18 september 2017

Hamilton kan zijn ogen niet geloven

Bij de voorbeschouwing van de Grand Prix van Singapore ging het er niet over of Vettel de leiding in het kampioenschap weer zou overnemen, maar met welke voorsprong hij de Aziatische stadstaat zou verlaten. Het zou echter heel anders lopen…

Uitgerekend voor eigen publiek in Italië werd Ferrari twee weken geleden lelijk te kijk gezet door Mercedes. Het trage stratencircuit van Singapore zou de wendbare Ferrari’s veel beter moeten liggen. Twee jaar geleden verpletterden de rode bolides de Mercedes gewoon en ook dit jaar waren de Italianen het Duits-Engelse team de baas.

Sterker nog: Mercedes werd zelfs nog door Red Bull afgetroefd. Voor de paarse bolides was de race op het Monaco van Azië de laatste kans op een dagsuccesje. Datzelfde gold overigens voor het zusterteam van Toro Rosso en het al jaren zwak gemotoriseerde McLaren. Na drie jaar ellende met Honda waren de Britten de Japanners zo spuugzat geworden dat ze een gat in de lucht sprongen dat ze volgend jaar met Renault-motoren gaan rijden. Kind van de rekening wordt Toro Rosso, dat zich de Honda-motoren in de maag liet splitsen. Het lukt het voormalige team van Minardi maar niet een fatsoenlijke motorpartner te strikken.

Op het stratencircuit van Singapore telt motorvermogen minder en gelijk zakken de Mercedes-aangedreven teams genadeloos door het ijs. De grijze bolides zelf moeten het doen met een plekje op de derde rij, terwijl Force India in Q2 blijft steken en Williams zelfs in Q3. Inderdaad zijn de Renaults, McLarens en Toro Rosso’s best of the rest. De pole gaat naar Fattle, terwijl Max teamgenoot Ricciardo nipt de baas is en vanaf de eerste rij mag starten. Rijkunnen komt niet verder dan een magere vierde plaats.

Tegen alle verwachtingen in begint het voor de start van de race ineens te regenen. Het is een geschenk uit de hemel voor Luis, die weet dat hij in de natte omstandigheden meer kans maakt om terrein goed te maken. Fattle is er natuurlijk minder blij mee. Bij de start heeft hij alleen oog voor de auto naast hem. Als de lichten doven, komt hij echter matig van zijn plaats. Max’ start is iets beter, maar achter hem komt Rijkunnen echt als een dragster uit de startblokken. Hij gaat Max links voorbij. Fattle zit aan de rechterkant van de baan, maar stuurt ineens strak naar links. Het gevolg laat zich raden: de drie bolides klappen vol op elkaar.

Rijkunnen raakt eerst Max en daarna ook nog eens teammaat Fattle. Stuurloos schiet zijn heftig beschadigde Ferrari rechtdoor, waar hij Max nogmaals weet te raken. Max neemt op zijn beurt de als een raket gestarte Alonso mee. De McLaren vliegt door de lucht, maar kan wonder boven wonder verder.

Fattles auto is ook terminaal beschadigd, zo blijkt. Door lekkende koelvloeistof verliest de Duitser de macht over het stuur, waardoor hij zijn aangezicht ernstig beschadigt. Nog voordat de safetycar het veld aanvoert, moet hij zijn wagen in de pits parkeren.

Dat brengt de leiding in handen van Luis, die de matig gestarte Ricciardo meteen voorbij was gevlogen en door de crash vooraan automatisch drie plekjes opschoof. Als de race na vier ronden weer wordt vrijgegeven, loopt hij op zevenmijlslaarzen weg bij de Australiër, die zich in de natte omstandigheden niet bepaald als een vis in het water voelt.

Terwijl Alonso kort na de hervatting alsnog moet opgeven vanwege de beschadigingen aan zijn auto, rukken de Toro Rosso’s keurig op in de middenmoot. Waar de meeste coureurs in de middenmoot op regenbanden staan, staan de Italiaanse Red Bulls op intermediates, die steeds sneller worden als de baan opdroogt. Science weet Ocon te pakken, terwijl Kwjat zich een aantal plekjes lager na een lang gevecht van Magnussen ontdoet. Hij is zo euforisch dat hij een bocht later alweer in de bandenstapel staat, waardoor de safetycar voor de tweede keer uitrukt.

De neutralisatie is een uitgelezen kans voor de coureurs achteraan om hun regenbanden voor intermediates in te wisselen. Ook de koplopers halen nieuwe banden. Alleen Luis doet dat niet. Het lijkt hem weinig te deren, want ook op oudere intermediates loopt hij na de herstart bij Ricciardo vandaan.

De Williams’ zijn ook nog niet gestopt. Waar Stroll op intermediates was begonnen en zich redelijk staande houdt in de middenmoot, valt Massa op zijn regenbanden als een baksteen terug. Na een late stop kan hij de Saubers gaan vergezellen in de strijd om de rode lantaarn. De rijdende IKEA’s zijn opnieuw niet vooruit te branden en de absurde bandenstrategieën maken het er niet beter op. Zo blijft Wehrlein nog op regenbanden rijden als de baan al bijna droog genoeg is voor slicks.

Magnussen is in de 24e ronde de eerste coureur die droogweerbanden haalt. Massa, die weinig meer te verliezen had, volgde meteen zijn voorbeeld. Hij wordt meteen na zijn stop door Luis op een ronde gezet. De overige coureurs volgen even later. Red Bull hoopt Ricciardo via de stops langs Luis te helpen. Ricciardo komt bij zijn stop echter nog achter Palmer op de baan. Luis gaat op intermediates minstens zo snel en blijft na zijn stop ruim aan de leiding.

De rondetijden schieten omlaag als iedereen op droogweerbanden staat. Opmerkelijk genoeg verliest Ericsson juist dan de controle over zijn wagen. Hij weet wonder boven wonder uit de vangrail te blijven, totdat hij de rem loslaat en zijn auto alsnog achterwaarts tegen de muur tot stilstand zet. Het betekent dat de safetycar voor de derde keer op de baan komt.

Het duurt vervolgens nog een tijd voordat het wrak kan worden weggesleept. Luis ziet zijn voorsprong verdampen en is daar niet bepaald blij mee. Bij de herstart weet hij weer een gaatje naar Ricciardo te slaan.

In de slotfase verliezen we nog twee rijders. Hülkenberg verliest zijn vierde plek door een olielek. Na een lange pitstop waarbij wat olie wordt getankt rijdt hij nog even op de tiende plek, om kort voor tijd op te geven. Ook Magnussen krijgt de finishvlag niet te zien. Het betekent dat er maar twaalf coureurs aan de finish komen.

Daarna gebeurt er weinig meer en dus wint Luis na 58 in plaats van de geplande 61 ronden de race. Ricciardo wordt tweede, terwijl een volkomen onzichtbare Bottas goed is voor de onderste trede van het podium. Science scoort een knappe vierde plaats, voor Pérez en Palmer, die de eerste punten van het seizoen scoorde. Vandoorne werd netjes zevende, voor Stroll, Grosjean en Ocon. Buiten de punten eindigden Massa en Wehrlein, waarbij laatstgenoemde op niet minder dan twee ronden werd gereden.

Zodoende zette Luis op het circuit waar een dure uitvalbeurt hem vijf jaar geleden definitief in de klauwen van Mercedes dreef een megastap op weg naar zijn vierde wereldtitel. Hij zal zijn ogen niet hebben kunnen geloven toen hij de Ferrari’s bij de start tegen elkaar op zag rijden. Op het circuit waar Ferrari ontegenzeggelijk in het voordeel was ten opzichte van Mercedes vergrootte hij zijn voorsprong op Fattle met 25 punten.

Een weekendje Enschede

Afgelopen weekend begon de KNSB-competitie weer. Voor BSG stonden er twee uitwedstrijden op het programma: het eerste moest bij Apeldoorn op bezoek, terwijl het tweede tegen het derde van Max Euwe uit Enschede speelde. Prompt werd ik door Ewood uitgenodigd om een weekendje naar Enschede te komen.

De KNSB-teams van BSG hebben dit seizoen nieuwe teamleiders: Edwin Baart droeg na twaalf jaar het stokje over aan Thomas Willemze, terwijl Rein Brouwer werd afgelost door Ruben Hilhorst. Prompt werd besloten om niet met de trein, maar met een busje naar Enschede af te reizen. Een goed moment om aan teambuilding te doen. Er was plek zat, dus had ik ook prima meegekund, maar dat was logistiek helaas niet mogelijk.

Mijn weekend begon namelijk in Woerden, waar mijn uitgeverij haar 10-jarige jubileum vierde. Vorig jaar hadden ze ook de dag voor de KNSB-competitie een feest, maar dat moest ik vanwege een chaotische conferentie missen. Nu had ik geen excuses meer, dus toog ik naar de Eendenstad.

Op het feest werd ik direct welkom geheten door de uitgeefster zelf. De paar mensen die voor de ingang stonden, wekten de indruk dat de opkomst niet heel hoog was, maar binnen zag het zwart van de mensen. Mensen die bijna allemaal (veel) ouder dan ik waren, wat me niet echt op m’n gemak stelde. Al gauw begon het echte programma, dat startte met een terugblik naar hoe de uitgeverij tien jaar geleden uit het niets was begonnen. Daarna werden wat schrijfsters naar voren geroepen om een stukje uit hun boek voor te dragen. De eerste schrijfster was erg in haar nopjes over de kutwoordgrappen (letterlijk ja) en andere spitsvondigheden die ze in de tekst had verwerkt. Een oud wijf dat over haar seksuele fantasieën schrijft, daar draait m’n maag echt van om.

Aan het eind van de voorstelling ging een of andere kale man met een paardenstaart het muzikale hoogtepunt van de dag verzorgen, waarna ik maar naar buiten vluchtte. Daar werd ik door een oudere man aangesproken, die de voordrachten ook maar niks vond. Na een paar snacks en een paar glaasjes sap had ik het wel weer gezien, dus ging ik de trein naar Enschede maar pakken.

Op Kennispark, zoals Enschede Drienerlo tegenwoordig heet, stond Ewood me onder het viaduct op te wachten. We liepen/fietsten terug naar zijn hokje, waar ik mijn maagje met wat boterhammen vulde.

De dag erna was natuurlijk de grote dag. Ewood moest eerder weg. Hij overhandigde mij de huis- en de fietssleutel, waarna we eerst naar de supermarkt en daarna naar het station togen. We moesten nog behoorlijk opschieten, maar een paar minuten voordat zijn treintje zou komen, stonden we onderaan de trap van het perron. Volgens Ewoods berekeningen zou hij dan ruim op tijd in Apeldoorn aankomen. Dat stelde me gerust. Je wilt immers niet op het laatste moment voor een belangrijke wedstrijd binnenvallen.

Routinematig klapte Ewood zijn nogal aftandse portemonnee open, waarna hij op zoek ging naar het juiste pasje. Behalve tien Forum voor Democratie-pasjes vond hij echter niet zijn ov-chipkaart. Terwijl het dieseltreintje nietsvermoedend aan kwam rijden, zat Ewood in al zijn zakken te wroeten, ondertussen steeds radelozer wordend. Ik vertelde hem maar alsnog in te stappen en de problematiek aan de conducteur uit te leggen (waarbij ik natuurlijk weer was vergeten dat er helemaal geen conducteur op zo’n boemeltje meerijdt), maar hij bleef gewoon onderaan de trap staan zoeken naar het juiste pasje.

Pas toen de trein weg was gereden, had hij het pasje gevonden, waarna hij er maar van maakte dat zijn vertraging niet zo erg zou zijn. Terwijl hij op de volgende trein stond te wachten, reed ik maar weer terug naar zijn huis om de boodschappen uit te laden. Even later fietste ik weer naar de ingang van de campus, waar Kinky met me mee naar de speelzaal zou fietsen. Hij mocht de eer van het tweede team van Max Euwe verdedigen. Een eer die het afgelopen seizoen, toen alle teams van Max Euwe degradeerden, ernstig gekrenkt was.

We fietsten een fietssnelweg af, waarna we nog door half Enschede zigzagden totdat we de speelzaal gevonden hadden. In ieder geval was ik ruim op tijd, in tegenstelling tot de rest van het team, dat nog in de file stond. Klokslag één uur kwamen zij ook aan, waardoor de wedstrijden konden beginnen.

Over de wedstrijd valt niet veel te zeggen. Het regende remises. De toon werd al aan het derde bord gezet, waar Frans tegen een Duitser speelde, die al na tien zetten een remiseaanbod plaatste. Even later deed hij het weer. Uiteindelijk kwam Frans zo slecht te staan dat hij zelf op zoek moest naar remise. Een uiterst zwakke witbeurt.

Coen was aan het eerste bord gezet en leek Laurens Snuverink vanuit de opening volkomen weg te vagen. Het werd echter een beetje een rommeltje, waarna Coen een stuk offerde voor aanval en een zwik pionnen. Hij wikkelde af naar een gunstig eindspel, maar wist dat vervolgens niet te winnen.

Zelf deelde ik in de malaise aan de hoogste borden. Tegen een petje stond ik wat beter na de opening, maar in tijdnood verloor ik dat voordeel weer. Gelukkig deed hij het ook niet goed, zodat ik de tijdcontrole met een gunstige stelling haalde. Daarna miste ik echter een winst en liet ik hem tot overmaat van ramp ineens afwikkelen naar remise.

Het goede nieuws kwam van de onderste borden. Tom wist zijn 493e KNSB-wedstrijd in een overwinning om te zetten. Held van de dag was nieuwkomer Yme, die de shogi-kampioen van 2009 na heftige tactische schermutselingen versloeg. De overige partijen eindigden in remise, dus wonnen we met 5-3.

SG Max Euwe 3 (1911) – BSG 2 (2066) 3-5
1. Laurens Snuverink (1920) – Coen van der Heijden (2066) ½-½
2. Abdul Dellair (1971) – Jesper de Groote (2213) ½-½
3. Frank Grube (1891) – Frans Borm m (2143) ½-½
4. Kristianne Tempelman (1909) – Ruben Hilhorst (2037) ½-½
5. Andre Langendijk (1972) – Rein Brouwer (2047) ½-½
6. Wouter de Haas (1969) – Yme Brantjes (2055) 0-1
7. Vincent Vleeming (1842) – Tom de Ruiter (1969) 0-1
8. Jessica Groenewolt (1815) – Theo Slisser (1998) ½-½

Na afloop ging ik nog wat analyseren met m’n tegenstander. Mijn teamgenoten gingen naar de Chinees (anders gaan ze nooit uit eten, maar goed) en daar had ik niet zo’n zin in, dus ging ik maar informeren wat de spelers van Max Euwe gingen doen. Die gingen naar de Mexicaan. Dat leek me wel wat, dus ging ik mee als een soort verstekeling.

De gezamenlijke maaltijd ging heel anders dan wat ik bij BSG gewend was. Geen schaakbordjes, geen voorgerechten. Het ging daardoor een stuk sneller dan wat ik gewend was. Na afloop gingen we nog een ijsje halen. Mijn tegenstander wilde graag mijn ijsje betalen. Hij nam zelf een bakje met twee ijsbolletjes. Het wafeltje gooide hij meteen in de prullenbak. In gebroken Engels vertelde hij me onder andere dat hij na een lange inactieve periode weer begonnen was met schaken en dat zijn zoon Italiaans jeugdkampioen was.

Terwijl we de fietsen weer uit de gratis ondergrondse fietsenstalling haalden, nodigde Wouter de H. mij, Kinky en ene Onno uit om bij hem thuis een spelletje te spelen. Het werd uiteindelijk Captain Cool, een spel waar ik nog nooit van gehoord had. Ik was er dan ook niet heel bedreven in. Al m’n bedachte slimmigheden faalden steeds opzichtig, zodat ik een keer derde en een keer vierde werd.

Het was inmiddels alweer laat geworden, dus ging ik weer terug naar Ewoods hokje. De krullenbol had het beslissende punt gescoord tegen Apeldoorn en was natuurlijk in zijn nopjes. Net als vier jaar geleden won BSG de eerste wedstrijd van het seizoen met het kleinst mogelijke verschil van het team van Merijn van Delft. Een knappe prestatie, temeer omdat zowat het hele team problemen had op tijd in de speelzaal aan te komen. De twee in Duitsland woonachtige Oekraïners kwamen zelfs bijna een uur na aanvang van de wedstrijd binnen, wat natuurlijk zijn weerslag had op het gemoed van de spelers.

Ewood was nog wel enigszins op tijd. Thuis liet hij zijn partij tegen Arm-en Hachi-jan zien (die Y-ge Vis-ser-streepjes had hij voor de lol toegevoegd). Hij kwam goed uit de opening en sloeg toe met een paardoffer. Nou ja, toeslaan… De partij werd uiteindelijk pas in het eindspel beslist.

In ieder geval gingen we voldaan naar bed, helemaal omdat Max Verstappen in Singapore vanaf de eerste startrij mocht vertrekken. We gingen de race bij Kinky kijken. Ewood ging op zijn gammele fiets en ik moest achterop. Bij iedere oneffenheid in de weg priemde de bagagedrager in m’n achterste. Het laatste stuk heb ik daarom maar gelopen, wat ook niet zo’n succes was omdat ik een enorme blaar op m’n hiel had door mijn knellende winterschoenen.

De race was in feite na drie bochten wel weer voorbij, toen de Ferrari’s tegen elkaar reden en Max er nog tussen zat. Luisje profiteerde en nam de leiding over. Twee tamelijk saaie uren later had hij de race gewonnen die hij op voorhand nooit verwacht had te winnen. Het kampioenschap is nu al bijna in de tas voor hem.

Meer slecht nieuws kwam uit Den Haag, waar Ajax op een gelijkspel bleef steken. Beter nieuws kwam er uit Eindhoven, waar PSV op voorsprong kwam tegen Feijenoord. Terug in Ewoods hokje bleken ze ook daadwerkelijk gewonnen te hebben. Met een volle pens toog ik na een kwartiertje sportjournaal naar het station, zodat ik in de trein bij kon komen van een lang weekend Enschede.

07 september 2017

Spoorboekloos

Het was groot nieuws: de NS gaat spoorboekloos rijden. Dat was natuurlijk een te verwachten stap nadat eerder de gele vertrekborden al van de perrons waren verwijderd, want ja, hoeveel treinen rijden nou precies volgens dienstregeling? Dat hele spoorboekje kan inderdaad wel de papierversnipperaar in.

Het bleek allemaal iets anders te liggen. Het zogenaamde spoorboekloos rijden geldt alleen voor het traject Amsterdam-Eindhoven en dan ook alleen op woensdagen. Het betekent in de praktijk dat er niet vier, maar zes treinen per uur op het traject rijden, zodat de reiziger maximaal tien in plaats van vijftien minuten op de trein hoeft te wachten. In de praktijk is die winst overigens minder dan vijf minuten, niet in de laatste plaats omdat de aansluitingen niet op de nieuwe dienstregeling zijn afgestemd. Uiteindelijk schiet niemand er nou echt veel mee op.

Een voordeel is overigens wel dat de reizigers vaker een zitplaats kunnen bemachtigen. Door het inzetten van 50 procent meer treinen blijkt het aantal zitplaatsen om de een of andere reden maar met 15 procent toe te nemen. Dat roept vragen op, net als de hele term spoorboekloos. Dat woord doet immers suggereren dat men lukraak treinen laat rijden, maar op het journaal bleek dat de treinen bijna op de seconde nauwkeurig moesten vertrekken omdat anders de hele dienstregeling in de knel zou komen. De NS zelf neemt het woord spoorboekloos niet eens in de mond, wat begrijpelijk is, omdat het woord de lading totaal niet dekt. Welke grapjas heeft dat woord dan de wereld in geholpen?

De NS probeert dus met symboolmaatregelen een wit voetje bij de reiziger te halen. De inzet van extra treinen levert de reiziger maar weinig op en dat roept de vraag op of het extra materieel elders niet op een zinnigere manier ingezet had kunnen worden. Natuurlijk is het fijn dat de NS de dienstverlening probeert te verbeteren, maar als ze het ergens goed bij laten liggen, dan is het wel bij de omroepberichten. Melden dat een trein van een ander perron vertrekt dan gebruikelijk nadat ‘ie is vertrokken, maakt bij de reizigers namelijk niet zo’n goede indruk.

03 september 2017

Hamilton wint in Italië en is de nieuwe koploper

De Grand Prix van Italië was interessant om de verkeerde redenen: de kwalificatie was een klucht die de zwakke punten van het huidige motor- en bandenreglement genadeloos blootlegde. Het leverde aan de andere kant wel een levendige race op. In Ferrari-land behaalde Mercedes een dominante dubbelzege, terwijl Vettel de schade met een derde plek binnen de perken hield.

Op het hogesnelheidscircuit van Monza draait het maar om één ding: motorvermogen. Om die reden konden de Mercedes-aangedreven teams optimistisch over hun kansen zijn, terwijl de Renault-aangedreven teams en McHonda de bui natuurlijk al zagen hangen. Een beetje regen zou ze goed van pas komen om nog wat van het weekend te maken.

Pirelli gaat nat

De regen kwam uiteindelijk ook. Op zaterdag is het circuit doorweekt als de kwalificatie begint. Het zijn de omstandigheden waarin de mannen zich van de jongens kunnen onderscheiden. De coureurs klagen over het slechte zicht en de gladde baan. Vooral op het rechte stuk van start/finish, waar de baan opnieuw geasfalteerd is, is de baan spekglad. Dat merkt Grosjean wel, die aan het eind van het rechte stuk op een nogal amateuristische manier de controle over zijn Haas verliest en linksaf de vangrail in schiet. De sessie wordt onmiddellijk stilgelegd en tot nader order uitgesteld.

Het is treurig maar waar, maar de regenbanden van Pirelli zijn dusdanig slecht dat er de afgelopen jaren nauwelijks meer in de regen gereden kon worden. Dat is overigens niet alleen Pirelli aan te rekenen: de Italiaanse bandenfabrikant klaagt al jaren over te weinig mogelijkheden om de banden te testen. En als de baan dan tijdens de wintertests een keer onder water wordt gezet, is niemand van plan proefkonijn te spelen.

Het duurt uiteindelijk twee en een half uur voordat de omstandigheden voldoende zijn verbeterd om de sessie weer te hervatten. Hoewel het nog steeds regent en de baan nog altijd doorweekt is, rijden de negentien bolides de baan langzaam droog. Al gauw duiken de eerste coureurs de pits in voor intermediates. Normaal gesproken zijn dat de juiste banden in dergelijke omstandigheden, maar nu niet. De ene na de andere coureur komt erachter dat de full wets beter werken.

Belachelijke straffen

In de natte omstandigheden komen Luis en de Red Bulls bovendrijven. Luis pakt met een uiterste krachtsinspanning de pole; zijn 69e alweer, waarmee hij recordhouder is. Max rijdt de tweede tijd, voor Ricciardo. Een knappe prestatie van Red Bull. Helaas mochten de paarse bolides niet vanaf die gunstige posities vertrekken. Door een partij gewisselde motoronderdelen gingen ze uiteindelijk slechts als dertiende en zestiende van start.

Daarmee waren ze zeker niet de enige coureurs die werden teruggezet. Uiteindelijk kregen niet minder dan negen coureurs straf: naast de Red Bulls werden ook Science, de Renaults en de McLarens teruggezet vanwege het wisselen van motoronderdelen. Vlak voor de wedstrijd kwamen Pérez en Grosjean daar nog bij vanwege een gewisselde versnellingsbak. Het betekende dat de startopstelling een enorme puzzel werd.

De straffen waren goed nieuws voor de Ferrari’s, die daardoor na een volkomen mislukte kwalificatie vanaf de derde rij mochten vertrekken. Helemaal spekkoper was Stroll, die zich in de natte omstandigheden als een vis in het water voelde en vanaf de eerste startrij mocht vertrekken. Achter hem stond Ocon nog. Met Bottas pas op de vierde plaats zag het er goed uit voor Luis.

Eerste chicane

Als de lichten doven, komt Luis helemaal niet zo goed van zijn plek. Hij weet Stroll nog net genoeg af te knijpen om als koploper de eerste chicane in te duiken. De arme Stroll ziet Ocon ook nog passeren. Achter hem wurmt Rijkunnen zich na de eerste bocht langs Bottas. Nog voor het eind van de eerste ronde heeft Bottas zijn landgenoot alweer teruggepakt, waarna hij op jacht gaat naar Stroll en Ocon.

In de middenmoot is Max alweer naar de achtste plaats opgerukt. In de derde ronde weet hij bij het aanremmen voor de eerste chicane Massa te kloppen. De Braziliaan wil van geen opgeven weten en probeert krampachtig aan zijn positie vast te houden, zodat de twee elkaar raken. Aanvankelijk lijkt Max als winnaar uit de worstelpartij te zijn gekomen, maar bij het aanremmen voor de volgende chicane verfrommelt zijn rechter voorband. Het loopvlak gaat zijn eigen weg en na een langzame ronde komt Max de pits binnen hobbelen. Hij wisselt zijn gele banden in voor rode, waarmee een streep door de van tevoren bedachte tactiek gaat om lang op de eerste set banden door te rijden.

Indrukwekkende strategie

Dat lukt Ricciardo wel. De Australiër werkt zich in de openingsfase in een wat trager tempo op. Hij rijdt naar de staart van het groepje in de subtop dat wordt aangevoerd door Ocon, die inmiddels al door Bottas en Fattle voorbij is gereden. Hij houdt Stroll en Rijkunnen duidelijk op. Rijkunnen komt de twee op eigen kracht niet voorbij, dus wordt hij maar naar de pits gehaald. De rest stopt even later ook, zodat Ricciardo naar de vierde plek oprukt. Door Fattles stop ligt hij zelfs even derde achter de dominante Mercedes.

Als laatste coureur maakt Ricciardo in de 37e van de 53 ronden zijn enige stop. Hoewel hij zijn plek aan de Ferrari’s verliest, blijft hij het groepje van Ocon gewoon voor. Op nieuwe banden vliegt hij uit het niets voorbij de slapende Rijkunnen, waarna hij jacht maakt op Fattle. De klassementsaanvoerder rijdt geen best tempo na zijn stop en ziet zijn voorsprong rap slinken. Uiteindelijk komt Ricciardo net een paar rondjes tekort om het podium te halen.

In de slotfase krijgt Max meer voor elkaar, al vecht hij slechts voor het laatste WK-puntje. Halverwege de race haalt hij nog een nieuw setje banden om het groepje dat gevangen zit achter Magnussen aan te kunnen vallen. In de slotfase zeilt hij de Toro Rosso’s en Hülkenberg voorbij. Met Magnussen heeft hij meer moeite. Hij heeft de Deen al in de eerste chicane te pakken, waarna de Haas-coureur op het volgende rechte stuk in de tegenaanval gaat. Hij komt nog dichtbij, maar laat zich nogal dom van de baan drukken.

Terwijl de Mercedes in alle rust de laatste ronden volmaken, ontbrandt de strijd achter de rug van Ocon, waar Stroll steeds verder onder druk wordt gezet door teamgenoot Massa. In de achtergrond wacht Pérez, die veel later was gestopt, zijn kans af. De volgorde blijft echter ongewijzigd, dus wint Luis voor Bottas, Fattle en Ricciardo. Rijkunnen wordt vijfde, voor Ocon, Stroll, Massa en Pérez. Het laatste puntje is voor Max.

Revanche

Door zijn tweede opeenvolgende overwinning nam Luis de koppositie in het WK (eindelijk) over van Fattle. De Duitser kon nog wel leven met de derde plaats, omdat hij het hele weekend tegen de Mercedes niks in de melk te brokkelen had gehad. Het was treurig maar waar: uitgerekend voor eigen publiek kon Ferrari de strijd met Mercedes niet aangaan. Terwijl de tifosi Luis uit zaten te jouwen, bedankte Fattle de racefans in het Italiaans voor hun steun en enthousiasme, hopend dat hij over twee weken in de straten van Singapore weer terug kan slaan.