de twee zij-aan-zij door de laatste bochtencombinatie gaan. Luis komt beter uit de laatste bocht en lijkt het duel in zijn voordeel te gaan beslissen, maar laat zich dan in de eerste bocht uitremmen en blijft achter de Mexicaan gevangen zitten.

Onder de bewolkte hemel droogt de baan voor geen meter op en dus is een overstap naar droogweerbanden niet aan de orde, iets wat Fattle tot zijn schade moet ondervinden als hij optimistisch een setje slicks laat monteren. Na tig uitstapjes en een spin in de pitstraat laat hij maar weer een nieuw setje intermediates monteren, waardoor hij terugvalt tot in de buurt van de rijdende Haas-chicanes.

Vooraan besluit Red Bull Max uiteindelijk maar van een nieuw setje intermediates te voorzien. De banden gaan er goed op en hij komt precies voor de deur bij Chicko en Luis de baan op. Bottas en Chicko duiken een ronde later eveneens de pits in, waardoor Leclerc aan de leiding komt te liggen. De Monegask blijft stoïcijns op zijn bijna tot slicks afgereden intermediates rijden. Minder handig is dat hij zich gelijk een aantal slippertjes permitteert in dezelfde bocht die hem vorig jaar de kop kostte, waardoor hij zijn voorsprong er gauw doorheen jaagt. Als Bottas hem tegen het eind van de race naar de tweede plaats terugverwijst, laat hij ook maar nieuwe banden omleggen.

Door de pitstops rukt Luis op naar de derde plaats. Zijn tempo is niet heel slecht, dus negeert hij keer op keer de oproep om ook maar een setje nieuwe intermediates om te laten leggen. Pas acht ronden voor het eind geeft hij zijn verzet op en stuurt hij zijn Mercedes met tegenzin de pitstraat in. Hij komt weer achter Leclerc en Chicko terug op de baan.

Leclerc is op zijn nieuwe intermediates geen klap sneller dan voor zijn stop, waardoor hij zijn derde plek aan Chicko verliest. Vervolgens krijgt hij Luis op zijn dak. Die is na zijn pitstop een paar ronden heel snel, maar haakt dan af omdat zijn intermediates oververhit raken. Zijn tegenaanval komt zodoende niet van de grond, waardoor hij het podium uit zijn hoofd moet zetten. Dat hij in het vervolg handen en voeten nodig heeft om Gasly en Norris achter zich te houden, maakt zijn gemoed er niet beter op.

Heel anders vergaat het Bottas, die in de slotronde nog even de snelste raceronde rijdt en dus met 26 punten naar huis gaat. Max wordt voor de tweede race op rij tweede, voor Chicko en Leclerc, waardoor hij de leiding in het kampioenschap herovert van een tot op het bot gefrustreerde Luis, die vijfde wordt. Pas helemaal op het einde komen zijn banden weer tot leven, waardoor hij Gasly en Norris nog voor weet te blijven.

Science bekroont zijn inhaalrace die hem de titel Driver of the Day oplevert met een achtste plaats. De negende plek gaat naar Stroll, die in de slotfase afrekent met Ocon, de eerste coureur sinds Mika Salo in 1997 die een race zonder pitstop weet te finishen. Hij blijft de Alfa Romeo’s van Giovinazzi en Rijkunnen, die in de slotfase afrekenen met Ricciardo, net voor.

De veertiende plek gaat naar Tsoenoda, die na een spin halverwege de race niets meer laat zien en Russle, Alonso en Latifi maar net achter zich kan houden. Fattle wordt achttiende na zijn desastreuze bandengok, terwijl Mick nog net weet af te rekenen met Marsepein, die zodoende twintigste en laatste wordt.

Over twee weken gaat het Formule 1-seizoen verder in Amerika. Weet Luis daar de koppositie in het kampioenschap weer te heroveren, of breidt Max zijn voorsprong dan verder uit?

09 oktober 2021

BSG terug de schoolbankjes in

BSG heeft de sterke seizoenstart geen vervolg kunnen geven. In Utrecht kreeg het schaakles en werd het door Paul Keres 2 met 6½-3½ naar huis gestuurd.

De grote vraag voor het begin van het seizoen was of BSG in de noordelijke of zuidelijke eerste klasse moest worden ingedeeld. Traditioneel is de zuidelijke eerste klasse sterker. Hoe anders is het dit jaar, want waar het verschrikkelijk sterke team van Paul Keres 1 in de noordelijke klasse 1A is ingedeeld, speelt het beduidend zwakkere team van Paul Keres 2 in de zuidelijke klasse 1B. Voor het in 1B spelende BSG zouden er dan ook kansen moeten liggen tegen het tweede team van de club die is vernoemd naar de in 1975 overleden Estse schaakgrootmeester.

De grootste uitdaging voor de wedstrijd was om een compleet team op te stellen. Daags voor de wedstrijd meldde Iskander zich af, waarna in allerijl een vervanger gevonden moest worden. Uiteindelijk heeft teamleider Timon de halve club moeten opbellen om een invaller op te trommelen. Dat werd Mark Grondsma, die aan het laatste bord mocht plaatsnemen.

In de sinds 1 september 2019 permanent gesloten basisschool De Noteboom, waar de vijf KNSB-teams van Paul Keres speelden, begon BSG onwennig aan de wedstrijd. In de schoolbankjes kwam BSG op vrijwel alle borden al vanaf de aftrap onder druk te staan. Coen leek zich aan bord 2 te onttrekken aan de malaise. Tegen Dirk Floor speelde hij een vlijmscherpe variant, waarin hij leuke compensatie voor de geofferde pion leek te hebben, maar na een hele slechte zet was zijn stelling gelijk brandhout. Nadat hij nog een tijdje met een toren minder had doorgeploeterd, moest hij dan toch zijn koning omleggen.

Nauwelijks beter verging het het Apenhoofd aan bord 5, dat weer eens tegen John Cornelisse speelde. Hij wist zich geen raad met diens Caro-Kann en verkwistte veel te veel tijd in de opening, om daarna ook nog een kansrijk stukoffer toe te laten. Met heel veel geluk wist hij nog naar remise te ontsnappen.

Nauwelijks beter verliep de opening bij Rein, die aan het bord erna tegen Bert Both gelijk in de opening zonder enige compensatie een pion weggaf. De witspeler was echter zo vriendelijk om niet alleen zijn pluspion terug te geven, maar ook nog een kwaliteit in de aanbieding te doen, waarna de partij volkomen volgens verwachting in remise eindigde.

Op datzelfde resultaat had Sizzel zijn zinnen gezet. Nadat hij door zijn wekker heen was geslapen en zijn reisgenoten een tijd had laten wachten, deden hij en tegenstander Gerben Veltkamp aan het negende bord in een slaapverwekkend tempo hun zetjes. In een uitgekauwde stelling bood Sizzel maar remise aan, maar hij deed dat met zo’n piepstemmetje dat zijn tegenstander het helemaal niet hoorde en gewoon verder speelde. In het vervolg knoopte Sizzel zichzelf op, waardoor hij weer met een nul op zak de speelzaal kon verlaten.

Reisgenoot Ton was aan het derde bord gezet om een punt te scoren. Doordat hij de training voor de wedstrijd aan zich voorbij had moeten laten gaan, was zijn voorbereiding erbij ingeschoten en had hij geen goed antwoord op de wat gare variant die Jan Jaap Janse hem voorschotelde. Al gauw ging de bezem erdoor en verdwenen de meeste stukken van het bord. In het eindspel probeerde hij zijn surplus aan activiteit tevergeefs in iets concreets om te zetten, dus moest hij genoegen nemen met een remise.

De grootste tegenvaller van de middag voor BSG was dat Ewood, de man in vorm, aan het vierde bord met zwart weinig in te brengen had tegen Tom de Jong. In het Italiaans moest hij al gauw het loperpaar inleveren, waarna hij met de rug tegen de muur stond en het in het eindspel niet kon bolwerken.

FM Henk zorgde voor het enige lichtpuntje van de middag aan BSG-zijde door in een rare afruilfransoos te winnen van Raymond de Rooij. Het zou het enige volle punt voor BSG worden, ook omdat Ruben een goede stelling tegen Marijn Otte niet wist te winnen.

Daarmee was de wedstrijd wel gespeeld. Waar Mark Grondsma een matige stelling tegen Willem van de Fliert nog wist te verdedigen, lukte teamleider Timon dat niet. Hij deed Mark Smits een oneerbaar voorstel door remise aan te bieden in een stelling waarin hij volkomen klem was gezet. Na een lange martelgang moest hij als laatste de handdoek in de ring pleuren.

Daarmee werd de uitslag 6½-3½ voor Paul Keres 2, een uitslag die eerder hoger dan lager had kunnen uitvallen. In ieder geval is BSG weer hardhandig met beide benen op de grond gezet. Over vier weken zal het tegen het op papier nogal zwakke Spijkenisse echt een stuk beter moeten om afstand te nemen van de rode streep. Terug de schoolbankjes in, derhalve.

Paul Keres 2 (2156) – BSG 1 (2122) 6½-3½
1. Raymond de Rooij (2190) – Henk van der Poel (2224) 0-1
2. Dirk Floor (2205) – Coen van der Heijden (2022) 1-0
3. Jan Jaap Janse (2175) – Ton van der Heijden (2276) ½-½
4. Tom de Jong (2143) – Ewoud de Groote (2240) 1-0
5. John Cornelisse (2175) – Jesper de  Groote (2231) ½-½
6. Bert Both (2141) – Rein Brouwer (2015) ½-½
7. Marijn Otte (2148) – Ruben Hilhorst (2033) ½-½
8. Mark Smits (2148) – Timon Brouwer (2075) 1-0
9. Gerben Veltkamp (2125) – Ashley Krishnasing (2012) 1-0
10. Willem van de Fliert (2111) – Mark Grondsma (2091) ½-½