Briljant in het moeilijke
Vandaag was weer een echte schaakdag: in Bunburg/Spakenschoten werd het SGS-snelschaakkampioenschap voor clubteams gespeeld, in Eindhoven het "NK Rapit". Aangezien ik maar op een plek tegelijk kan zijn, besloot ik mee te doen aan het snelschaakkampioenschap. Mark Pieterse had alles goed georganiseerd, maar toen ik om vijf over tien bij het Denksportcentrum aankwam, was er nog niemand. Ik ging het DSC maar in en ik zag Louis Kok, die wat schaakspullen meenam. Hij wist niet hoeveel schaakborden, -stukken en -klokken moesten worden meegenomen. Ik ook niet en ik liep maar weer achter hem aan naar beneden. Daar aangekomen was het inmiddels alweer wat drukker geworden, maar om tien over tien was lang niet iedereen er. 😉
Toen Pieterse er eindelijk was, ging zowat iedereen naar boven om de schaakstukken te halen. Wel moesten ze voorzichtig zijn, omdat het DSC wordt geschilderd. Het rook binnen naar terpentine en er zat een mannetje de plee te witten. Uiteindelijk waren de stukken er en was "iedereen" verzameld. Iedereen behalve degenen die op eigen gelegenheid kwamen.
In Bunburg kwamen alle BSG’ers zowat tegelijk aan. Ook zag ik een rooie Citron, dat kon Pinda wel eens zijn! En jawel hoor, daar was Pinda. Hij bood me een kopje thee aan, waarna we wat gingen schaken. Toen Pinda in de vierde partij pardoes materiaal weggaf, had hij er genoeg van. 😉 Het was dan ook bijna tijd voor de eerste ronde. Ik hoorde bij de bespreking van HSG dat ze Pinda aan #3 zouden opstellen. Bij ons was de opstelling al voor 2/6e deel bepaald: FM Henk speelde aan #1 en Bert Balke aan #6. Vervolgens werd ik aan #2 gezet en gingen de oudjes aan bord 3 t/m 5. Wel maf, vorig jaar speelde ik nog aan #6…
Vorig jaar speelden we nog om promotie, dit jaar vochten we tegen degradatie, maar wat wil je ook als spelers als Emiglio, Le en La niet meer meedoen. De tegenstanders waren opnieuw behoorlijk sterk. Zo had Amersfoort opnieuw MadU Sadler in de gelederen en deden Bosboom, Carlier en Böhm mee bij En Passant. Dat vaste krachten Richard Vedder en Dick (?) de Graaf aan #4 en 5 zaten, zei genoeg.
Soest – BSG 4½-1½
De eerste ronde speelden we, net als vorig jaar, tegen Soest. Volgens mij speelde ik tegen dezelfde gast als vorig jaar, maar ik onthoud namen beter dan gezichten. Ik was dan ook niet verrast dat hij Caro-Kann speelde. Ik had gisteravond nog wat van die opening proberen op te steken, wetende dat er hoe dan ook wel iemand die opening uit z’n vingers zou krijgen. Helaas had ik er niet veel aan. Ik wilde wel aanvallen, maar dat lukte niet, waarna ik zowel qua tijd als qua stelling slecht stond. In tijdnood gaf ik vervolgens ook nog alles weg. Schaken is zoveel leuker als ze non-openingen als de Caro-Kann zouden verbieden…
Nog erger was dat het team dik verloor. FM Henk kon niet winnen van GM Muis. Sterker nog, hij kon in een toreneindspel maar met moeite een nederlaag afwenden. Naast me verloor ook Fliffer van een jonge knul. Allen De Ruiter wist te winnen, wat een afgang.
HSG ging ook af tegen En Passant, maar dat lag wat meer in lijn der verwachting. Pinda speelde als enige remise tegen Hans Böhm.
BSG – En Passant 4-2
Nadat ik met wit had verloren, moest ik nu met zwart spelen. Balen was dan ook het enige wat ik deed. Mocht ik met zwart proberen remise te maken… Hoewel, bij het zien van de indeling was zo’n remise helemaal zo slecht nog niet. Ik speelde namelijk tegen Bruno Carlier. Ik was blij dat hij heel rustig begon. Ik speelde ook best rustig en ik kwam niet eens heel slecht te staan. Vanaf dat moment ging het goed. Ik stond aardig en Carlier irriteerde zich aan bord 3, waar met name Fliffer onze klok veelvuldig indrukte. Ik won wat pionnen, maar ik verklooide het daarna weer bijna. Gelukkig wist ik nog een eindspel te bereiken en toen hij verzuimde mijn vrijpion te slaan, won ik. Ik was blij en ik kreeg een compliment van Hans Böhm, die vond dat ik het zonder risico te lopen had uitgespeeld. 😉
Het was sowieso een goede ronde voor BSG, dat met dikke cijfers had kunnen winnen, want ook FM Henk stond gewonnen. Hij had een toren meer tegen Bosboom, die intimiderend snel zet, maar met elke zet dieper in de problemen kwam. Helaas gaf Henk een stuk weg, waarna hij uiteindelijk zelfs verloor. 😦 Maar de buit was toen toch al binnen…
De zege was goed voor mijn humeur. Ik kon het weer! 😉 Verliezen van mensen die slechter zijn en winnen van mensen die veel beter zijn… Met snelschaken kan alles.
Moira Domtoren – BSG ½-5½
Tegen Moira Domtoren had ik weer wit en kreeg ik het weer voor elkaar om met groot nadeel uit de opening te komen. Twee pionnen minder had ik, maar ik kon nog wel wat pionnen op den duur terugwinnen. Dat gebeurde ook en ik bereikte een eindspel dat net remise was. Daarmee was ik de enige van het team die niet won, wat wel weer mooi was.
Ook Pinda had remise gespeeld en hij meldde dat hij de constante factor was in zijn team. 😉
BSG – Amersfoort 1-5
Tegen Amersfoort werden we dik in de pan gehakt. Zelf werd ik na een aardig partijtje gevlagd door Willem Bor als ik me niet vergis. Ik besloot een kwaliteit te winnen, maar daar kreeg hij veel voor terug. In tijdnood kwam ik qua stelling nog dicht bij een remise, maar ik had wat minder tijd…
Ook FM Henk redde het niet, alleen Bert Balke wist verrassend genoeg nog te winnen.
HSG – BSG 3½-2½
Halverwege het toernooi werd het tijd om tegen Pinda’s team te spelen. Hij zat dus aan #3, dus speelde ik niet tegen hem. Pinda was al vrij snel klaar tegen Fliffer, die een onwettige zet deed in tamelijk slechte stelling. Zelf ploeterde ik een eind door in een versnelde draak. Mijn tegenstander sloeg maar niet op d4, maar uiteindelijk had 'ie wat tempi meer of zo… Op de een of andere manier kon ik het nog dichthouden, maar ik verloor toen ik zelf actief werd. Een h-pion besliste de partij en met de 50-procentscore van de rest bleek dat uiteindelijk genoeg voor een nederlaag tegen een toch wel wat mindere tegenstander. 😦
Utrecht 2 – BSG 1½-4½
Op de een of andere manier dacht iedereen dat er nu een pauze was, maar dat was helemaal niet zo. De ronde begon daardoor nog wat later, omdat iedereen teruggeroepen moest worden. En het toernooi was al uitgelopen…
Hoe dan ook, ik zag dat ik weer wit had en daar was ik niet heel blij mee. ½ uit 3 met wit… Hoe kan dat toch? Ik was dan ook niet heel blij dat mijn tegenstander Siciliaans speelde. Ik besloot Najdorf met 6.a4 te spelen en het ging ongeveer volgens het boekje. Het verschil was alleen dat hij eerst …Le6 deed, waardoor ik in een mij "bekende" variant kwam zonder …Le7 bij zwart. Daardoor was de manoeuvre Pf3-h4 krachtiger. Het betekende dat zwart niet meer kort kon rokeren en hoewel het afmaken lastig was, won ik wel. Dat kwam omdat hij in een dame-eindspel pardoes zijn dame weggaf.
Verder won zowat iedereen, behalve Fliffer, die qua tijd en qua stelling slecht stond en verloor. Hij had niet bepaald zijn dag.
BSG – De Rode Loper 4½-1½
Na een korte pauze was het weer tijd om tegen De Rode Loper te spelen. Het is niet meer dan een op regionaal niveau opererend ploegje met redelijke spelers. Grappig was dat ik aan bord drie Majnu Michaud zag. Ik had hem in 2006 op het OKU verslagen met een kwaliteit en drie pionnen minder. Die herinnering is zo bizar dat 'ie nooit meer uit m’n systeem gaat. Maar goed, ik speelde aan bord 2 tegen iemand die ik eerlijk gezegd niet kende. Zijn speelsterkte zal wel ergens tussen de 1800 en 2100 geweest zijn. Hij speelde een beetje een rare opening en ik dacht dat ik daar wel voordeel uit moest kunnen halen, maar ik zag niet beter dan dat ik hem een 3 tegen 1 pionnenmeerderheid op de damevleugel gaf. Wel had ik centrumpionnen en een loper, maar voor mijn gevoel stond ik niet best. Gelukkig voor mij kon ik de bordjes verhangen in tijdnood en won ik alsnog.
Naast mij kwam FM Henk niet verder dan remise tegen de degelijke Jan Prins. Aan het laatste bord verloor Bert B, maar de middelste borden brachten netjes vier puntjes op. Op naar de volgende ronde!
Paul Keres – BSG 6-0
Tegen Paul Keres ging BSG er weer eens hard af. FM Henk verzuchtte dat hij de remise had laten glippen tegen Xander Wemmers. Die had overigens nog van MadU Sadler gewonnen in de met 6-0 (!!?) gewonnen wedstrijd tegen Amersfoort. Overigens ben ik benieuwd wat Sadler heeft gedaan tegen Bosboom.
Met 6-0 verloren we dus. Zelf kreeg ik Spaans met 3…f5 tegen me. Ik dacht daar het beste met 4.Lxc6 op te reageren, maar toen deed die gek 4…bxc6. Na 5.d3 fxe4 6.dxe4 La6 zag ik de pointe. Ik vond dat ik best slecht stond en dat bleef de hele partij zo. In tijdnood viel het een keer niet mijn kant op. "Ach, het kost je geen elo," zoals FM Henk voorafgaand aan het toernooi zei.
BSG – Utrecht 2½-3½
Ook tegen Utrecht redde BSG het niet, maar het was een vreemd duel. Ik speelde tegen Master of construction, die een koningsgambiet speelde. Ik nam het aan en toen deed hij 3.Lc4. Hmm… Zo geef je me natuurlijk niet echt een kans om die pion weer terug te offeren… De partij verliep echter slecht. Ik verloor de ene na de andere pion, maar in tijdnood schrok hij van een penning en gaf een stuk weg. Daarna won ik door een geniepig aftrekschaakje met de koning. 😉 Had ik ook weer wat te claimen…
FM Henk versloeg aan bord 1 Pieter Nieuwenhuis. Daar speelde ik vorig jaar nog remise tegen. 😉 Helaas hadden we daarmee de meevallers wel gehad, want terwijl mijn tegenstander zich bij zijn verlies neerlegde, merkte hij op dat daarmee de match was afgelopen. Tom de Ruiter was nog bezig en hij had meer tijd dan zijn tegenstander (een minuut tegen veertien seconden.) Het was een gelijkwaardig toreneindspel, dus dat leek een uitgemaakte zaak. Maar niet vandaag. Terwijl Tom steeds na lang beraad een zet uitvoerde, deed zijn tegenstander dat a tempo. De seconden begonnen af te tellen en de tegenstander plaatst een remiseaanbod. Een paar seconden later valt Toms vlag. "Ik dacht dat ik meer tijd had," merkte hij beduusd op.
Paul Keres 2 -BSG 4-2
De één-na-laatste ronde was onze laatste ronde. Dat kwam omdat wij het genoegen hadden in de laatste ronde tegen DBC te spelen. En dat terwijl DBC niet is komen opdagen. Handig, maar ik zat er niet mee. Konden we eerder naar huis. 😉
Onze laatste ronde was niet bepaald onze beste ronde. De fut was eruit en dat was vooral te zien aan de onderste borden. FM Henk won vrij gemakkelijk van snelschaaktalent Rosmuller, terwijl ik in een matige stelling opeens een stuk kon insluiten. En dat was het dan… Want naast me verloren de oudjes. Helemaal erg was hoe De Ruiter verloor van Colijn Wakkee. Hij stond prima en hij had veel meer tijd, maar opeens was er een schaakje dat hem in totaal een dame kostte. Erg…
De eindstand was dus 4-2. Met 8 matchpunten en 28 bordpunten had BSG zich wel gehandhaafd, maar supergoed was het ook weer niet. Beter op dreef waren BSG 2, dat promoveerde, en BSG 3, dat zich handhaafde (die opmerking vond Richard erg grappig, net als de opmerking dat HSG 1 waarschijnlijk niet gaat promoveren.)
Ik schreef de uitslagenformulieren nog effe gauw over en wenste Pinda nog succes, want ik ging met EB, Pieterse en Richard L. mee naar Bussum. Ik kon wel een beetje lachen om de vele vreselijke partijen die ik deze middag heb gespeeld.
Scores:
1. FM Henk 6 2z bord 1,0
2. Behirder 5½ 2w bord 1,0
3. Fliffer 2½ 2z bord 3,0
4. De Ruiter 5 2w bord 4,0
5. Kieboom 5 2z bord 5,0
6. Balke 4 2w bord 6,0
Totaal: 28 bordpunten (2,8 per wedstrijd)
De doelcijfers waren:
1. FM Henk 1-2 4-1 totaal 5-3
2. Behirder 2-3 3-1 totaal 5-4
3. Fliffer 1-2 1-5 totaal 2-7
4. De Ruiter 3-2 1-2 totaal 4-4
5. Kieboom 2-1 2-3 totaal 4-4
6. Balke 2-4 2-2 totaal 4-6
In totaal 11-14 met wit en 13-14 met zwart; 24 gewonnen partijen en 28 verloren partijen. Acht remises dus.
Volgend jaar moeten de andere jonkies maar weer eens meedoen. 😉Ter vergelijking: vorig jaar scoorde BSG 16 matchpunten, twee keer zoveel als nu. Aan de SGS de taak dit toernooi op een goede datum in te plannen!