Tentamenweek
Vorige maand had ik de tweede tentamenweek van mijn Master STREEM. Omdat de afloop nog lange tijd onbekend was, durfde ik er niet over te schrijven. Inmiddels heb ik alle tentamenuitslagen binnen en kan ik tevreden mededelen dat ik de drie vakken ook daadwerkelijk heb gehaald. Van tevoren had ik getekend voor twee gehaalde vakken, dus dit was een mooie bonus.
Het studiejaar 2010-2011 begon zwaar. De master bleek erg wiskundig en ik kreeg geregeld nare flashbacks uit mijn econometrietijd. Hoe gek was ik dan ook dat ik drie (in plaats van de gebruikelijke twee) vakken koos voor de tweede periode. Ik ben echter iemand die soms de neiging heeft om nu veel te doen, zodat ik het later (binnenkort alweer) rustiger aan kan doen. Dat leek me geen gek idee met de Masterthesis in het vooruitzicht.
Ik kon uit vijf vakken kiezen: Environmental Economics, Regional and Urban Economics, Applied Transport Economics, Geographic Information Systems en Network Analysis. Ik zal de vakken in het vervolg in het Nederlands aanduiden. In ieder geval moest ik twee "kernvakken" kiezen, die ik dikgedrukt heb afgebeeld. Naast de twee kernvakken in deze periode, is er in de volgende periode nog een ander kernvak, Transport Economics (dus zonder "Applied" ervoor) en dat ga ik dan maar volgen, want ik had maar een van de twee kernvakken gevolgd. Dat was namelijk Regionale Economie, vooral ook omdat milieueconomie me niet zo aansprak na mindere ervaringen eerder in het jaar. Verder heb ik nog steeds een bloedhekel aan (Arc) GIS, dus bleven er nog twee vakken over: Netwerkanalyse en Transporteconomie (hoewel het bijvoeglijk naamwoord "toegepast" hier wel aan had kunnen worden toegevoegd.)
In ieder geval had ik drie vakken en kon ik met eentje nokken als het te veel werd. Jammer genoeg gold dat niet voor Regionale Economie, wat een "kernvak" was en me al spoedig te ingewikkeld werd. De colleges waren rommelig: de ene docent klepte moeiteloos anderhalf uur aan een stuk door over niks, terwijl de ander op het schoolbord een ingewikkeld model zat uit te leggen. Veel begreep ik er niet van.
De andere vakken gingen beter. Met Netwerkanalyse zat ik voornamelijk in de klas met studenten die "Business Administration" deden. Blijkbaar word je al toegelaten tot die Master als je het IQ van een zeehond hebt, want hoewel Netwerkanalyse helemaal geen moeilijk vak was, stond ik versteld van wat mijn "gelegenheidsklasgenoten" allemaal niet wisten. Zelf profiteerde ik nog wat van grijze econometriekennis, toen de algoritmes van Prim en Dijkstra werden opgenoemd. De opdrachten waren dan ook geen probleem voor mij.
Het vak Transporteconomie had ik les van twee docenten: de ene docent, Jos, was een gedegen docent die ook een luisterend oor had voor de zes studenten die het vak volgden. Bij de andere docent, Jasper, had ik vaak bijna privéles. Het was geen onaardige man, maar het lesgeven had hij gewoon niet in de vingers. Dat deed Jos beter. Hij uitte daarnaast kritiek op de master. Het eerste blok was te zwaar en er waren te veel onderwerpen. Bovendien moesten de docenten de leerlingen beter motiveren. Dat hoorde ik graag. 😉 Ik besloot later ook m'n Masterscriptie bij hem te schrijven.
Presentatie
Ondertussen moest ik voor Regionaal een presentatie houden over een artikel. Het artikel, dat ging over de correlatie tussen stadsgrootte en misdaad, begreep ik half. Mijn makker leek het beter te begrijpen. Samen zaten we dagenlang op het verslag te ploeteren. Ik had de samenvatting geschreven en nog wat onbelangrijke dingen; hij had de rest gedaan. In de presentatie zou ik ook het eerste deel doen. Tot mijn schrik moest ik opeens als eerste beginnen. Daar stond ik dan. Ik had nog nooit in het openbaar Engels (of iets wat erop moet lijken) gesproken. In ieder geval niet veel meer dan een paar woordjes. Ook had ik nog geen goede volzinnen bedacht en bijna verlamd van schrik kon ik niet veel meer doen dan een onsamenhangend verhaal brabbelen. Daar kwam nog bij dat ik geregeld niet de juiste woorden kon vinden. Het enige waar ik wel tevreden over was, was de uitspraak, of in ieder geval mijn pogingen ertoe om een Engelse uitspraak aan te houden, zoals de luchtstroom vanuit de longen niet onderbreken aan het eind van een woord, om zo de eindklankverscherping te voorkomen. De meervouds-s'jes kwamen er daardoor vaak uit als z'jes en dat klinkt inderdaad een stuk mooier. Na mijn gestamel kwam mijn teamgenoot, die niet de mooiste Engelse uitspraak heeft, maar wel duidelijk was. Hij beantwoordde ook de gestelde vragen. Ik stond er maar een beetje bij. De meeste vragen begreep ik niet (ik kon het niet verstaan, of er zaten woorden in die ik niet kon thuisbrengen) en ik was blij dat ik m'n kop verder kon houden. Uiteindelijk bleek onze presentatie bijna drie kwartier te hebben geduurd. In de pauze kreeg ik een voorzichtig compliment van een medestudent, waar ik wel blij mee was. Dan zal het wel niet heel slecht zijn geweest…
Na ons moesten overigens nog drie groepen. De presentaties en aansluitende discussies duurden steeds korter, waardoor we uiteindelijk om half zes naar huis konden. Ik was blij dat het erop zat. Uiteindelijk kregen we een mooi cijfer voor de presentatie en het verslag. Daar was ik blij mee, al had ik er pas iets aan als ik ook een voldoende zou halen voor het tentamen. Dat leek me bijna net zo onwaarschijnlijk als een koudegolf in februari.
Tentamenweek
Een week na mijn presentatie was de laatste les. We hadden lekker een week om ons optimaal voor te bereiden op de tentamens. Dat zag ik wel zitten, maar toen ik die week in Amstelveen kwam, bleek het internet het weer niet te doen. Daarnaast liep ik in de eerste nacht keelpijn op, waardoor ik ook niet echt productief was. Die vrijdag ging ik ziek naar huis.
Gelukkig ging het daar weer langzaam beter met m'n gezondheid. Ik besloot de hele tentamenweek "thuis" te blijven, aangezien bijna niemand meer in Amstelveen bleef. Omdat ik steeds pas rond etenstijd tentamen had, maakte de extra reistijd me ook niet zo veel uit, terwijl m'n ma fijn rekening met me kon houden met het avondeten.
Maandag had ik om half zeven (!) het tentamen van Netwerkanalyse. Die middag werkte ik een magnetronmaaltijd naar binnen, waarna ik stelde dat ik ook best naar het station kon fietsen. Dat lukte ook wel, maar ik voelde me niet erg op m'n gemak. Gelukkig ging ik niet op m'n bek, dus kwam ik heelhuids aan. In Amsterdam moest ik op zoek gaan naar de Medische Faculteit. Het Medische-Faculteitgebouw is via het ondergrondse gangenstelsel vrij eenvoudig te bereiken vanuit de VU. Bovengronds was het wat moeilijker om de juiste ingang te vinden, al lukte me dat uiteindelijk wel. Vervolgens probeerde ik het lokaal te vinden. Toen ik te ver was doorgelopen, zag ik ineens een bordje met het juiste lokaalnummer. Een geruststelling, ik had het gevonden! Ik liep erheen en net op dat moment hadden twee STREEM-chicks het lokaal eveneens gevonden. We stonden er een beetje te wachten en te kleppen en te luisteren. Vervolgens kwam de docent eraan en hij zei dat het lokaal al bij de ingang stond aangegeven.
Het tentamen was niet zo moeilijk en ik besloot al vrij snel de vrieskou weer in te gaan, om weer voorbereid te zijn op het volgende tentamen.
Die dinsdag had ik een dag vrij om voor Transporteconomie te leren. Ik had van dit vak eveneens een samenvatting gemaakt, zodat ik het beter kon leren. Echt heel moeilijk was het vak niet, dus wilde ik het graag halen. Dat ik voor Regionaal eigenlijk amper iets geleerd had, boeide me niet zo. Ik wilde de vakken halen die ik kon halen.
Het tentamen was op woensdagmiddag om een uur of drie. We zaten in een vrij klein en vooral kil klaslokaal. Omdat we een vaste plaats hadden, zat ik op een rotplek op de voorste rij. Het tentamen ging ook niet al te best. Keer op keer werden er k-vragen gesteld. Ik probeerde de vragen naar vermogen te beantwoorden, maar ik vreesde dat het wel heel spannend zou worden of ik het wel zou halen. Dat ik daarnaast m'n gum niet had meegenomen, hielp ook al niet. Ik verliet daarom al vrij snel ontgoocheld de zaal.
Die avond ging ik nog wat leren voor Regionaal. Het lukte niet echt. M'n gedachten waren nog te veel bij mijn verprutste tentamen. Ik probeerde wat algemene wijsheden te onthouden voor Regionaal en verder hoopte ik er maar het beste van.
Donderdag, weer om drie uur en weer in hetzelfde lokaal, zou ik mijn laatste krachtsinspanning van het jaar moeten leveren. Een grote groep studenten stond buiten het lokaal. Er werd wat ontspannen gepraat door sommigen, terwijl anderen juist op het laatste moment nog wat kennis tot zich probeerden te nemen.
Ditmaal zat ik veilig aan de rand en kon ik me snel uit de voeten maken met m'n verkouden kop. Ik zat naast Evelyn, de stud die eerder dit jaar mijn groepsgenootje was. Misschien kon ik bij d'r afkijken, of misschien zou ze aan mijn gekrabbel kunnen zien dat ik er echt niks van had begrepen. Wel gaf ze me tijdens het tentamen een zakdoek (wat gek genoeg door een Nieuw-Zeelandse student "tissue" werd genoemd en niet "handkerchief"), omdat ze gek werd van mijn gesnif. "Please take this!", lachte ze naar me. Het was een beetje een neerbuigend lachje, vond ik, maar ach, verder was het wel aardig.
Het tentamen was opvallend makkelijk. Bij veel vragen had ik het idee dat ik een adequaat antwoord kon geven en bij andere vragen schreef ik steeds iets met "Muth-condition". Alleen een vraag op het einde, waar ik een enorm verhaal moest schrijven, wist ik weinig te bedenken. Voordat ik mezelf zou vastlullen, was ik gestopt. Ik hoopte er misschien nog wat punten voor de moeite voor te krijgen, al dacht ik dat ik het ook zonder die punten wel gehaald zou hebben.
Ik moest nog een paar weekjes wachten op het antwoord, maar toen kreeg ik een e-mail van de uni met daarop de bevestiging dat ik Regionaal had gehaald en wel met een zeven. Dat voelde goed, want zoiets had ik op voorhand in ieder geval niet verwacht. Een week later kreeg ik ook de bevestiging dat ik Netwerk had gehaald. Dat verbaasde me niet zo. Het wachten was op Transport. Dat kon nog alle kanten uit. Volgens de voorlopige cijfers had ik het net gehaald, dus hoopte ik maar dat de eindcijfers niet zouden veranderen. Gisteren kreeg ik dan EIN-DE-LIJK het bevestigende mailtje: ik had het inderdaad gehaald.
Daarmee kreeg de tentamenweek met hindernissen in ieder geval een goed einde. Van de eerste twee periodes heb ik alleen Micro-economie niet gehaald. Dat vak ga ik volgend schooljaar volgen (de herkansing was in de week voor de tentamenweek) en hopelijk steek ik er dan meer van op dan nu.