Gisteravond had ik opeens geen internet meer. Gelukkig was het euvel te verhelpen door de stroomkabel even uit de router te rukken, zodat ik maar kortstondig verstoken was van de lollig bedoelde statusupdates van Hiddo Zuiderweg en de stortvloed aan junkmail. Anders had ik helemaal geen contact meer met buitenwereld gehad.
Vorige week ben ik voor het eerst in mijn leven naar een mesoloog geweest, in de hoop erachter te komen waarom ik de laatste tijd zo sloom en brak ben. Aan het eind van het intakegesprek kreeg ik een aantal dieetadviezen en een lijst met medicijnen of supplementen mee. De mesoloog zou de druppels en pillen zelf bestellen en de apotheek zou ze vervolgens leveren.
Natuurlijk gebeurde dat niet en viste ik dinsdagmiddag chagrijnig een ‘we hebben je gemist’-kaartje uit de brievenbus. “Stomme postbezorgers ook! Ze zijn nog te dom om op een knopje te drukken!”, dacht ik boos. Tot mijn stomme verbazing ging even later alsnog de intercom en had ik een meisje van Hello Fresh aan de lijn. In het Engels legde ze uit dat ze voor de buren kwam en of ik de schuifdeur van de hoofdingang wilde openen. “Zie je wel! Die intercom doet het gewoon!”, dacht ik, terwijl ik op het knopje drukte om de deur te openen.
Een dag later deed de intercom het natuurlijk niet, ondanks dat Ewood zowel bij aankomst als vertrek had aangebeld. Ook op donderdag lukte het zowel mij (door de telefoon een filmpje te laten maken terwijl ik gauw naar buiten ging om bij mezelf aan te bellen) als een buurman het niet om aan te bellen, dus besloot ik maar een mailtje naar de woningbouwvereniging te sturen. Vooralsnog zonder resultaat, ondanks dat meerdere mensen met het euvel lijken te kampen (aan de briefjes met telefoonnummers te zien). Een unieke kans om de telefoonnummers van een aantal best lekkere chicks te bemachtigen, dat wel.
Dan iets heel anders: mijn werktelefoon werkt sinds een week ook niet zo goed meer, dus wilde ik er op woensdag mee op pad. Het ding kon zijn simkaart niet meer vinden nadat ik ‘m een beetje mishandeld had, iets waar ik niet trots op ben. Het ding had alleen wel het bloed onder m’n nagels gehaald door te eisen dat ik m’n wachtwoord moest veranderen, zonder daarbij duidelijk te maken welk wachtwoord. Het resultaat: pas een half uur en heleboel mislukte pogingen later lukte het me dan eindelijk. Een half uur waarin ik verder helemaal niets met m’n telefoon kon doen (behalve ‘m door de kamer smijten), waardoor ik alleen nog maar radelozer werd.
In ieder geval kon ik weer op mijn werkomgeving inloggen. Ik kon alleen niet meer bellen of gebeld worden, waardoor ik maar contact opnam met de ICT-helpdesk. Zij verzochten me om gewoon even met het toestel langs te komen. Dat kon ik mooi op mijn vrije dag doen en dan zou ik daarna nog langs de winkel kunnen om mijn medicijnen op te halen. Zo bedacht, zo niet gedaan, want op de dag zelf voelde ik me te sloom en brak om op pad te gaan. Het pakketje was nog steeds niet op het ophaalpunt bezorgd, dus ging ik maar boodschappen doen om ’s avonds een voedzame maaltijd op tafel te kunnen zetten.
Donderdagochtend toog ik naar het bruisende stadscentrum van Bussum om het pakketje op te halen. Ik begreep toen ook waarom het pakket niet, zoals in de mail stond, door de brievenbus bezorgd kon worden. Daarvoor was het veel te vierkant. In ieder geval had ik mijn medicijnen binnen. Aan het eind van de dag kreeg ik een berichtje van mijn jobcoach. Dat hij had geprobeerd te bellen, maar dat ik niet opnam. Ik mailde nogal belerend terug dat ‘ie beter naar m’n privételefoon had kunnen bellen, omdat ik op mijn werktelefoon niet bereikbaar was, waarna ik het antwoord kreeg dat ‘ie ook daar de voicemail kreeg.
Bij nadere bestudering zag ik een rechthoekige driehoek bovenaan mijn scherm staan, en als je ‘m met je vinger omlaag sleepte, werd de kreet alleen noodoproepen zichtbaar. Radeloos ging ik op onderzoek uit. Wat kon het zijn? Lag het netwerk van T-Mobile plat? Was mijn simkaart verouderd? Uit een bureaulade wist ik nog een extreem oude simkaart en een extreem oude telefoon op te diepen. De oude telefoon vertoonde weinig tekenen van leven en de oude simkaart leek in mijn toestel ook weinig te doen. Ten einde raad besloot ik T-Mobile op Twitter te benaderen.
In afwachting van een reactie zette ik de wifi maar aan op mijn telefoon, waarna ik prompt een bericht van Ewood kreeg. Of ik even wilde bellen, omdat Beppie d’r telefoon ineens met mijn nummer belde. Ze had net een nieuwe simkaart gekregen omdat haar telefoon het begin deze week ineens niet meer deed. Ineens vielen de puzzelstukjes op hun plaats. Haar nieuwe simkaart was kennelijk aan mijn nummer gekoppeld, waardoor ze steeds met mijn nummer belde en ik helemaal niet meer kon bellen.
Zodoende stonden we vanochtend dan op de stoep bij T-Mobile, waar een blonde griet ons van dienst was. Beppie stak meteen een lang en vrij onsamenhangend verhaal af, waarna het meisje ging proberen te achterhalen wat eraan scheelde. Uiteindelijk werd Beppie d’r nieuwe simkaart in mijn toestel gezet, wat nog niet zo makkelijk was omdat die nieuwe simkaarten veel kleiner zijn dan die postzegel die ik had, dus moest dat meisje de simkaart met haar valse nagels in een paar mallen klikken.
Daarna belde ze mijn nummer op om te controleren of alles goed was gegaan (een unieke kans om het telefoonnummer van een best lekkere chick te bemachtigen). Inderdaad ging de telefoon af en daarmee was mijn probleem opgelost. Beppie moest nog langer wachten omdat het niet duidelijk was of haar nieuwe simkaart nu ook echt aan haar telefoonnummer was gekoppeld. T-Mobile had zelf namelijk ook de nodige netwerkproblemen te overwinnen. Zodoende was ik weer enigszins bereikbaar, maar och, wat een klucht.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten