22 december 2018

Winter

“Ik heb lekker twee kerstdiners”, pochte ik de laatste tijd geregeld tegen wie het maar horen wilde. Ondanks dat ik pas iets meer dan een maand in dienst was, mocht ik zowel bij de oude als nieuwe werkgever bij het kerstdiner aanschuiven.

Vorige week dinsdag had ik mijn afsluitende kerstdiner van de VU in het Groene Paleis. Als lid van de feestcommissie was ik al in september bezig een geschikt restaurant uit te kiezen en dat is denk ik goed gelukt. Medefeestcommissielid Francis pakte groots uit door als een Sinterklaas een zak vol met frutsels die als een soort gelukskoekjes moesten dienen mee te sjouwen. Mijn spreuk voor de avond was: “The best things in life aren’t things”. Het was iets minder filosofisch dan het beroemde “das nichts nichtet”, maar het kwam wel in de buurt.

Daarna kwamen de gebruikelijke speeches en de gebruikelijke onderscheidingen. Als afzwaaiend feestcommissielid kreeg ik een trui met een opdruk van een Cookie Monster erop. Toen ik begin 2016 samen met Jamie in de feestcommissie stapte, noemden we onszelf namelijk zo. Had iets te maken met de Time Outs die ik altijd voor de lunch eet. Toen Jamie een jaar naar Amerika vertrok en Francis haar plaats innam, zijn we onszelf maar The Party Crew gaan noemen. Tegen de flitsende namen als The Spacecakes van de vorige en The Party Spatialists van de nieuwe feestcommissie kon ik helaas niet op. Wel ontwierp ik destijds dit flitsende logo:

Het logo van de feestcommissie toen ik er net in zat.

Het eten was van goede kwaliteit, hoewel de bediening aanvankelijk wat chaotisch was. Aan mijn tafel werden de bestelde drankjes nooit geserveerd en daarna ging er iets mis met de voorgerechten. Een nogal geïrriteerd “ik lust geen vis!” deed wonderen, want even later werd tot mijn verbazing een extra grote carpaccio voor m’n snufferd gezet, terwijl de enthousiaste Vietnamese dame voor me tegen heug en meug een onooglijk visprakje zat weg te bikken.

Tot slot ging ik nog mee naar een café waar Mathieu werkte, waar ik, nadat ik heel voorzichtig van een biertje had genipt, maar genoegen nam met een kopje thee. Iets voor twaalven vertrok ik weer om de trein richting mijn oranje bunker te pakken. Dat was me het dagje wel.

In de dagen die volgden, merkte ik dat ik wat last van m’n keel begon te krijgen. Mijn begeleidster op mijn werk was me al voorgegaan en, met de competitiewedstrijd van zaterdag in het vooruitzicht, besloot ik de vrijdag te gebruiken om weer op krachten te komen. Het lukte maar zeer ten dele, want op zaterdag voelde ik me nog niet best, wat wel duidelijk was toen ik in het restaurant de hele tijd m’n jas aanhield.

In de dagen die volgden, verbeterde mijn conditie niet, dus moest ik me afgelopen maandag op mijn werk ziek melden. Echt veel rust kreeg ik ook niet, omdat m’n pa op mijn slaapkamer zat te werken, waardoor ik maar achter m’n laptopje op krachten moest zien te komen. Al hoestend en proestend sleepte ik me door de grauwe en koude dagen heen. Ik douchte iedere dag zowel ’s ochtends als ’s avonds en ik smeerde me steeds met vicks in, maar de verkoudheid of het griepje wilde van geen wijken weten.

Doorzetter

Als er een 3hoog-strip in Enschede gemaakt zou worden, zou Ewood prima de rol van die Karlijn als eeuwige student in hebben kunnen nemen, al denk ik dat hij ook geknipt zou zijn geweest om in de voetsporen van Olivier te treden. Wat een veelzijdig ventje is het toch! Degenen die nooit in Utrecht hebben gestudeerd kan ik hier helaas niet van laten meegenieten, omdat Ype Driessen de fotostrips niet al te lang geleden van het internet heeft gegooid.

Op woensdag kreeg Ewood dan eindelijk zijn diploma, maar niet voordat hij zijn eindscriptie had gepresenteerd. Een aparte procedure. Zelf heb ik altijd alles klassikaal moeten presenteren, waarna ik veel later pas het cijfer kreeg. Rare jongens, die Enschedeërs…

Samen met m’n ouders en m’n tante had ik m’n zieke lijf vijf kwartier in het zwarte slagschip opgevouwen, om eenmaal aangekomen nog eens een uur te kunnen wachten omdat Ewood niet wilde dat wij bij zijn presentatie waren. Dat was even een lekkere binnenkomer. In de betonnen bunker was het verrassend druk. Kennelijk hadden de vaak wel erg kinds ogende studenten nog steeds les, wat niet zo gek is in de laatste week voor de kerstvakantie, maar wat ik desondanks niet eerder had meegemaakt. Anders was ik altijd in de zomer op de UT, een tijd van het jaar waarin de campus ook nog eens veel mooier is.

Nadat de jury zich had beraden over het cijfer, kreeg Ewood het felbegeerde papiertje dan toch, waarna hij wat ingetogen een krabbeltje zette en de felicitaties in ontvangst nam. Daarna gingen we nog wat drinken op de campus, om daarna nog eens half Enschede door te slenteren op weg naar de pizzeria. Daar aangekomen kreeg ik meteen servetjes aangereikt omdat m’n neus was gaan bloeden, iets wat verder niemand kennelijk was opgevallen. In het restaurant werd mijn pizza aanvankelijk niet bezorgd, waarna m’n moeder mij een paar stukken van haar pizza gaf, waardoor ik mijn eigen pizza niet eens half op kreeg. Na het eten ging Ewood terug naar zijn kamer, maar niet voordat hij een kaart van mij in zijn handen gedrukt kreeg.

Kerstdiner

Zelf voelde ik me donderdag nog steeds te brak om veel te doen, waardoor ik het kerstdiner van mijn nieuwe werk miste. Het gevolg was dat ik die avond weer met m’n ouders aan m’n veel te kleine tafeltje sperziebonen zat te eten, in plaats van dat mijn smaakpapillen werden verwend door okerkleurige suspensies en paddenstoelenschotels. Op Tweede Kerstdag krijg ik gelukkig een herkansing: dan mag ik zelf een kerstdiner bereiden.

Inmiddels is de astronomische winter dan eindelijk echt begonnen en ben ik weer op de weg terug. Ik hoop dat ik hierbij mijn gebruikelijke jaarlijkse snotterweek voor deze winter gehad heb. Wie weet wat voor geweldige activiteiten ik anders moet missen en welke knauw mijn sociale leven dan weer oploopt. Het beste ding in het leven is een goede gezondheid. Daar kunnen materiële bezittingen niet tegenop.

16 december 2018

Kwispelende staart redt BSG 2 tegen De Waagtoren

In de laatste competitieronde van 2018 ging het er in het Denksportcentrum vredelievend aan toe: zowel BSG 1 (tegen De Stukkenjagers) als BSG 2 (tegen De Waagtoren) deelden de punten.

Na een bemoedigend gelijkspel tegen AAS mocht BSG 2 ditmaal tegen het sterke team van De Waagtoren, dat meedoet om het kampioenschap in klasse 2B. De Alkmaarders moesten het wel stellen zonder sterspeler Yong Hoon de Rover, een flinke aderlating, dus lagen er kansjes op een stunt.

Daar leek het aanvankelijk nog niet op. Rein had overduidelijk zijn huiswerk niet gemaakt, blijkens zijn vraag of Agter met ch was. Tegenstander Frank Agter antwoordde uiteraard ontkennend. Hij bleek zijn huiswerk wel gemaakt te hebben en dat resulteerde in het volgende miniatuurtje:

Nauwelijks beter verliep de opening op het bord ernaast bij het Apenhoofd. Misschien lag het aan zijn verkoudheid, maar dat mag eigenlijk niet als een excuus gebruikt worden, omdat bijna iedereen wel iets onder de leden had. Tegenstander Danny de Ruiter zat bijvoorbeeld ook de hele partij aan de gemberthee. Het is weer die tijd in het jaar dat de virussen welig tieren en de lage temperaturen en het gebrek aan zonlicht maken mensen daar helemaal vatbaar voor. In ieder geval was de opening ook hier weer voor De Waagtoren, maar wist het Apenhoofd uiteindelijk toch nog de remisehaven binnen te varen.

De partijen werden mede mogelijk gemaakt door TuxTown Chessgame-Replayer.

Eind goed, al goed... Ook niet onbelangrijk: de vijfde remise op rij betekent dat het Apenhoofd binnenkort de CM-titel kan aanvragen!

Ondertussen had de staart van BSG al iets teruggedaan. Zo wist nestor Tom Rob Konijn, het levende bewijs dat eeneiige tweelingen verschillende speelsterktes kunnen hebben (zijn in het oosten wonende broer Bart heeft 200 ratingpunten meer), fraai met zwart te verslaan. Dit overigens tot afgrijzen van de Alkmaarse eerstebordspeler, die beweerde dat de opening totaal gewonnen was voor wit.

Voor de tijdcontrole zette Coen BSG 2 zelfs op voorsprong door op het laatste bord invaller Hebert Perez Garcia te verslaan. In een wilde partij, waarin het niet meteen duidelijk was wie de gevaarlijkste aanval had, offerde hij doodleuk een toren. Net op het moment dat Coen het geofferde materiaal terug kon winnen, ging de zwartspeler door zijn vlag. Het leidde tot wat verwarring, omdat de klok het increment erbij had opgeteld, waardoor het niet direct duidelijk was dat de zwartspeler ook daadwerkelijk door zijn vlag was gegaan.

Peter Hoekstra bekloeg zich over het geroezemoes naast hem, waardoor hij een iets betere stelling tegen Ruben in een nadelige stelling zag omslaan, maar uiteindelijk werd het evenwicht niet substantieel verbroken en werd de vredespijp gerookt.

De kleine voorsprong van BSG 2 was overigens geen lang leven beschoren, want de hoogste borden stonden op omvallen. Aan het hoogste bord kreeg opnieuw een Brouwer een Frank als tegenstander en opnieuw liep dat niet goed af voor BSG 2. Tegen de knappe Frank van Tellingen, die tijdens de partij geregeld als een Carlsen een uiltje knapte, had Timon maar heel weinig in de melk te brokkelen. Hoewel de partij nog lang duurde, stond het resultaat nooit ter discussie.

Ook niet best verging het Yme aan het bord ernaast. Tegen Jos Vlaming kwam hij niet lekker uit de opening, waarna hij de hele partij positioneel gemarteld werd. Een schijnoffer maakte een eind aan zijn lijdensweg.

Daarmee was de stand 4-3 in het voordeel van de bezoekers en moest Frans van de boomlange Daan Geerke winnen om er nog een gelijkspel uit te peuren. Zoals alle BSG'ers had Frans aanvankelijk weinig in de melk te brokkelen. In het eindspel wist hij echter een kleine kwaliteit te veroveren, waarna de bordjes verhangen waren en hij het eindspel meesterlijk won. Zodoende scoorde BSG 2 toch weer een puntje, een puntje dat bijna uitsluitend aan het sterke optreden van de staartborden te danken was. Door de nederlaag van SOPSWEPS tegen Paul Keres is BSG 2 zelfs van een degradatieplaats af.

BSG 2 (2058) - De Waagtoren (2129) 4-4
1. Timon Brouwer (1930) - Frank van Tellingen (2255) 0-1
2. Yme Brantjes (2071) - Jos Vlaming (2119) 0-1
3. Jesper de Groote (2209) - Danny de Ruiter (2312) ½-½
4. Rein Brouwer (2097) - Frank Agter (2236) 0-1
5. Frans Borm (2141) - Daan Geerke (2061) 1-0
6. Ruben Hilhorst (2014) - Peter Hoekstra (1948) ½-½
7. Tom de Ruiter (1947) - Rob Konijn  (2039) 1-0
8. Coen van der Heijden (2052) - Hebert Perez Garcia (2058) 1-0

Op dat moment stond het bij BSG 1 tegen De Stukkenjagers ook 4-4. Daar gingen de nodige drama's aan vooraf. Zo verloor Robert heel snel nadat hij zich tegen Stefan Beukema aan een vergiftigd pionnetje had vergrepen. Nog erger ging het eraan toe bij Ewood tegen de andere Beukema. Fanatiek bestookte hij de zwarte koning, maar hij maakte het zichzelf onnodig lastig door zich aan een pionnetje te vergrijpen. Het gevolg was dat zijn pionnenmassa krakend en piepend tot stilstand kwam, waarna hij een stuk achterstond en tot op het bot gefrustreerd kon opgeven.

Ook reden tot klagen had Ton, die tegen Mart Nabuurs in een heksenketel de betere kansen leek te hebben, maar te laat een eeuwigschaakmechanisme in de gaten had, waardoor hij slechts met remise genoegen moest nemen. Datzelfde resultaat was er voor Li, die tegen Bram van den Berg de hele partij beter stond.

Gelukkig gingen er ook nog dingen wel goed. Zo wonnen de zieke kipjes Large en Ruud, terwijl Frank, net als de Franken van De Waagtoren, zijn partij winnend wist af te sluiten. Door de nederlaag van Thomas tegen Mark Haast stond het dus 4-4. Alleen FM Henk en een of andere Spanjaard waren nog bezig. Henk stond zo goed als verloren, terwijl die Spanjaard een gewonnen toreneindspel leek te hebben. Kennelijk was dat gezichtsbedrog, want al gauw moest hij zijn winstpogingen staken. Gelukkig maakte FM Henk met twee stukken minder nog remise, zodat BSG met een blauw oog ontsnapte tegen de degradatiekandidaat. Erg blij was Henk niet met zijn resultaat, omdat hij na de opening zo goed als gewonnen stond. Toen hij zich vergreep aan een toren, kwam zwart er goed uit en waren de rollen omgedraaid.

BSG (2372) - De Stukkenjagers (2255) 5-5
1. Li Riemersma (2443) - Bram van den Berg (2206) ½-½
2. Jesús Garrido Dominguez (2407) - Mees van Osch (2289) ½-½
3. Robert Ris (2430) - Stefan Beukema (2402) 0-1
4. Ruud Janssen (2495) - Herman Grooten (2345) 1-0
5. Thomas Willemze (2400) - Mark Haast (2360) 0-1
6. Frank Erwich (2354) - Tijmen Kampman (2264) 1-0
7. Lars Ootes (2354) - Luuk Baselmans (2093) 1-0
8. Henk van der Poel (2244) - Jordy Schouten (2092) ½-½
9. Ton van der Heijden (2301) - Mart Nabuurs (2240) ½-½
10. Ewoud de Groote (2294) - Jasper Beukema (2258) 0-1

De dag werd afgesloten in het plaatselijke restaurant, waar ook Edwin Baart van de partij was. Na de vele partijbesprekingen kreeg Ewood op de terugreis nog een kans om iets van zijn dag te maken toen een mevrouw vroeg of hij een sigaret voor haar had. Hoe vaak maak je zoiets nog mee? In plaats van er zijn voordeel mee te doen, gaf hij een bot antwoord, waarna de kans verkeken was. Het was helaas exemplarisch voor zijn dag.

25 november 2018

Hamilton sluit af in stijl

In Abu Dhabi heeft Lewis Hamilton een fantastisch seizoen met zijn elfde seizoenszege afgesloten. Sebastian Vettel werd tweede, terwijl Max Verstappen zijn vijfde podiumplaats op rij pakte.

De kampioenschappen waren bij aankomst op het hoekige Yas Marina-circuit al beslist, dus besloten de teams nog eenmaal alles of niets te spelen. Zo haalde Mercedes de speciale semilegale velgen weer van stal die de grijze bolides na de zomer onverslaanbaar hadden gemaakt. Verder wisten ze Luis‘ bijna kapotte motor weer op te lappen, zodat de wereldkampioen, die aanvankelijk voor deze gelegenheid met startnummer 1 zou rijden, geen gridstraf in hoefde te lossen.

De Mercedes kwalificeerden zich daardoor, zoals verwacht, op de eerste startrij, met Luis wederom voor teamgenoot Bottas. De Fin wacht al het hele seizoen op een overwinning en wilde dolgraag zijn prestatie van vorig jaar herhalen. Achter hem stonden de Ferrari’s van Fattle en Rijkunnen en pas daarachter kwamen de Red Bulls van uittreder Ricciardo, die Max voor de tweede keer in de laatste drie races de baas was.

Ondersteboven

Zo ordelijk als de kwalificatie was, zo chaotisch was de race. Max lijkt bij de start een anker uit te gooien en valt terug tot de middenmoot. Zodoende kan hij toekijken hoe Hülkenberg zich voorbij Grosjean probeert te knokken. De Duitser knijpt de Zwitserse Fransoos in de chicane af, waardoor hij wordt afgeschoten en ondersteboven tegen de muur tot stilstand komt. Het ziet er gevaarlijker uit dan het is, want Hülkenberg kan het wrak uiteindelijk ongedeerd verlaten.

Door het ongeluk rukt de safetycar uit. Bij de herstart probeert Max zich langs Ocon te knokken. Hij drukt zijn kwelgeest van twee weken terug in de haarspeldbocht bruusk aan de kant, waarna hij door zowel Ocon als Pérez op het lange rechte stuk voorbij wordt gereden. Pérez krijgt hij op het volgende rechte stuk alsnog te pakken, waarna hij een ronde later definitief met Ocon afrekent.

Grote gok

De gevechten in de subtop worden plotseling onderbroken als Rijkunnen stilvalt. De Ferrari komt op het rechte stuk van start/finish tot stilstand, waarna de Fin beteuterd uit kan stappen. Het betekent bovendien dat de virtuele safetycar op de baan komt. Mercedes grijpt het buitenkansje aan om Luis van nieuwe banden te voorzien. Zijn voorbeeld wordt gevolgd door Leclerc en Grosjean, die hun fragiele hyperzachte banden inwisselen en zich plotseling helemaal in de staart van het veld terugvinden.

Luis is door zijn stop teruggevallen naar de vijfde plek, vlak achter Max. Hij grijpt de Red Bull meteen aan, maar als Max zijn plekje op het volgende rechte stuk herovert, houdt Luis zich verder gedeisd. Hij laat zich zelfs wat afzakken, waardoor er een tijdlang niks gebeurt. Er komt pas weer wat leven in de brouwerij als Ferrari Fattle naar de pits haalt. De Duitser heeft een slechte stop, waardoor hij tot precies achter Ocon terugvalt. Hij krijgt de Force India wel meteen weer te pakken, maar door het oponthoud blijft Bottas, die een ronde later stop, hem ruim voor.

Koppositie

Door de pitstops liggen de Red Bulls aan kop. Bandenfluisteraar Ricciardo weet zijn ultrazachte banden goed in leven te houden. Achter hem komt Max al snel zijn hyperzachte banden inwisselen. Hij komt weer achter Fattle terug op de baan. Samen maken ze jacht op Bottas, die door zijn stop weer achter Luis terecht was gekomen. De Fin krijgt het gat naar zijn teammaat echter niet dichtgereden.

Nadat een kort regenbuitje het woestijncircuit teisterde, haalt Ricciardo als laatste in de kopgroep nieuwe banden. Hij valt terug tot achter Max, maar hij rijdt het gat daarna snel dicht. Max en Fattle worden op hun beurt opgehouden door Bottas, die plotseling snelheid verliest. Door een remfout zit Fattle plotseling in zijn kofferbak. De Duitser weet wel van aanpakken en ontfutselt de Fin de tweede plaats. Daarmee is de laatste kans voor Bottas om het seizoen met een zege te eindigen verkeken.

Lijdensweg

Het wordt nog erger voor Bottas als ook Max hem aangrijpt. Hoewel de Red Bull op het lange rechte stuk niet snel genoeg is, komt Max aan het eind van het rechte stuk toch wel akelig dichtbij. Bottas verremt zich vervolgens hevig en gaat rechtdoor. Op de uitloopstrook trapt hij het gaspedaal tot op de bodem in, waardoor hij de Red Bull met startnummer 33 voorblijft. Vreemd genoeg wordt het incident niet eens door de wedstrijdleiding onderzocht, dus stelt Max een paar ronden later zelf orde op zaken. Bottas verdedigt als een Fisichella de binnenbocht en laat zich vervolgens in de chicane kinderlijk wegzetten. Als Ricciardo de Fin even later ook passeert, haalt Bottas nogmaals nieuwe banden.

In de slotfase bloedt de race een beetje dood. Ricciardo komt niet meer echt in de buurt van Max, die op zijn beurt de aansluiting met Fattle verliest als Gasly zijn Honda voor zijn neus opblaast. Daarmee was de Toro Rosso-coureur de vierde coureur die met een technisch defect de race moest staken. Eerder hadden naast Rijkunnen ook Ericsson en Ocon hun auto op of naast het circuit moeten stilzetten. Door de uitvallers kan zelfs Alonso in zijn hopeloos trage McLaren aan de punten snuffelen. In de slotfase zet hij aan om Magnussen van de tiende plek te verdrijven, maar als hij van de baan schiet krijgt hij direct een tijdstraf (en drie strafpunten op zijn superlicentie) aan de broek.

Recordboeken

Het is de tweevoudig wereldkampioen een worst. Na afloop van de race trakteert hij het publiek samen met Luis en Fattle op nog wat doughnuts. Na 17 seizoenen en 311 races zit het er weer op voor de wereldkampioen van 2005 en 2006, die in 2013 voor het laatst een race won. Geheel anders is de situatie voor Luis, die dankzij zijn elfde zege de meerderheid van de races in 2018 op zijn naam wist te schrijven. In deze vorm rijdt hij Michael Schumacher uit de recordboeken, iets wat enkele jaren geleden volkomen ondenkbaar leek.

Door zijn elfde podium van het seizoen ging Max Bottas nog voorbij in het kampioenschap. Hij bleef slechts op twee puntjes steken van Rijkunnen, die van geluk mocht spreken dat hij ondanks zijn vroege uitvalbeurt zijn derde plaats in het kampioenschap behield. Ricciardo miste het podium wederom nipt, wat betekent dat hij in Monaco voor het laatst op het podium heeft gestaan. Volgend jaar gaat hij voor Renault aan de slag, dat met een knappe zesde plaats van Science best of the rest werd. Leclerc werd zevende, voor Pérez en de Haasjes van Grosjean en Magnussen.

Zodoende kwam er na acht maanden een eind aan het Formule 1-seizoen van 2018. Op 17 maart ontwaakt de sport in Australië uit haar lange winterslaap.

24 november 2018

BSG 2 scoort tweede puntje van het seizoen ondanks Coen

In het eigen Denksportcentrum kende BSG een redelijk succesvolle middag. BSG 1 rolde Zuid Limburg (het voormalige Voerendaal) met 7½-2½ op, terwijl BSG 2 een zwaarbevochten punt pakte tegen de Alternatieve Aalsmeerse Schaakvereniging.

Op papier is het team van AAS een van de betere teams in klasse 2B. Toch bivakkeert de club uit Rijsenhout in de staart van de middenmoot na nederlagen tegen de tweede teams van de Kennemer Combinatie en Paul Keres. Zou het tweede team van BSG opnieuw de 2 zijn die de aas versloeg?

Daar leek het aanvankelijk niet op, want tot kwart voor twee moest BSG 2 met een zevental het achttal van de uitploeg in toom houden. Een kwartier voordat hij de partij reglementair had verloren, verscheen Yme dan toch aan het zevende bord. Opmerkelijk genoeg had zijn late verschijning niks met de NS van doen (de afgelopen wedstrijd kostte het hem vijf en een half uur om in Maastricht, waar hij tegenwoordig studeert, aan te komen). Niets van dat alles dit keer. Hij gaf na afloop ruiterlijk toe zich te hebben verslapen.

Het is weer die tijd van het jaar waarin iedereen ziek, verkouden en futloos is. Bij de gebruikelijke smalltalk voor het begin van de wedstrijd klaagde iedereen erover. Het is koud, de nachten zijn lang, de griep zit weer in de lucht en het bed is zacht en uitnodigend. In ieder geval was een vroege achterstand voorkomen, of althans, daar leek het op. Coen had andere ideeën. In een levendige Siciliaan had hij plotseling een leuke ingeving… die meteen hardhandig werd weerlegd. Met een stuk minder moest hij al gauw de koning omleggen.

Opmerkelijk genoeg wist Yme ondanks zijn tijdsachterstand nog te winnen. Tegenstander Ben de Leur wilde er, conform zijn naam, een rotzooitje van maken, in plaats van dat hij een overzichtelijke stelling met een pion meer ging uitspelen. In de resulterende bende raakte hij de draad kwijt, waardoor hij verloor. Timon maakte het feest aan de laagste borden compleet door Simon Groot redelijk overtuigend te vegen.

De held van de dag was echter Tom, die aan het vierde bord was gezet en daar Jasper van Eijk volkomen weg zat te tikken. De ongelukkige zwartspeler moest een kwaliteit inboeten en gaf daarna in hopeloze stelling ook nog een stuk weg.

Dat waren dus drie puntjes voor het tweede. Helaas ging het aan de hogere borden weer mis. Ruben probeerde in zijn betonstijl Marc Trimp op remise te houden, maar zag een geniepig schaakje over het hoofd en kon meteen inpakken. Frans speelde tegen de sterke Johannes Rudolph en kwam er, zoals verwacht, nauwelijks aan te pas. In een eindspel met een kwaliteit minder kon hij wits h-pion niet meer met normale middelen afstoppen. Daarmee was de stand weer in evenwicht.

In het vervolg leek het nachtmerriescenario voor BSG 2 helemaal uit te komen. Rein had een ongelijkelopereindspel met een pluspion dat uiteraard remise werd. Daarna was alleen het Apenhoofd nog over. Tegen Jeffrey van Vliet had hij in no time een geweldige stelling verspeeld, waarna hij alleen nog maar de genadeklap kon afwachten. Toen de witspeler die dacht uit te delen, riposteerde het Apenhoofd met een torenzet waarmee hij niet alleen het schaak ophief, maar ook de witte koning ineens aanviel. Wit weggetrokken realiseerde wit zich dat hij niet meer aan eeuwig schaak kon ontsnappen. Daarddor ontsnapte BSG 2 met een gelijkspel en pakte het het tweede puntje van het seizoen. Niet verkeerd, maar voor de stand maakte het weinig uit: BSG 2 blijft negende. Om erin te blijven zou een overwinninkje goed van pas komen.

BSG 1 boekte alweer zijn derde competitiezege van het seizoen. Omdat teamleider Thomas Willemze verstek moest laten gaan, nam Large zijn taken over. De krullenbol had zich natuurlijk tot in de puntjes voorbereid op deze verantwoordelijke taak. Het resultaat mocht er zijn: vijf overwinningen en vijf remises. Als vervangend teamleider deed Large bijna nog zijn plicht om als enige van het team te verliezen, maar een eindspel met een kwaliteit minder wist hij nog te winnen alsof het de normaalste zaak van de wereld was. Het was bijna alsof Thomas zelf achter de zwarte stukken zat.

Door de ruime zege blijft BSG 1 aan kop in de meesterklasse, samen met nog drie andere teams. De dikke zege werd na afloop gevierd in een Grieks restaurant waar een heus liveoptreden werd verzorgd en André een bak chocoladesmurrie over zich heen kreeg.

BSG 2 (2058) – AAS (2138) 4-4
1. F Borm m (2141) – J Rudolph f (2332) 0-1
2. R Hilhorst (2014) – M Trimp (2179) 0-1
3. J de Groote (2209) – J van Vliet f (2354) ½-½
4. T de Ruiter (1947) – J van Eijk (2050) 1-0
5. R Brouwer (2097) – P Schrama (2165) ½-½
6. C van der Heijden (2052) – AJ Keessen (2151) 0-1
7. Y Brantjes (2071) – B de Leur (1873) 1-0
8. T Brouwer (1930) – S Groot (2003) 1-0

Over drie weken speelt BSG wederom thuis. BSG 1 ontvangt degradatiekandidaat De Stukkenjagers, terwijl BSG 2 kampioenskandidaat De Waagtoren punten mag proberen te ontfutselen.

22 november 2018

Radiostilte

De afgelopen week heb ik weinig van me laten horen, maar dat kwam niet omdat er niets noemenswaardigs is gebeurd in mijn leven. Net toen de beste nummers van Supertramp weer op YouTube stonden, viel mijn internet uit, waardoor de verslaggeving op zich heeft laten wachten. Terwijl ik een mijlpaal bereikte, ging het leven van mijn ouders volledig op de schop.

Om met dat laatste te beginnen: mijn ouders zijn vorige week verhuisd. Zo’n twee jaar geleden werd dat proces al voorzichtig in gang gezet toen ze hun oog lieten vallen op een stuk grond aan de rand van het dorp, waar ze hun eigen huisje wilden ontwerpen. Het betekende dat ze afstand moesten doen van hun prachtige huis aan de Kamerlingh Onnesweg, waar ze 26 jaar in hadden gewoond, een enorm lange tijd. Zelf was ik nog geen zes toen we er kwamen wonen en ik heb ook maar weinig herinneringen van voor die tijd. Ik ga het knusse huisje met zijn prachtige tuin nog heel erg missen.

Een schrale troost is misschien dat mijn ouders het huis in een heel wat betere staat achterlaten dan waarin ze het aantroffen. Destijds kostte het ze acht maanden om alle zooi op te ruimen en er iets moois van te maken, waardoor we al die tijd op de flat van m’n tante verbleven (en m’n tante noodgedwongen bij m’n grootouders introk). Niet heel anders gaat het nu, omdat de nieuwe woning van mijn ouders nog steeds niet klaar is. Het betekent dat ze bijna iedere dag van een zomerhuisje in Muiderberg naar mijn appartementje heen en weer pendelen.

Om mijn pa zijn eigen werkplekje te geven, ging de indeling van mijn huis flink op de schop. Na bijna een jaar mijn bureau in de woonkamer te hebben gehad, staat het nu weer in de slaapkamer, waar Loulou zijn bouwkundige tekeningen nu maakt. Dan is het ook prettig om internet te hebben, maar dat zat er even niet in omdat de computer van mijn pa dusdanig oud is dat ‘ie geen wifi-netwerk kan detecteren. Loulou had ook geen zin om allerlei kabels en snoeren door het huis te trekken, maar gelukkig was een dommel een redelijk goedkoop alternatief.

Zeg ik het weer fout… Een dongel dus, zo’n woord waar mijn tekstverwerker automatisch een rode streep onder zet. Loulou had de usb-stick met antenne zelf bij een computerwinkel gehaald, zodat hij mijn internet kon aftappen. “Dankzij mijn zoon heb ik internet”, vertelde hij trots aan mijn moeder. Natuurlijk viel een dag later ineens het internet uit. Het eerste lampje op de modem bleef maar knipperen en toen het probleem halverwege de middag nog niet verholpen was, heb ik Excess for all maar gebeld, maar zij konden er ook niks aan doen. Vandaag zou iemand langskomen om het te verhelpen. Ondanks dat niemand langs is geweest, heb ik nu toch weer internet. Kennelijk lossen sommige problemen zichzelf op, of heeft iemand stiekem een gebroken kabel vervangen, maar iets betere communicatie van de kant van de internetaanbieder zou geen kwaad kunnen, lijkt me.

Dan ontkom ik er niet aan om nog wat over mezelf te vertellen. Eerst het kleine nieuws: mijn wiskundeboekje is begin deze maand eindelijk uitgekomen. Nu kan ik weer een paar maanden boodschappen doen… De echte doorbraak is mijn nieuwe baan. Sinds begin vorige week ben ik namelijk ambtenaar op het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Een stoer baantje! Mijn collega’s, die al wat langer in het vak zitten, hoor ik luchtigjes vertellen over de bewindspersonen die ze over een specifiek onderwerp moeten adviseren. Het betekent dat de Koolmezen van deze wereld hun oren echt bij ons te luister leggen. Je zit dicht bij het centrum van de macht en dat is meteen ook het nadeel, want Den Haag ligt voor mij niet om de hoek, dus sta of hang ik twee dagen per week een uur en een kwartier in de trein. Heen en terug.

Ik had mijn baan te danken aan een zogenaamde Meet ’n Greet waar ik vorig jaar een keer m’n gezicht op liet zien. Om de een of andere reden leverden de gesprekken met potentieel interessante werkgevers minder dan niets op, maar was een praatje met een dame van een soort bemiddelingsbureau onverwacht succesvol. Afgelopen zomer werd ik ineens aan deze baan gekoppeld. Mijn nieuwe werkgever leek zelfs blij te zijn met mijn komst; zoveel enthousiasme had ik bij eerdere sollicitatiepogingen nog nooit gezien. Het duurde daarna tot de dagen dermate kort waren geworden dat ik zowel ’s ochtends als ’s avonds in het donker op pad was voor ik eindelijk mocht beginnen.

Mijn taak is om CBS-gegevens te analyseren om zodoende het beleid van de overheid te evalueren. De eerste dagen was ik vooral bezig met allerlei administratieve handelingen. Ik werd doodgegooid met wachtwoorden en allerlei ingewikkelde procedures. Om te waarborgen dat de CBS-gegevens niet in verkeerde handen vallen, is het inloggen enorm gecompliceerd. De eerlijkheid gebiedt te zeggen dat het mij zelfs met de juiste codes niet lukte. Iets met een 0 voor een o aanzien, wat bij sommige lettertypes verdomd snel gebeurt, maar waarmee de indrukwekkende veiligheid van het systeem meteen was aangetoond. Tevens kreeg ik een toegangspas, een telefoon en een eigen ov-kaart.

Daar moet natuurlijk wel een flinke tegenprestatie tegenover staan. Vandaag deed ik eindelijk iets nuttigs, maar vanwege een slechte verbinding schoot ik niet echt op, wat me nogal frustreerde. Wel leerde ik met SPSS te werken, waardoor ik met een enigszins voldaan gevoel de trein instapte, waar ik tot aan Gouda moest blijven staan. Bij thuiskomst stond mijn moeder bami voor me te koken. De veranderingen in mijn leven hebben zo hun voor- en nadelen.

11 november 2018

Hamilton wint bizarre Braziliaanse Grand Prix

Twee weken na het binnenhalen van zijn vijfde wereldtitel heeft Lewis Hamilton in Brazilië zijn tiende seizoenszege behaald. Een pislinke Max Verstappen werd tweede, voor Kimi Räikkönen en Daniel Ricciardo.

Op het hobbelige circuit van Interlagos vond de een-na-laatste krachtmeting van het seizoen plaats. Hoewel de titel al vergeven was, was de strijd er op de baan niet minder om. Ondanks de vaak verbeten gevechten ging het er zo nu en dan iets luchtiger aan toe. Zo kreeg Fattle in de vrije trainingen de lachers op zijn hand met een dubbelzinnig radiobericht over een losse schroef in zijn cockpit. “There is something loose between my legs, apart from the obvious.”

Minder hard kon hij een dag later tijdens de kwalificatie lachen toen hij op een moment waar hij het slecht kon hebben naar de kant werd geroepen om de auto te wegen. Ongeduldig reed hij een pylon om en nadat de meting was verricht, had hij zo’n haast om weg te komen dat hij de weegbrug beschadigde. Hij kwam er met een waarschuwing vanaf.

Ook Luis ontsprong de dans nadat hij in een ronde tijd zowel Rijkunnen als Sirotkin in de weg had gezeten, waarbij laatstgenoemde zelfs over het gras moest om uit te wijken. In plaats van zijn excuses voor het misverstand te maken, nam Luis het woord “respectloos” in de mond, al slikte hij dat woord later weer in. Het betekende wel dat de nummers 1 en 2 in het WK naast elkaar aan de race mochten beginnen.

Wie wel een gridstraf kreeg te slikken, was ongeluksvogel Ricciardo toen bleek dat zijn turbo bij de bluswerkzaamheden in Mexico kapot was gegaan. Het betekent dat hij vanuit de middenmoot moet starten, maar dat lijkt hem niet te deren, want al gauw heeft hij in de race de kopgroep weer bijgehaald.

Vooraan controleert Luis het tempo nadat hij bij de start zijn poleposition had verzilverd. Aanvankelijk rijdt hij zeer behoedzaam om zijn superzachte banden niet meteen op te roken en dat geeft Max de kans om sterk op te rukken. Vanaf de vijfde plek weet hij al snel de Ferrari’s in te rekenen, waarna Bottas er ook aan moet geloven. Vervolgens hengelt hij Luis langzaam binnen.

Heel anders verloopt de race voor de mannen uit Maranello, die op de superieur geachte zachte band aan de race waren begonnen en zich stiekem al rijk hadden gerekend. Vooral Fattle is in de openingsfase niet vooruit te branden. Nadat hij bij de start zijn tweede plek al aan Bottas was verloren, viel hij daarna al gauw terug tot achter teamgenoot Rijkunnen en kreeg hij Ricciardo op zijn dak. Hoewel de koplopers dicht op elkaar zitten, blijft de volgorde tot aan de pitstops onveranderd.

Als eerste duiken de Mercedes in de kopgroep de pits in voor nieuwe banden. Ze vallen terug tot in de subtop, aangevoerd door Leclerc en de Haasjes. Het brengt de leiding in handen van Max, die opmerkt dat zijn banden alleen maar beter worden. Desondanks valt hij na zijn stop terug tot achter Luis, die over de boordradio steen en been klaagt over de strategie en de conditie van zijn banden.

Door Max’ stop ligt Ricciardo aan de leiding. Als de Australiër nieuwe banden haalt, neemt Max zijn plekje over door Luis op start/finish finaal voorbij te blazen. Luis geeft zich niet meteen gewonnen, maar als Max de tegenaanval heeft afgeslagen, lijkt hij op weg naar zijn tweede opeenvolgende overwinning.

Max‘ grootste tegenstander blijkt echter niet Luis, Bottas of Rijkunnen te zijn, maar Ocon. De Fransoos laat halverwege de race nieuwe banden omleggen en komt precies achter Max de baan op. Ondanks dat hij een ronde achterligt, valt hij zijn Formule 3-rivaal fanatiek aan. In een poging zichzelf te unlappen zet zijn wagen er in de Senna S buitenom naast. Het had wat weg van de manier waarop Max drie jaar geleden Ocons huidige teamgenoot Pérez inhaalde, maar waar die inhaalpoging goed afliep, eindigt deze inhaalpoging in tranen als de twee elkaar raken en achterstevoren op de uitloopstrook tot stilstand komen.

Beide coureurs kunnen verder, maar door de schuiver raakt Max de leiding kwijt aan Luis. Hij mag nog van geluk spreken dat hij Rijkunnen, die precies op dat moment Bottas voorbijsteekt, voor kan blijven. Hij had dan ook geen goed woord over voor “idioot” Ocon, die de vermoorde onschuld speelde. Wel kreeg de Force India-coureur nog de zelden meer opgelegde stop-and-go-penalty.

In de slotfase van de race probeert Max het gat naar Luis nog dicht te rijden, maar met een licht beschadigde auto lukt dat maar mondjesmaat. Het enige lichtpuntje voor Red Bull is dat Ricciardo de vijfde plek afpakt van Fattle, die kort daarna nogmaals banden laat wisselen. Bottas doet niet veel later hetzelfde, waardoor Ricciardo naar de vierde plek oprukt.

Max weet Luis nog tot anderhalve seconde te naderen, maar het is niet genoeg, dus gaat Luis voor de tiende keer dit seizoen als eerste onder het zwart/wit geblokt door. Achter hen weet Rijkunnen Ricciardo voor te blijven, waardoor de Australiër opnieuw naast het podium grijpt. Op grote achterstand komen Bottas en Fattle over de finish hobbelen, terwijl Leclerc knap best of the rest wordt, voor de Haasjes van Grosjean en Magnussen. Het laatste puntje gaat naar Pérez.

Hoewel Max na afloop redelijk kalm oogt, laat hij de podiumceremonie grotendeels aan zich voorbijgaan. Als hij Ocon na afloop onverhoopt toch tegen het lijf loopt, draait het, zoals verwacht, op een handgemeen uit.

Heel wat gelukkiger was Luis met een van tevoren nauwelijks verwachte zege. Wat zijn 72e zege extra speciaal maakte, was dat het zijn eerste zege als regerend wereldkampioen was. Over twee weken kan hij in Abu Dhabi zijn record van 384 WK-punten in een seizoen uit 2014 aanscherpen. Door het bizarre raceverloop sneeuwde de vijfde achtereenvolgende constructeurstitel van Mercedes wel een beetje onder. In 2019 zal Red Bull met Honda er alles aan doen om die reeks te beëindigen. Dat Ocon dan aan de zijlijn staat, lijkt ze niet slecht uit te komen…

03 november 2018

BSG 2 afgedroogd door Caïssa 2

Op precies dezelfde locatie waar BSG 2 bijna precies een jaar geleden een grote stap zette naar het kampioenschap, zette het nu een grote stap op weg naar degradatie door met 7-1 van Caïssa 2 te verliezen.

Door de nieuwe opzet van de KNSB-competitie is het competitieschema er niet overzichtelijker op geworden. Dat is mede te danken aan clubs als BSG, die ineens met veel meer teams in de zaterdagcompetitie spelen en niet genoeg zaalruimte hebben om alle teams tegelijk thuis te laten spelen. Dit leidt tot bizarre indelingen, waarbij sommige clubs bijvoorbeeld met alle teams een uitwedstrijd hebben, op één team na. Deze ronde was het tweede team van Caïssa het enige team van de Amsterdamse club die thuis speelde. Om zaalhuur uit te sparen, besloten ze op het laatste moment naar de speellocatie van Amsterdam West uit te wijken, waar hun derde team eveneens zou spelen.

De basisschool in het Bilderdijkpark bracht goede herinneringen terug aan de wedstrijd tegen Amsterdam West in de derde klasse van bijna exact een jaar geleden. Destijds brak de kampioenskoorts al voorzichtig uit na de krappe overwinning. 52 weken later was tweedeklasser Caïssa 2 de tegenstander. Hoewel het zonnetje net zo uitbundig scheen als vorig jaar, verschilden de wedstrijden als dag en nacht van elkaar.

Caïssa, de club die bedrogen werd door Jorden van Foreest. Afbeelding: Euwe.nl.

Grootste verliezer van de verandering van de speellocatie was Coen, die nu zes in plaats van vijf minuten onderweg was en dat absoluut niet kon waarderen. Tussen twaalf en twee ging bij hem vervolgens zo’n beetje alles mis wat maar mis kon gaan. “Normaal zitten wij altijd aan deze kant”, merkte een verwarde Sven Pronk op, waarna hij met de staart tussen de benen naar de andere kant van de zaal afdroop en Coen boos zijn naam op het notatieformulier doorkraste. Daarna lukte niets meer bij Coen. Zelfs zijn drinkbeker kon hij zijn wil niet opleggen en tot overmaat van ramp werd hij volkomen van de mat gespeeld door een klein kereltje. In de opening zondigde hij tegen bijna alle gouden regels, waarna de nepgodin hem hard strafte. Nadat hij zich had vergrepen aan een vergiftigde pion, verloor hij een kwaliteit en stond er opeens een witte dame op e8. Nodeloos te zeggen dat de partij daarna niet lang meer duurde.

BSG 2 kwam de vroege klap niet meer te boven, zo wees het vervolg uit. De score liep alleen maar verder op, tot grote vreugde van de thuisploeg die eveneens op bezoek was. Mindere stellingen aan BSG-kant gingen geruisloos verloren, gelijke stellingen ook. Zo probeerde Frans na een slap opgezette partij in het eindspel het onderste uit de kan te halen tegen Rob Witt en kreeg daarbij het deksel op de neus. De enige lichtpuntjes waren de solide remise van teamleider Ruben en de spectaculaire remise van het Apenhoofd. Daar stokte de score, dus werd het 7-1. De shoarma smaakte er na afloop niet minder om, al had de terugreis een beduidend langere gevoelslengte dan de heenreis.

Caïssa 2 (2116) – BSG 2 (2058) 7-1
1. R Witt f (2132) – F Borm m (2141) 0-0
2. R van Arkel (2166) – R Hilhorst (2014) ½-½
3. GJ van der Hoeven (2244) – J de Groote (2206) ½-½
4. M Hoeneveld (2053) – C van der Heijden (2052) 6-0
5. A Steenberg (2109) – Y Brantjes (2071) 0-0
6. P Janse (2087) – T Brouwer (1930) 0-0
7. P Hummel (2100) – R Brouwer (2097) 0-0
8. EJ Straat (2037) – T de Ruiter (1947) 0-0

Over drie weken mag BSG 2 tegen het op papier sterke, doch tamelijk zwak presterende AAS. De kans lijkt klein dat BSG 2 zich dan revancheert voor deze knullige nederlaag, zeker omdat het lijkt alsof het angstspook in het team rondwaart. Kijk maar naar de individuele scores:

J de Groote (2206) 1½ uit 3 +0,21 TPR: 2259
R Brouwer (2097) 1½ uit 3 -0,13 TPR: 2067
Y Brantjes (2071) 1 uit 3 -0,25 TPR: 1999
F Borm (2141) 1 uit 3 -0,59 TPR 1987
R Hilhorst (2014) 1 uit 3 -0,08 TPR 1983
C van der Heijden (2052) 1 uit 3 -0,35 TPR 1957
T Brouwer (1930) 1 uit 3 -0,08 TPR 1899
T de Ruiter (1947) ½ uit 3 -0,50 TPR 1807

BSG 1 revancheerde zich daarentegen knap van de nederlaag van de vorige keer door Het Witte Paard uit Jan-van-gent met 6½-3½ te kloppen, waardoor het team zelfs naar de koppositie oprukte. Daarmee kregen de successen in de Europacup een passend vervolg.

28 oktober 2018

Maxje huilt, Maxje lacht

Het kon bijna niet misgaan en het ging ook niet mis: in Mexico pakte Lewis Hamilton zoals verwacht zijn vijfde wereldtitel, terwijl Max Verstappen zijn vijfde Grand Prix-zege binnenhaalde, voor de Ferrari’s van Sebastian Vettel en Kimi Räikkönen.

Met een hoogte van 2300 meter boven zeeniveau is het Autódromo Hermanos Rodríguez veruit het hoogstgelegen circuit op de Formule 1-kalender. Door de ijle lucht lopen de turbo’s te hard, worden de motoren niet goed gekoeld en liggen de auto’s als dweilen op de weg omdat ze niet genoeg neerwaartse kracht opwekken.

Het was de ideale voedingsbodem voor een verrassend resultaat en dat kwam er in de kwalificatie, waarin Red Bull voor het eerst in vijf jaar beide wagens op de eerste startrij had staan. Een waanzinnige prestatie van het team van Christian Horner, vooral gezien de partymodes waar de Ferrari’s en Mercedes over kunnen beschikken. Tot ieders verbazing stapte Max echter met een gezicht als een oorwurm uit zijn bolide. “The whole qualifying was crap”, liet hij optekenen. Vanwege blokkerende achterwielen kwam hij 26 duizendsten tekort op teamgenoot Ricciardo, die natuurlijk een glimlach van oor tot oor had.

Een dag later is die glimlach overigens al gauw weer verdwenen als hij bij de start slecht van zijn plek komt en niet alleen Max, maar ook de als derde gestarte Luis erlangs ziet glippen. In de chaos in de eerste bochten weet Fattle het gevecht om de vierde plaats in zijn voordeel te beslechten door Bottas op een flinke schouderduw te trakteren. Verderop rijdt Ocon zijn voorvleugel stuk op Ericssons Sauber. Het brokstuk vliegt de baan over en wordt onderschept door Alonso, die daarmee zijn wagen beschadigt en niet veel later stilvalt. Hoewel het wrak niet op een gevaarlijke plaats staat, rukt wel de virtuele safetycar uit.

Ook na de korte onderbreking blijft Max het veld soeverein aanvoeren, voor Luis en Ricciardo. Achter hen laat Fattle een gat vallen, terwijl Bottas wordt opgejaagd door Rijkunnen. De eerste coureur in de kopgroep die problemen met zijn banden ondervindt, is Luis. De gedoodverfde kampioen valt langzaam maar zeker ten prooi aan Ricciardo, waardoor hij al na 11 rondjes zijn ultrazachte banden voor de superzachte banden inwisselt. De rest van de kopgroep doet kort daarna hetzelfde. Alleen de Ferrari’s rijden nog wat langer door, maar nadat Max Rijkunnen de oren had gewast, komen de rode bolides eveneens binnen voor rode banden.

Na de pitstops heeft Max ineens een flinke buffer op Luis, die nog wat tijd achter Rijkunnen had verloren, waardoor hij Ricciardo en Fattle al gauw weer in zijn kofferbak had. Lange tijd zitten de drie aan het elastiek. Pas na de tweede virtuele safetycar, die in het leven was geroepen om Science’ gestrande bolide op te ruimen, slaagt Fattle erin Ricciardo voorbij te steken. Niet lang daarna gaat hij ook Luis voorbij, waarna hij op jacht gaat naar Max.

Wetende dat hij alleen aan een overwinning genoeg had om de titelstrijd eventueel iets langer spannend te houden, rijdt hij het gat naar de Red Bull langzaam dicht. Luis vergaat het heel wat minder. Hij heeft ruzie met de banden en verliest gauw terrein. Nadat hij in een vergeefse poging Ricciardo voor te blijven met rokende banden rechtdoor schiet, laat hij voor de tweede keer een nieuw setje banden omleggen. Fattle en Bottas doen een ronde later hetzelfde, waarna Max ook maar een nieuw setje banden haalt. Hij blijft aan de leiding.

Door de pitstops is Ricciardo naar de tweede plaats opgerukt. Op oude banden slaagt hij er knap in Fattle achter zich te houden. Een dubbelzege lonkt voor Red Bull, dat als enige team in de kopgroep met beide wagens op de superieur geachte superzachte band rijdt. Een onheilspellende rookpluim bij Ricciardo maakt plotseling een eind aan die illusie. Aan het eind van start/finish blaast zijn Renault voor de zoveelste keer dit jaar zijn laatste adem uit. Terwijl de verbouwereerde Australiër uit zijn auto klimt, komt de virtuele safetycar voor de derde keer op de baan.

Voor Mercedes is de neutralisatie het sein om Bottas voor de derde keer van nieuwe banden te voorzien. Door zijn derde bandenwissel ligt de Fin een volle ronde achter. Desondanks ligt hij nog een volle ronde voor Hülkenberg, die in feite de staartgroep aanvoert. Op de hyperzachte band heeft Bottas nog wel de eer om de snelste raceronde te rijden, maar verder dan een vijfde plaats komt hij er niet mee.

Vooraan telt Max de ronden af. Zijn motor heeft hij in de spaarstand gezet en tot opluchting van hem en het hele team houdt de techniek het, zodat hij na 71 ronden als eerste over de finish raast. Fattles tweede plek was niet genoeg om het kampioenschap open te houden. Wel finishte hij voor het eerst sinds eind augustus weer eens voor Luis, die Rijkunnen in de slotfase niet eens meer kon bijhouden en vermoedde dat er echt iets mis was met zijn bolide. Het maakt allemaal niet meer uit, want ook een magere vierde plek is ruim voldoende voor de vijfde titel.

Na afloop zijn er louter lachende gezichten. Max glundert van oor tot oor, terwijl Fattle Luis hartelijk feliciteert met zijn titel. De Duitser wist ook dat hij de titel hier niet verloren had, maar in de afgelopen maanden. In ieder geval bood de snelheid van de Ferrari’s en het geworstel van de Mercedes hem hoop voor de toekomst. In 2019 gaat Ferrari met Fattle en Leclerc opnieuw een gooi doen naar het kampioenschap.

En wat kan Red Bull? De paarse bolides zitten er de laatste races goed bij ondanks hun tamme Renault-motor. Als Honda de hooggespannen verwachtingen volgend jaar kan waarmaken, dan kan Max niet alleen de overwinningen, maar ook de polepositions aan elkaar rijgen. Dat zal de pijn van het missen van het record van de jongste polesitter ooit hopelijk wat verzachten.

Op twee ronden achterstand kwam Hülkenberg als best of the rest binnen hobbelen. Sauber scoorde met beide wagens punten. Leclerc werd knap zevende, terwijl Ericsson negende werd. Omdat Toro Rosso alleen met Gasly een puntje pakte, neemt Sauber de achtste plaats bij de constructeurs over van het voormalige team van Minardi. Vandoorne scoorde met een keurige achtste plaats voor het eerst in een half jaar weer punten.

Verliezer van het weekend was Force India. Ocon kwam door de schade bij de start niet verder dan een elfde plek, terwijl Pérez halverwege zijn thuisrace opeens uitviel. Daarmee deden ze het overigens nog beter dan Haas, dat zijn naam in Mexico wel had mogen veranderen in Slak, want de Ferrari-replica’s finishten als laatste, nog achter de Williams’. Dat mag gerust een afgang worden genoemd.

Voor het eerst sinds 2004 is de titelstrijd in een even jaar voor de laatste race beslist. Over twee weken reist het Formule 1-circus af naar Brazilië, waar de een-na-laatste race van het seizoen op het programma staat. Wie gaat er op Interlagos met de dagzege vandoor? Slaagt Luis er dit jaar nog in om zijn eerste zege als gekroond wereldkampioen te behalen, of gaan de laatste zeges van het seizoen, net als vorig jaar, naar Fattle en Bottas?

26 oktober 2018

6035 dagen

Sinds ik op mezelf woon, kom ik iedere week een dag bij m’n ouders eten. Dat was vanavond niet anders. Het was alleen wel de eerste keer zonder Bonnie, Ewoods poes, die afgelopen dinsdag overleed.

Het ging de laatste jaren al niet meer zo goed met Bonnie, maar de laatste tijd was ze echt hulpbehoevend geworden. Ze woog op het laatst zo weinig dat ze maar met haar pootjes hoefde te wapperen om op te stijgen. Ze was alleen zo stram geworden dat ze amper nog kon bewegen. De tand des tijds had de afgelopen 16 jaar flink huisgehouden.

Bonnie hebben we te danken aan slecht zomerweer. In de laatste week van de vakantie in Frankrijk was het weer bar en boos, dus besloten m’n ouders om een aantal dagen eerder dan gepland naar Nederland terug te keren. Thuis ging m’n moeder vrijwel meteen op zoek naar een kat voor Ewood. De krullenbol had in de jaren daarvoor een paar konijnen gehad, maar die waren allemaal niet ouder dan een paar jaar geworden. Aangezien mijn poes Sheba het toen al zeven jaar op deze vijandige wereld had uitgehouden, wilde hij er ook een.

Al gauw had m’n moeder via een advertentie een nestje gevonden en niet veel later zat ik met haar en m’n tante in de auto naar Weesp geloof ik om een kat op te halen. Op het adres wemelde het van de katten. Volwassen katten, maar ook een heleboel jonkies. Ze renden met z’n allen door het huis heen en de ene was nog leuker dan de andere. De katjes hadden ook allemaal al een naam gekregen. Nadat ze kort afscheid had kunnen nemen van de rest, kregen wij Bonnie mee.

Ewood met Bonnie.

Bonnie leek niet te zijn geïntimideerd door de nieuwe omgeving. Eenmaal thuis begon ze meteen de woonkamer te verkennen en al gauw was ze aan ons huis gewend. Ewood was natuurlijk dolblij met zijn katje. Hij was zelfs zo blij dat hij haar niet eens een andere naam gaf. De eerste nachten moest Bonnie op Ewoods kamer blijven en al snel hadden ze een goede band. De enige verliezer in het verhaal was Sheba, die plotseling flinke concurrentie had. Qua populariteit zou ze het altijd tegen een kitten moeten afleggen, maar tegen Bonnie al helemaal. Iedereen viel namelijk als een blok voor Bonnie, wat Sheba ongetwijfeld nog jaloerser zal hebben gemaakt. Echt hartelijk gingen de katten dan ook niet met elkaar om.

Zo nu en dan lagen de katten vredig naast elkaar op bed.

“Ik denk niet dat Bonnie nog veel groter wordt”, zei mijn moeder begin 2003. Hoewel Bonnie toen nog geen jaar oud was, groeide ze daarna inderdaad niet meer, waardoor ze betrekkelijk klein bleef. Haar geringe afmetingen, haar korte snuitje en haar grote ronde ogen zorgden ervoor dat ze er nog tot op latere leeftijd als een jong katje uitzag. Ogenschijnlijk stond de klok stil voor Bonnie.

Bonnie met de piepjonge Belle (2012).

Dat veranderde overigens toen Sheba begin 2012 overleed. In de zomer van dat jaar nam mijn moeder, nota bene degene die mij ooit aan een hond wilde helpen, zelf een kat. Vergeleken de tien jaar jongere Belle was Bonnie opeens de oude kat. Hoewel de twee het goed met elkaar konden vinden, begon Bonnie geleidelijk aan vitaliteit in te boeten. Geleidelijk ging het licht uit.

Bonnie zoals alleen zij kon liggen.

Toen ik afgelopen week vrijdag de deur achter me dichttrok, bleek ik Bonnie voor het laatst te hebben gezien. Stram en mager was ze, maar er waren verder geen aanwijzingen dat het einde nabij was. Net als bij Sheba kwam het einde toch nog redelijk onverwachts. Het lijfje was op en wilde niet meer. Na 16 en een half jaar kwam er een einde aan Bonnies leven. Op een leeftijd waarop een mensenleven eindelijk tot bloei komt, zit het er voor haar alweer op.

Drinkend uit de “vijver”.

Achteraf gezien is het wel fijn dat Bonnie de naderende verhuizing van m’n ouders niet meer hoeft mee te maken, want met haar gezondheid zou die verhuizing heel zwaar zijn geworden. Met haar 6035 dagen was Bonnie precies 53 dagen korter in leven dan Sheba. Het is bijzonder dat de levensduur twee katten met een totaal andere achtergrond (Bonnie was een zogenaamde labkat, een kat die als kitten allerlei proeven en testjes in een laboratorium heeft moeten ondergaan) en een totaal ander karakter minder dan één procent verschilt.

Lieve Bonnie, bedankt voor de mooie jaren. Je was een geweldige poes en ik weet zeker dat ik nog vaak aan je zal denken. Ik denk dat ik namens iedereen die jou heeft gekend spreek als ik zeg dat je een pootafdruk in onze harten hebt achtergelaten. Wees lief voor Sheba.

Bonnie
15 april 2002 - 23 oktober 2018

22 oktober 2018

F*cking, f*cking Räikkönen!

In Texas kon Lewis Hamilton de titel al binnenhalen als hij zou winnen en concurrent Sebastian Vettel lager dan tweede zou eindigen. Aan die laatste voorwaarde werd voldaan, maar aan de eerste niet, omdat Kimi Räikkönen er verrassend met de overwinning vandoor ging. Hamilton restte slechts de onderste trede van het podium, nog achter Max Verstappen.

Het Circuit of the Americas, dat pas in 2012 aan de Formule 1-kalender werd toegevoegd, is Luis’ favoriete jachtterrein. Maar liefst vijf van de zes races op het uitdagende Tilkedrome wist hij op zijn naam te schrijven. In 2015 behaalde hij er zelfs de wereldtitel. Dat kunststukje kon hij herhalen als hij zou winnen en Fattle niet tweede zou worden. Geen ondenkbaar scenario gezien Luis’ staat van dienst en de matige vorm waarin Ferrari al sinds de zomerstop verkeert.

In Texas was alles anders. Ferrari had wat geflopte upgrades eraf geschroefd en prompt gingen de rode bolides als de brandweer. Desondanks is Luis ze in de kwalificatie nipt te snel af: de pas 39 geworden Rijkunnen komt 8 honderdsten tekort, Fattle 7. De Duitser werd echter drie plekken naar achteren gezet omdat hij in de training te hard had gereden tijdens een rodevlagsituatie, waardoor hij nog achter Bottas en Ricciardo van start ging.

“En Max dan?”, hoor ik u vragen. De Belgische Nederlander moest het vroeg in de kwalificatie voor gezien houden nadat de achterwielophanging als een luciferhoutje afbrak nadat hij bij het uitkomen van een bocht over de zogenaamde sausage kerb was gereden, iets wat de rest ook steeds zonder kwalijke gevolgen deed. Inclusief gridstraf voor een gewisselde versnellingsbak moest hij als achttiende, voor beide Toro Rosso’s, starten.

Ferrari neemt het initiatief

Als de lichten op zondagmiddag doven, razen twintig coureurs als wilde stieren in de rodeoring op de eerste bocht af. De als tweede gestarte Rijkunnen heeft grootse plannen: als enige in de kopgroep is hij gestart op de ultrazachte band, de zachtste band die Pirelli naar het Amerikaanse circuit had meegenomen. De Fin weet het bandenvoordeel te benutten door Luis in de eerste bocht voorbij te steken.

Achter hen gebeurt weer het nodige en onnodige. Zo weten Stroll en Alonso elkaar voor het tweede weekend op rij te vinden. Stroll verkijkt zich volledig op de file voor hem en beert vol in de flank van de McLaren. “These guys are impossible to race with!”, klaagt Alonso, die alleen nog maar zijn terminaal beschadigde auto bij zijn team kan afleveren. Even verderop beukt Grosjean Leclerc achterstevoren, waardoor hij zijn voorvleugel beschadigt, zodat hij aan het eind van de eerste ronde, samen met Stroll, zijn monteurs moet opzoeken.

In de kopgroep is Fattle op oorlogspad, maar als hij Ricciardo de vierde plaats probeert te ontfutselen, staat hij voor de derde keer in vijf races achterstevoren, zodat hij naar de achterhoede terugvalt. Max profiteert dankbaar van de brokkenpiloten om hem heen en vindt zich na een ronde alweer terug in de top 10. Een paar ronden later ligt hij alweer vijfde achter teamgenoot Ricciardo. De vierde plaats krijgt hij ook meteen cadeau als de goedlachse Australiër opeens uitvalt. De marshalls krijgen de paarse bolide niet op tijd aan de kant, dus rukt de virtuele safetycar uit.

Ferrari schiet zichzelf in de voet

Op dat moment ligt Rijkunnen nog aan kop. Mercedes denkt van de neutralisatie te kunnen profiteren door Luis zonder grote tijdverliezen van nieuwe banden te voorzien. Ferrari laat Rijkunnen echter gewoon op versleten banden doorrijden. Binnen vijf ronden zit Luis weer aan de staart van Rijkunnen, die handen en voeten nodig heeft om de viervoudig wereldkampioen achter zich te houden. Als Ferrari hem aan het eind van de 21e ronde naar de pits haalt, valt hij terug naar de vijfde plaats.

Max zit op dat moment Bottas op te jagen. Red Bull besluit een gokje te wagen door Max een ronde na Rijkunnen naar de pits te halen. Hij wisselt zijn zachte banden in voor superzachte banden. De rode banden geven hem klaarblijkelijk een groot genoeg snelheidsvoordeel, want als Bottas een ronde later stopt, keert hij achter de Red Bull terug de baan op.

Op nieuwe banden worstelt Max zich langs Fattle, die even daarvoor als een achterligger aan de kant was gegaan voor Rijkunnen. De Duitser laat meteen nieuwe banden monteren, zodat hij zich weer in de staart van de kopgroep terugvindt. Heel wat beter heeft titelrivaal Luis het voor elkaar: door zijn stop onder geel heeft hij een voorsprong van bijna twintig seconden op zijn naaste belagers.

De rek is eruit bij Luis

Halverwege de race keert de spanning in de race terug als Luis snelheid begint te verliezen. Net als in Oostenrijk zitten zijn achterbanden onder de blaren. Plotseling lopen Rijkunnen en Max hard in op de Mercedes met startnummer 44. Was de Mercedes-strategie om al in de elfde ronde banden te wisselen dan toch te optimistisch geweest? Het lijkt er wel op, want op het moment dat Luis de helft van zijn voorsprong heeft ingeleverd, haalt hij voor de tweede keer nieuwe banden. Hij keert als vierde de baan op. Wingman Bottas laat hem er voor de tweede keer probleemloos langs, waarna Luis jacht maakt op Rijkunnen en Max.

Max maakt op zijn beurt jacht op Rijkunnen. Het gat slinkt langzaam van vijf seconden naar twee seconden. Ondertussen loopt Luis op zevenmijlslaarzen in, maar als hij in de buurt komt van Max, stokt zijn opmars. Ondanks dat de top 3 langzaam in elkaar schuift, kunnen de coureurs elkaar niet echt bedreigen. Rondenlang rijdt de top 3 binnen twee en een halve seconde zonder dat iemand zich het DRS-voordeel kan toe-eigenen.

In de slotfase probeert Luis het dan toch. Hij komt aan het eind van het rechte stuk akelig dichtbij. Van schrik verremt Max zich enigszins, waarna Luis zijn kans ruikt en zijn wagen ernaast zet. Bochtenlang rijden de twee zij aan zij. Max klampt zich vast aan de binnenbocht. Op het punt waar hij vorig jaar op een illegale manier Rijkunnen inhaalde, gaat het nu mis voor Luis, die te wijd gaat en over de uitloopstrook stuitert. Max heeft met het gevecht ook tijd verloren, wat betekent dat Rijkunnen veilig is. Voor het eerst sinds 17 maart 2013 wint de Fin weer een race. En wat voor een! Fucking, fucking Räikkönen! Waarom rijd je niet wat vaker zoals vandaag?

Ze zijn er bijna

De vanuit de achterhoede gestarte Max wist de polesitter eveneens te verslaan, wat alles zei over de vorm waarin hij sinds Monaco verkeert. Fattle deed uiteindelijk nog aan schadebeperking door Bottas in de slotfase nog de oren te wassen, waardoor hij zijn achterstand in het kampioenschap met slechts drie punten zag oplopen. Gezien zijn capriolen bij de start was dat al heel wat, maar het betekent dat Luis aan een zevende plaats in de laatste drie races genoeg heeft voor zijn vijfde titel.

Op grote achterstand finishten de Renaults van Hülkenberg en Science knap als zesde en zevende, waardoor de Franse brigade een megadreun uitdeelde aan Haas, dat voor eigen publiek niet verder kwam dan een negende plaats voor Magnussen, waardoor l’équipe de Günther Steiner alle hoop op de vierde plaats in het constructeurskampioenschap wel kan laten varen. Force India pakte opnieuw met beide wagens punten, al waren de achtste (Ocon) en tiende plaats (Pérez) minder dan wat de afgelopen maanden gebruikelijk was.

Zodoende eindigde de levendige Grand Prix van Amerika met een ongebruikelijke winnaar en kampioenschap dat nog steeds niet beslist is. Er moeten volgende week in Mexico wel hele gekke dingen gebeuren, wil Luis de titel daar niet, net als vorig jaar, pakken.

Naschrift 22 oktober:

Ocon en Magnussen werden na afloop gediskwalificeerd vanwege een te hoog brandstofverbruik. Ocon overschreed de brandstofdebietlimiet in de eerste ronde, terwijl Magnussen over de hele race meer dan de toegestane 105 kilogram brandstof verbruikte. Hierdoor reden Hartley en Ericsson alsnog de punten in.

19 oktober 2018

Bijna perfect uitgekiend

“Wie niet sterk is, moet slim zijn,” dat was de gedachte van het team van BSG in de Europacup in Griekenland die afgelopen week aan de gang was. Dankzij een slimme toernooitactiek eindigden de Bussumse amateurs knap als dertiende, ver voor de andere Nederlandse teams en niet ver achter de wereldtoppers die onderling de prijzen verdeelden. En het had nog mooier kunnen zijn!

Met zeven ronden is de Europacup een betrekkelijk kort toernooi. Om succesvol te zijn is geluk met de indeling en het pieken op de juiste momenten net zo belangrijk als in vorm zijn. Aan die voorwaarden voldeed BSG in Porto Carras ruimschoots: de topteams werden ontlopen en het team kwam steeds beter in vorm. Alleen in de tweede ronde werd (dik) verloren, de andere wedstrijden eindigden allemaal in een overwinning of een gelijkspel. Het team ging iedere wedstrijd beter spelen en maakte met een score van 9 matchpunten verwachtingen waar die er niet waren. Een toptienklassering was zelfs mogelijk geweest als in de laatste ronde de Noorse Nordstrand Sjakklubb was verslagen, maar na een groot aantal gemiste kansen eindigde die wedstrijd in een gelijkspel.

De prestatie wordt nog beter als je het vergelijkt met hoe de andere Nederlandse teams het ervan afbrachten: Kennemer Combinatie werd 31e, LSG 39e, Apeldoorn 42e en En Passant 51e van de 61 teams. Geen slecht debuut! Dan wordt het nu tijd om de helden te eren. Wat voor toernooi hadden de spelers zelf? Hieronder een overzicht.

1. Li Riemersma (2460)

3½ uit 6, TPR: 2506

Als kopman kreeg Li natuurlijk de zwaarste tegenstanders te verwerken, maar hij weerde zich kranig. Dankzij een goede eindspeltechniek wist hij keer op keer bedenkelijke stellingen naar remise te keepen, terwijl hij tegen Twan Burg een vol punt (door schaakblindheid van zijn tegenstander, zoals hij het zelf omschreef) in de schoot geworpen kreeg. Zodoende eindigde hij met een kleine plusscore, al zal hij niet erg tevreden met zijn spel zijn geweest.

2. Robert Ris (2435)

5 uit 7, TPR: 2553

Speelde als enige van het team in alle ronden mee en dat was niet zonder reden, want hij was heel lekker op dreef. Was solide met zwart en levensgevaarlijk met wit (3 uit 3!), waardoor hij zijn tegenstanders vaak al snel knock-out sloeg. Hoogtepunt van het toernooi was zijn overwinning op de Zweedse grootmeester Erik Blomqvist in de laatste ronde.

3. Thomas Willemze (2408)

2½ uit 5, TPR: 2363

Gunde zichzelf als teamleider twee vrije ronden. Begon stroef, maar groeide in het toernooi, al vergat hij zichzelf daarvoor te belonen door in de vijfde ronde een compleet gewonnen stelling alsnog te verliezen. Desondanks eindigde hij nog op 50% door een paar knappe, technische winstpartijen.

4. Lars Ootes (2372)

3 uit 6, TPR: 2305

Liet halverwege het toernooi zien over toverkracht te beschikken door een gelijke stelling te winnen en katachtig uit een slechte stelling te ontsnappen, maar daar stond tegenover dat hij in de laatste ronden weer twee halfjes te weinig scoorde, zodat hij eveneens op 50% bleef steken.

5. Ton van der Heijden (2300)

3½ uit 6, TPR: 2365

Speelde het avontuurlijkst van iedereen en zette iedere keer het bord in brand. Bleef, ondanks de enorme risico’s die hij ogenschijnlijk nam, gewoon ongeslagen. Sterker nog: hij had wel een paar punten meer kunnen en moeten scoren. Twee keer liet hij zijn tegenstander ontsnappen door in een straalgewonnen stelling de zetten te herhalen. Ouderdom?

6. Ewoud de Groote (2292)

1½ uit 6, TPR: 1971

Het was alsof hij in het toernooi telkens tegen een onzichtbare muur opliep. Met zwart kwam hij vaak slecht te staan en met wit kwam hij ook geen barkruk voorbij, waardoor hij op de hoogst bedenkelijke score van 1½ uit 6 eindigde. “Helaas was het niet helemaal zijn toernooi, maar ongetwijfeld komt hij hier sterker uit!”, schreef Robert in het slotverslag bemoedigend.

7. Alexander van Beek (2281)

5 uit 6, TPR: 2298

Had aan het laatste bord de taak de lammen en blinden van de tegenpartij aan de zegekar te binden en deed dat overtuigend en zonder haperingen. Scoorde daarnaast ook nog goed tegen spelers van zijn eigen kaliber, al mocht hij nog van geluk spreken dat hij zijn ongeslagen score in de laatste ronde niet verloor.

De individuele uitslagen.

De verrichtingen van het team waren op de BSG-site goed te volgen. Leuk was dat de spelers ook allemaal een dagverslag aanleverden. Het leverde een grappig mozaïek aan verslagen op, omdat iedereen natuurlijk zijn eigen schrijf- en analysestijl heeft. Als webmaster was het mijn taak om de verslagen op een nette manier op internet te zetten, wat best nog een hele klus was. Hoewel mijn werk er nog tussendoor kwam, is het uiteindelijk wel gelukt, zij het met enige vertraging. De dagverslagen zijn terug te vinden via het overzichtsartikel.

Aan de spelers van het eerste dit seizoen de schone taak om weer in de top 3 te eindigen, om zodoende opnieuw deelname aan de Europacup af te dwingen, want dit smaakt toch naar meer!

14 oktober 2018

BSG in de Europacup

Een futuristisch ogende speelaccommodatie, een strakblauwe hemel, een diepblauwe zee en niervormige zwembadjes: die impressie krijg ik van de Europacup in Porto Carras (Griekenland) waar BSG voor het eerst in de geschiedenis van de partij is.

Ruim drie jaar geleden miste BSG het kampioenschap op een haar, maar plaatste het zich wel voor de Europacup. Een tamelijk unieke gebeurtenis voor een team dat jarenlang tegen degradatie vocht in de meesterklasse. Toen puntje bij paaltje kwam, was echter niemand geïnteresseerd. Een degradatie en een promotie later plaatste BSG zich opnieuw voor het toernooi en ditmaal was het wel raak, dus togen zeven spelers, inclusief aanhang en supporter, naar Griekenland.

De toernooilocatie. Foto: Ton van der Heijden.

Het grootste gedeelte van het meesterklasseteam van BSG is in Griekenland van de partij. Naast teamleider Thomas Willemze, zijn ook Li Riemersma, Robert Ris, Lars Ootes, Ton van der Heijden, Grotovsky en Alexander van Beek aanwezig. Met een score van 2 overwinningen uit de eerste drie wedstrijden is BSG redelijk begonnen, al is de score beter dan het lijkt.

In de Europacup kun je belachelijk sterke teams, met louter wereldtoppers, treffen. Leuk om eens tegen te spelen, maar minder leuk voor je zelfvertrouwen, zoals de teams van Apeldoorn en Kennemer Combinatie ondervonden, die in de eerste ronde met 6-0 van de mat werden geveegd.

Gelukkig doen er ook wat minder sterke teams mee. In de eerste ronde werd BSG namelijk aan het Griekse Chania Chess Academy, een van de zwakste teams in het toernooi, gekoppeld. Uiteindelijk werd de wedstrijd met 5½-½ gewonnen, maar makkelijk ging het niet. Vervolgens ging het mis tegen het op papier gelijkwaardige Team Viking. Ik stel me zo voor dat de Zweden met zo’n helm met van die hoorns aan het bord verschenen. Intimiderend! Ze lieten, zoals echte Vikingen betaamt, geen spaan van BSG heel: het werd 5-1. Daarbij moet worden aangetekend dat BSG wel her en der wat halfjes liet liggen, maar uiteindelijk was de nederlaag volledig terecht. Vandaag ging het met een 4½-1½ zege op het niet overdreven sterke Bois-Colombes weer wat beter.

Een zwarte week voor Grotovsky

Er is dus nog genoeg ruimte voor verbetering. Het zijn soms ook de kleine dingen die het ‘m doen. Doordat BSG zeven spelers heeft voor zes borden, moet er gerouleerd worden. Dat is prettig, want zo kan iedereen een ronde uitrusten. Doordat de spelers, zoals in veel competities gebruikelijk is, in een vaste volgorde moeten spelen, zorgt het wisselbeleid er al gauw voor dat de kleurbalans van de spelers danig door de war wordt geschopt. Om die reden is Grotovsky met drie zwartpartijen aan het toernooi begonnen. Dat was geen al te gelukkige keuze, want nadat hij tegen Charlois Europoort al met zwart van het bord geblazen werd, gebeurde dat nu in twee van de drie partijen weer. In de eerste ronde ontsnapte hij nog.

Anthi-Maria Vozinaki – Grotovsky, stelling na 27…a4!?

In deze scherpe stelling heeft wit een houtje meer. Met zijn laatste zet brengt Grotovsky een opzichtige dreiging in de stelling die wit niet ziet of onderschat. 28.d4? Pb3+! Dat was ook wel gedwongen, maar na 29.Lxb3 axb3 30.Txb3 Txb3 31.cxb3 Dxa3+ had zwart plotseling goede kansen tegen de witte koning. De partij duurde ook niet lang meer, ondanks dat Grotovsky mat in één miste.

Een dag later moest hij tegen iemand van zijn eigen kaliber en werd hij vanuit de opening gigantisch overspeeld. Toch leek hij nog met remise te kunnen ontsnappen toen het voor de tijdnoodfase rommelig werd (zo haal ik ook vaak m’n puntjes binnen, wat dat betreft zouden we broers van elkaar kunnen zijn), maar gaf hij op het moment suprême het verkeerde schaakje, waarna het alsnog gauw einde oefening was.

Vandaag verliep de opening wel naar behoren, maar ging het daarna mis.

Oscar Tardi – Grotovsky, stelling na 22…Tfe8.

Zwart kan tevreden zijn stelling. Zijn stukken hebben mooie velden en wits stelling bevat een hoop zwakten. Dat is leuk, maar als je mat staat, heb je daar weinig aan, zal wit gedacht hebben, dus ramde hij met grof geweld de zwarte koningsstelling uit elkaar met 23.Txf6! Inderdaad krijgt hij na 23…gxf6 24.Df2 een gevaarlijke aanval. Zwart kan daarom beter 23…Lxd5 doen, al blijft wit na 24.cxd5 gxf6 25.Df1 aanvalskansen houden. Grotovsky besloot echter tot 23…Pxd5? en bleef na 24.cxd5 Lxd5 25.Tf4 een stuk achter. Dat bleek te veel, dus moest hij weer een nul slikken.

De individuele uitslagen na drie ronden.

Te zien is dat Grotovsky als enige een TPR onder de 2000 heeft. Het valt te hopen dat Grotovsky in het vervolg van het toernooi wat extra witbeurten krijgt toegespeeld om zelfvertrouwen te tanken.

Kom auf Grotovsky! Laat je niet zo kennen en slacht morgen je tegenstander helemaal af! Lars gaat als een vliegtuig en de rest van het team gaat ook wel goed dacht ik. Alleen Grotovsky is huilen met de pet op. Hervind je vorm weer en speel zoals in de goede oude tijd:

07 oktober 2018

Hamilton domineert in Japan

Lewis Hamilton heeft in Japan zijn vierde zege op rij binnengehaald. Op Suzuka hoefde hij de leiding geen moment af te staan. Valtteri Bottas maakte er een dubbelzege voor Mercedes van, terwijl Max Verstappen beslag legde op de laatste podiumplaats.

Het is inmiddels bijna niet meer voor te stellen, maar iets meer dan een maand geleden was het rijderskampioenschap nog spannend. Dat was voordat Luis een megaslag sloeg in Italië en voordat Ferrari en Fattle begonnen te klungelen. In Japan ging Ferrari rustig op de in september ingeslagen weg door. Het hele weekend deed de rode brigade meer fout dan van tevoren voor mogelijk werd gehouden. Mercedes profiteerde opnieuw dankbaar.

Ferrari klungelt weer eens

Het onheil tekende zich al af in de regenachtige kwalificatie, waarin beide Ferrari’s op de verkeerde banden op pad werden gestuurd. Tel daar nog een stuurfout en een steeds natter wordende baan bij op en je begrijpt dat Fattle bleef steken op de negende plaats. Rijkunnen deed het met een vierde plaats iets beter, maar ook hij had geen antwoord op de Mercedes en Max. Luis profiteerde optimaal van het gestuntel van zijn rivalen door de pole te pakken.

Ook blije gezichten waren er bij Toro Rosso, dat in de thuisrace van motorleverancier Honda beide wagens dik in de top 10 had: Hartley kwalificeerde zich knap als zesde, Gasly was zevende. Daarmee hadden de blauwe bolides het beter voor elkaar dan Ricciardo, die door een motorstoring niet verder kwam dan een vijftiende plaats.

Een zinderende race

Met veel wagens uit positie werd er een spectaculaire race verwacht. De verwachtingen werden meteen al waargemaakt. De door een gridstraf van Ocon als achtste gestarte Fattle rijdt een openingsronde die deed denken aan Max’ openingsronde van vorige week. Zonder enige tegenstand zeilt hij links en rechts langs de B-teams, waardoor hij aan het eind van de ronde al in het kielzog van teammaat Rijkunnen zit. Die zit op zijn beurt de versnellingsbak van Max’ Red Bull te bestuderen, totdat Max zich in de chicane verremt. Hij rijdt met zijn wagen over de gifgroen geschilderde uitloopstrook, om daarna Rijkunnen van de baan te drukken. Fattle profiteert en gaat zijn teammaat voorbij, waardoor hij oprukt naar de vierde plaats.

De vraag was of Max van de stewards zijn plek niet gewoon aan Rijkunnen moest teruggeven, wat hem dus twee plekken zou kosten. Dat gebeurde niet. In plaats daarvan kreeg hij tot zijn ongeloof een tijdstraf van 5 seconden.

Ook niet helemaal zonder schuld was Magnussen, die Leclerc op het rechte stuk van start/finish op het laatste moment afkneep en die actie met een lekke band moest bekopen. Vervolgens moest hij nog een volle ronde met zijn kreupele bolide naar de pits strompelen, waardoor hij de baan verder met brokstukken bezaaide. Het zorgde ervoor dat de safetycar uitrukte.

Fattle draait door

Bij de herstart ziet Fattle zijn kans schoon. Hij komt veel beter dan Max uit de haarspeldbocht, waardoor hij voor Spoon een aanval waagt. Hij gooit zijn wagen in een gat dat er niet is en gaat, net als op Monza, weinig elegant in de rondte, zodat hij naar de laatste plaats terugvalt. Ondertussen laat Ricciardo zien hoe je wel inhaalt, want al gauw ligt hij achter Rijkunnen als vijfde.

Waar Fattle zich opmaakt voor zijn tweede inhaalrace van de middag, maken de koplopers zich op voor hun bandenwissel. Vooral Rijkunnen, die Max steeds verder uit het oog verliest, kan niet wachten om zijn volkomen afgeragde banden in te wisselen. Na zijn stop komt hij achter Science en de Force India’s terug op de baan. Hoewel hij de drie zonder problemen inrekent, verliest hij wel dusdanig veel tijd dat Max hem na zijn stop ondanks zijn tijdstraf gewoon voorblijft. Tot overmaat van ramp blijft zelfs Ricciardo de Fin na zijn stop voor, zodat de Red Bulls derde en vierde liggen.

Achterblijvers

De Mercedes halen kort na elkaar nieuwe banden zonder plaatsen in te leveren. In de middenmoot husselen de pitstops het veld wel flink door elkaar. Fattle kan na zijn stop aan zijn derde inhaalrace van de middag beginnen. Binnen tien ronden werkt hij zich van de zestiende naar de zesde plaats op. Opnieuw zeilt hij links en rechts langs de B-teams alsof het achterliggers zijn.

De koplopers zijn op dat moment al druk bezig de achterblijvers op een ronde te zetten. Het is koren op de molen van Max, die op de gele banden pas echt tot leven komt. Mede door het verkeer weet hij het gat naar Bottas dicht te rijden.

Apathisch

Het gevecht om de tweede plaats wordt kortstondig onderbroken als Leclerc uit de tweede Degner schiet en zijn auto langs de kant van de weg parkeert. De apathisch opererende marshalls komen niet op het idee de bolide door het gat in de vangrail te rollen, dus rukt de virtuele safetycar uit.

Om de een of andere reden laat Mercedes de pitcrew uitrukken, maar als blijkt dat de neutralisatie maar van korte duur is, gaan ze weer onverrichter zake weer hun box in. Bij de hervatting gaat Pérez Grosjean plotseling in de chicane voorbij. De Zwitserse Fransoos baalde als een stekker, want hij had geen flauw idee hoe de Mexicaan ineens zo dicht achter hem kon zitten.

Max zit op zijn beurt aan de staart van Bottas, maar steeds trekt de Mercedes op de rechte stukken een gat naar de Red Bull, dus rest Max slechts de derde plek. De enige vraag die in de slotfase nog van belang was, was of Luis een grand slam zou behalen. Daarvoor moet hij alleen nog de snelste raceronde rijden. Dat lukt niet omdat Fattle in de slotronden nog even gas gaat geven. Het maakte de feestvreugde bij Mercedes er niet minder om, want met zijn negende seizoenszege vergrootte Luis zijn voorsprong in het WK tot 67 punten. Er moeten nu wel heel erg vreemde dingen gebeuren, wil Fattle dit jaar zijn vijfde wereldtitel behalen.

Kampioenschap

Waar Mercedes de vierde dubbelzege van het seizoen binnenhaalde, kon Red Bull redelijk tevreden zijn met de derde en vierde plaats. De vijfde en zesde plaats van Ferrari waren daarentegen zwaar onder de maat. Best of the rest was Pérez, voor Grosjean en Ocon. Het laatste puntje ging naar Science, die Gasly in de slotfase inrekende. Daardoor stond Toro Rosso uiteindelijk alsnog met lege handen, ook omdat Hartley er zoals gewoonlijk weinig van bakte.

Over twee weken kan Luis in Amerika al kampioen worden als hij 8 punten meer scoort dan Fattle. Fattle moet dus minimaal tweede worden om het kampioenschap in leven te houden, iets wat gezien zijn huidige vorm niet al te aannemelijk is.