27 mei 2010

Pinkstertoernooi 2010

Door de ogen van een verslaggever

Eleftheria schreef het al: ik moet journalist worden. Tijdens het Pinkstertoernooi kreeg ik dan ook alleen maar positieve reacties op mijn verslaggeving. Dit jaar werd het Pinkstertoernooi voor het grootste gedeelte geleid door Lenaard (21) en daarmee werd het toernooi meteen nieuw leven ingeblazen, met liveborden en rondeverslagen.

De rondeverslagen waren dus een groot succes. De meeste BSG’ers die kwamen kijken, waren er zeer over te spreken. De vraag was of niet-BSG’ers de schrijfsels ook lazen, want daar was het me eigenlijk om te doen. Ik hoor vaak dat men mij leuk vindt schrijven. Ik heb eerlijk gezegd geen idee hoe ik dat voor elkaar krijg. Misschien is het een soort natuurtalent. Of hebben de leermethodes op de basisschool als "Het woord in de zin" en "Taalschat" me een handje geholpen? Of vind ik het zo leuk dat het goed gaat? Dat laatste klopte bij deze verslaggeving zeker. Ik heb me wel vermaakt in mijn formuleringen, interviews en mijn spatiegebruik.

Het toernooi was met z’n 117 deelnemers (48 in de A en 69 in de B) en drie invallers al een succes te noemen; de afgelopen jaren was er sprake van een dalende trend en die is nu mooi doorbroken. Het niveau van de deelnemers was dit jaar niet heel hoog in de A-groep. De meeste broodschakers waren naar Limburg gevlucht. Best wel dom van ze, want uiteindelijk vielen maar drie Nederlanders in de prijzen: Freezo, Bok en Bijlsma. Niet zo gek, met al die 2600-spelers die daar meededen. Die vieze gasten speelden de mindere deelnemers hard van het bord door openingsinnovaties, iets wat ik in het Pinkstertoernooi niet heb gezien. Dat Afek ongedeeld tweede werd bij het Bussumse Pinkstertoernooi, zal half schakend Nederland zich wel achter de oren hebben doen krabben. Volgend jaar komen ze lekker hierheen!

De B-groep kende dit jaar een leuke bezetting, met veel jeugdspelers, vechters en gambietspelers. Een waar schouwspel. Helaas waren er ook de nodige zeurpieten en halve zolen, die na een rij nederlagen niet meer kwamen opdagen.

Lessen

Hoewel het toernooi dit jaar vrijwel vlekkeloos verliep, kunnen er altijd dingen beter. Hieronder wat suggesties:

  • Een derde groep

Nu is er een groot niveauverschil in beide groepen. Een groep voor <1600 o.i.d. lijkt me geen slecht idee. Dan kunnen die mensen ook op hun eigen niveau spelen. Overigens: moet ik het de 1e, 2e en 3e groep noemen, of A-, B- en C-groep?

  • Schoonheidsprijs

Laat de spelers vooraf weten dat je je partijen voor de schoonheidsprijs kunt nomineren. Nog een tip: verstrek doordruknotatievellen.

  • Prijzengeld

Het leek mij slim om in ieder geval de top 10 prijzengeld mee te geven, vooral ook omdat het Limburg Open de top 8 van prijzengeld voorziet; ons toernooi moet laagdrempeliger worden. (Dit jaar kreeg alleen de top 6 een prijs, wat misschien geen aanmoediging was voor een goed-presterende amateur.)

  • Locatie

Waarschijnlijk gaat het toernooi uitwijken naar het Goois Lyceum. Mijn vraag is: waar breng je het toernooi dan onder? Toch niet in de aula? Wanneer het toernooi volgend jaar toch in het DSC wordt gehouden: voor de tweede groep zou ik graag de middenrij terugzien. Die gaf de groep z’n sfeervolle drukte.

  • Inschrijving

Bij het inschrijven ging het een en ander mis. Een aantal mensen kwam niet of veel te laat opdagen. Door de onzekerheid werd de start van het toernooi uitgesteld, waardoor de deelnemers die wel op tijd waren geïrriteerd raakten. Dat moet volgend jaar voorkomen worden. Misschien moeten de deelnemers eerst een kleine aanbetaling doen, of krijgen degenen die zich na een bepaalde tijd nog niet hebben ingeschreven automatisch een bye, of worden mensen die wegblijven zonder iets van zich te laten horen op een Zwarte Lijst gezet.

Verslagen

Tot slot nog wat over de verslagen. Hieronder een aantal grappige (?) passages:

Ronde 1: Waar u stopt, gaan wij verder

Geweldige titel, vond ik. Terwijl de deelnemers lagen te pitten, zat ik me op m’n PC uit te sloven voor een verslag om drie uur ’s nachts.

"We laten een "hartstikke blije" co-toernooiorganisator Lennart Ootes even aan het woord over het toernooi:" ("We" moest eigenlijk "ik" zijn…)

"Zwaarder had zijn landgenoot Viesturs Meijers het, die wat al te frivool speelde en keihard werd aangepakt door local hero Peter Drost." (Echt jammer dat Ptr die partij niet won. :()

"Ook BSG’er Leon Pliester wint. Lange tijd gaat de partij gelijk op, maar in het eindspel desintegreert Dimitri Koudinovs stelling van de ene op de andere zet." (Knap hoe die witspeler dat voor elkaar kreeg…)

Ronde 2: Een heet middagje voor de favorieten

"Na een paar weken met veel bewolking en weinig zonneschijn, is het weer tijdens het Pinkstertoernooi weer fenomenaal: zonnig, maar niet te warm. Desondanks stond de verwarming in de bovenzaal (de “Euwe zaal”) voor het begin van de ronde nog gewoon aan, alsof het buiten vroor." (Ik ken iemand die ervan zou gaan kotsen.)

"Aan bord één zag Dimitri Reinderman dat zijn dame wat klein was uitgevallen. Liever had hij een wat groter exemplaar, dus wisselde hij de zijne met die op het bord ernaast. Een psychologisch voordeel? Wie weet, want Robin van Kampen, die daardoor met de kleine dame speelde, werd in vijftien zetten opgevouwen door Ewoud de Groote."

En natuurlijk het "interview":

Hoe ging de partij?
"Dat kun je zien op internet. Ging wel lekker."

Had je verwacht dat het zo makkelijk zou gaan?
"Nee."
(Hij durfde geen "ja" te zeggen)

Had je je voorbereid?
"Nee, eigenlijk niet. Zonder voorbereiding ben ik het meest sterk."
(Een expres gemaakte verengelsing)

Was dit de eerste keer dat je op een livebord speelde?
"Nee, dit was zo ongeveer de duizendste keer."
(Je moet toch wat vragen…)

Wat zijn je ambities voor het toernooi?
"Het toernooi winnen, natuurlijk. Dat zou ik erg fijn vinden. Niet erg realistisch, maar als ik nog een paar goeien versla, is het mogelijk."
(Een vraag van Le)

Wat vind je van het toernooi?
"Ik vind het een mieters toernooi."

Sinds wanneer speel je de Worrall?
"Weet ik niet meer precies." (Robin Oscar dacht in ieder geval dat hij de huilvariant nog speelde)

Robin gaat het NK spelen en jij verslaat hem in vijftien zetten. Wat zegt dat over jou en over Robin?
"Ik weet niet wat het over hem zegt. Dat hij wat ups en downs heeft. De laatste tijd misschien wat meer downs dan ups. Ik kan soms sterke spelers pakken, maar meestal niet, want ik ben volgens mijn broer een kneuzenprakker."
(Weer een vraag van Le)

Schaak jij vaak tegen je broer?
"Nee, dat is niet zo’n uitdaging. Ik schaak even vaak tegen hem als hij mij interviewt."
 (En bedankt…)

Van wie heb jij schaken geleerd?
"Van mijn broer." (Ja, die jongen kan er wat van.)

Maar je hebt hem inmiddels ingehaald qua niveau?
"Ja, kijk maar naar de Elo’s of ratings."

Wat doe je momenteel voor opleiding?
"Ik studeer in Enschede. En ik wil niet te veel over mezelf prijsgeven." (Steekt tong uit.)

Hoe doe je dat dan als je in Enschede studeert en in Bussum schaakt?
"Anno 2010 zijn er voldoende treinen die me van A naar B kunnen vervoeren. Of van E naar B in dit geval."
(Grumpf…)

En verder:

"Leon Pliester krijgt tegen Marc Overeem niet bepaald openingsvoordeel. Het grootste gedeelte van de partij is hij meer met verdedigen bezig dan dat hij aan leuke dingen kan denken."

"In een ongelijkelopereindspel dat eigenlijk een ongelijk lopereindspel is, moet wit zijn loper geven voor zwarts h-pion." (Even spelenderwijs de Nederlandse taalregels aan een breder publiek verkopen.)

Mark Pieterse was niet te spreken over zijn remise tegen Waldemar Moes: "Slap, niet mijn stijl." (Hij zei wel degelijk wat.)

"Ashley Krishnasing had een partij met vele ups en downs. Tegen Albert Luns volgde hij de partij Swinkels – de Groote 2009…" (Even een eigen partij aanhalen)

Ronde 3: Ali B ongedeeld aan kop

Ja ja, de eerste bijnaam. 😉

"De Letten Miezis en Meijers hadden de vorige ronde een bye opgenomen om in Duiven te kunnen schitteren in een rapidtoernooi." (Ze werden knap vierde en vijfde in een niet onaardig, maar ook zeker niet supersterk deelnemersveld, waardoor ze hun reiskosten net hebben terugverdiend…)

"Dimitri Reinderman is heel wat meer van plan in zijn partij tegen Bart-Piet Mulder. Na een rustige opening takelt het paard op e5 zwart zwaar toe. Het beest kan worden afgeruild, maar met twee minuspionnen in het toreneindspel valt er weinig meer te lachen voor zwart."

En natuurlijk het "interview" met de winnaar:

Hoe gaat het met de katten?
"Goed. Tenminste, vanochtend nog wel."

Vindt u zichzelf toernooifavoriet?
(Twijfelt) "Jaaaa... Ik heb de hoogste rating."

Wat zou je (u?) met het prijzengeld willen doen?
"Ik zou graag een mooie racefiets willen hebben"

Wie ziet u als uw belangrijkste concurrenten?
"Robin heeft al verloren... De Letten... En Ali."

"U heeft vorig weekend meegedaan aan een weekendtoernooi in Spijkenisse en nu doet u weer aan een toernooi mee. Is dat niet zwaar?"
"Valt wel mee, want er zit een week tussen."

Wat doet u in zo’n week?
"De Giro kijken, de katten aaien en naar de bioscoop gaan." (Le: Hij zei helemaal niet dat 'ie naar de bioscoop ging!)

Wat vindt u van Lennarts haar?
"Zoveel kleuren heb ik er nooit in gedaan. Hoogstens twee kleuren." (Waar blijft de foto?)

Zijn we nog een vraag vergeten?
"Iets met Monty Python"

Wat vond u van het niveau van de interviews van Chesscool?
"De meisjes giechelden vooral en uit de jongens moest je de antwoorden echt trekken."

Vindt u het fijn dat hier geen camera bij is?
"Ik ben blij dat het niet is opgenomen."

En nog wat zinnen:

"Aan bord twee zien we de eerste Konings-Indiër dit toernooi waarbij wit niet onder de voet wordt gelopen op de koningsvleugel. Door een "in-between move" wint Krishnasing een loper van Bekker." (Even reclame maken voor het woord "in-between move" als vervanger van het in de Engelse literatuur voorkomende "Zwischenzug"; alsof ze daar in het Engels geen woord voor hebben…)

Ronde 4: Miezis verslaat Bitalzadeh: drie nieuwe koplopers

"Meijers tovert tegen Ootes een soort drierijensysteem op het bord met wit. Ootes besluit daarom maar zijn troepenmacht op de witte koning af te sturen. Wit doet alsof er niks aan de hand is en pakt wat veldjes op de damevleugel. Zwarts offensief oogt indrukwekkend, maar uiteindelijk loopt het vast en doet de tijdnood vervolgens de rest."

"Als er voor deze ronde een spektakelprijs was, dan was de partij Otte-Drost een goede kanshebber. Beide spelers proberen elkaar in de partij te overtreffen met originele manoeuvres. Maar er moet natuurlijk ook gehakt worden." (Vreemd genoeg won die partij de spektakelprijs niet)

"Aan bord één wordt De Veen ogenschijnlijk verrast door het Boedapestgambiet van Van Sonderen. Zwart speelt snel en is niet bang voor dubbele aanvallen met Dd5. Uiteindelijk behoudt wit zijn gambietpion, maar heeft zwart veel meer ruimte. Door een klein tactisch foefje (...Pxh2+) wint zwart een kwaliteit en speelt het eindspel vervolgens soepeltjes naar winst." (Maar deze partij in de B-groep wel!)

"Met een toren meer kan Krishnasing mat in twee geven, maar hij ziet het keer op keer niet. In plaats daarvan maakt hij wits matdreigingen onschadelijk, wat ook voldoende is voor de winst." (Niet goed voor je gezondheid, verslaggever zijn!)

Ronde 5:"Reinderman alleen aan kop

"De strijd om de koppositie is net een voedselketen. Nadat Bitalzadeh in de derde ronde aan de leiding kwam, verloor hij van Miezis. En Miezis bleek niet opgewassen te zijn tegen Reinderman, die daardoor alleen aan de leiding gaat met 4½ uit 5." (xD)

"Drost was na zijn spektakelstuk van vanmiddag nog in de wolken en probeerde opnieuw “origineel” te spelen. En niet onverdienstelijk. In de slotstelling stelde hij de remise veilig door zetten te herhalen, hoewel hij volgens de kenners beter stond." (Robin Oscar maakte ‘m zelfs uit voor "flikker", omdat 'ie niet doorspeelde)

"De echte klapper was natuurlijk het duel tussen de grootmeesters. Reinderman zag af van zijn gebruikelijke 1.c4 en besloot 1.e4! te spelen. Vervolgens bracht hij de vreemdste Siciliaan ooit op het bord." (Reinderman was het zinnetje ook al opgevallen, maar hoe moest ik het anders omschrijven?)

Ronde 6: Reinderman slaat aanval op koppositie af

"De zesde ronde is de vroegste ronde van het toernooi. Gezien het relatief grote blunderpercentage, leek niet iedereen even goed te zijn uitgeslapen." (Dat "relatief" mag je wegdenken)

"Wit kan uit twee dingen kiezen: de pion terugwinnen, of zwarts stukken passief houden. In de partij streeft Balje beide doelen na, maar het enige wat hij bereikt is dat zijn toren ver in de vijandelijke linies wordt ingesloten."

"Robin van Kampen zat Leon Pliester helemaal weg te spelen. De Amsterdamse meester probeerde op de koningsvleugel nog wat tegenspel te organiseren. Wanneer zwart verkeerd reageert, wint Pliester met een geniepige truc opeens materiaal: twee torens hangen bij zwart, waarvan één met schaak. Van Kampen ontsnapt met kwaliteitsverlies, maar het resterende eindspel biedt weinig hoop meer. Een remiseaanbod van Pliester des te meer. Pliester is wel de laatste van wie je zo’n genereus aanbod zou verwachten." (Ik weet nog wel toen ik Fliffer eens tructe vanuit een verloren stand, waarna ik maar remise aanbood. Toen was Pliester de eerste om me te zeggen dat ik door moest gaan…)

"In de tweede groep is Ashley Krishnasing de favoriet voor de eindzege. Tegenstander Michel Auwens schotelt hem een gambiet voor, maar Krishnasing is niet onder de indruk." (De opening hadden we op het bord gehad en we vonden het niks voor wit. :P)

Ronde 7: Reinderman wint A-groep, Krishnasing wint B-groep

Een plichtmatig verslag, maar veel viel er ook niet te vertellen.

BSG’ers

Meer valt er vertellen over de prestaties van de BSG’ers. Alleen Leon Pliester behaalde een prijs met heel slecht spel. Doordat alleen de top 6 prijzengeld kreeg, vielen mensen als Ali B., Rob Witt, Marijn Otte, Jan Balje en Ewood, die een prima toernooi hadden gespeeld, juist buiten de prijzen. Vooral voor Ali was het zuur, nadat hij de hele tijd bovenin had meegedraaid. Hetzelfde gold voor Rob Witt. Ewood zal nog vaak terugdenken aan zijn partij tegen Afek, waarin hij minimaal remise had, maar verloor. Afek was dit toernooi juist helemaal opgeleefd. De laatste jaren maakte hij een zielige indruk en verloor hij vaak als een kind. Dit toernooi had hij daar geen enkele last van en won hij veel partijen op techniek.

Iets verder onderin speelde Ptr een goed toernooi, hoewel zijn score ook wat vertekend is doordat hij twee gratis punten kreeg. In de partijen waarin hij goed stond, verloor hij; de slechte stellingen leverden hem juist de punten op. Sjonnie Markus speelde solide. Met wit blies hij iedereen van het bord, met zwart redde hij het steeds niet tegen de Letten en kwam hij niet verder dan remise tegen de zwakkeren.

Large begon goed, maar de tweede toernooihelft verliep niet best, waardoor het beertje op 50 procent eindigde. Ex-BSG’er Pascal L. speelde een goed toernooi voor zijn doen, hoewel hij niet heel hoog eindigde. Fliffer viel één keer in en verloor toen nogal beschamend. Maar het doel was bereikt: zijn tegenstander had de avond van zijn leven, terwijl hij anders voor niets was gekomen.

In de B-groep waren er grote successen voor Baarn. Ex-BSG’er Sizzel won het toernooi volkomen verdiend. Natuurlijk was hij een kanshebber, maar dit jaar maakte hij het wel waar, waardoor hij vierhonderd euri rijker is. Tweede werd Waldemar Moes. Hij begon nog wat twijfelachtig, maar nadat hij wat zelfverzekerder ging zetten, stroomden de puntjes binnen.

Eddy of Squares was de beste BSG’er. Hij speelde net te vaak remise om in de prijzen te vallen. Rik Weidema eindigde een halfje achter hem, maar dat verbloemde dat hij een slecht toernooi had gespeeld. Zoals zoveel volwassenen moest hij flink wat rating inleveren op de jonkies. Rob Tijssens verloor juist vooral van de ouwe knarren, waardoor ook hij niet echt kan terugkijken op een geslaagd toernooi. Ondanks een harde nederlaag tegen de toernooiwinnaar, speelde Cees Beijen een redelijk toernooi, waarin hij elke ronde volgens zijn eloverwachting speelde.

Na een goed begin stortte Mark Pieterse lelijk in, terwijl Teun de Haan in de eerste ronde gauw van een meisje verloor, waarna het niet meer goedkwam. Baarnaar Yme Brantjes begon prima met een overwinning op een livebord, maar daarna liet hij niks meer zien. Uiteindelijk eindigde zelfs Bernd Haberland op hetzelfde aantal punten.

Frits van Gelder scoorde op eigen kracht maar 1½ punt. Heel gek was dat niet: hij was de enige die geen idee had hoe de prijspuzzel moest worden opgelost. Richard Halvegare speelde een aantal partijtjes mee, maar slaagde er niet in om indruk te maken.

Tom Fikkert en Edwin Baart speelden een potje mee als "invaller" en eindigden nog boven Andre Süters, die twee remises bij elkaar harkte. Die richting ga je dus uit als je als jeugdspeler de 1800-grens niet passeert: als opa of oma mag je blij zijn als je je rating boven de Middeleeuwen houdt.

Nee, de opmerkelijkste prestaties zetten de BSG’ers neer in de hoofdgroep. Vraagje: waar was de BSG-jeugd? Ik heb ze alleen op vrijdagavond gezien, toen ze –for some reason– niet wisten dat ze geen clubavond hadden vanwege het toernooi. En dat terwijl het Pinkstertoernooi een uitgelezen kans was om kennis te maken met de duistere wereld van het toernooischaak, zoals ik als puber ondervond. Destijds lukte het me vaker niet dan wel om te stunten in dergelijke toernooien. Dus ja, petje af voor de jonkies die dit jaar zulke hoge ogen gooiden! Maar hopelijk zijn het volgend jaar BSG’ers…

PS.: Eleftheria was de docente van het vak Besluitvormingsprocessen. Dat vak haalde ik onder andere door een mooie acht voor mijn individuele opdracht, dus van mij zul je geen klachten horen over dit nutteloze… eh… nuttige vak. Op Blackboard kwam een korte bespreking van de opdracht, waar enkele studenten werden opgenoemd die blijkbaar goed werk hadden verricht:

I appreciate your opinion, at the end, but not throughout your text! Therefore, few of you would become very good journalists, namely Jesper de Groote and Martijn Snelder! Way to go!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten