28 december 2020

Weer zilver

Net als in het begin van de coronacrisis ligt de fysieke schaakcompetitie alweer een tijdje stil en net als toen wordt de interne competitie op internet hervat. Vorige week werd op Lichess de eerste ronde van de coronacompetitie gespeeld en vandaag de tweede.

Om tien voor half negen werd vorige week voor het honderd minuten durende snelschaaktoernooi afgetrapt. Zelf had ik een instortmomentje na de maaltijd en besloot ik maar even een uiltje te knappen. Natuurlijk miste ik daardoor het startschot en liet ik met m’n slaperige hoofd amper een goede zet uit mijn draadloze muis glippen. Die nacht had ik meer wakkere momenten dan tijdens het toernooi…

Vandaag ging het tussen acht en tien gelukkig heel wat beter. In de eerste ronde wist ik de gevaarlijke jeugdspeler Daniël Kuijper wat fortuinlijk te kloppen (vorige week gaf ik tot tweemaal toe een halfje tegen hem weg in het eindspel), waarna ik tegen mijn andere angstgegner mocht: de studentikoze Iskander Schrijvers. Opnieuw kwam ik met zwart verkrampt te staan, maar gelukkig voor mij gaf hij daarna een paar pionnen weg en dacht ik het puntje rustig te drukken.

Iskander Schrijvers – Apenhoofd. Stelling na 37.e6.

Hup, dames eraf en het is gedaan, dacht ik, dus deed ik vrolijk 37…Dd5+ (waarom ik 37…f5 niet zag, weet ik niet). Er volgde uiteraard 38.Dxd5 cxd5 39.exf7+. Onnadenkend ramde ik het pionnetje eraf, om me meteen daarna te realiseren dat het een gigantische blunder was. 39…Txf7+ 40.Ph6+ en de stukken konden weer in de doos. Juist was natuurlijk 39…Kg7 en misschien wint zwart het dan wel.

Ik was niet te genieten na de partij en nadat ik de nodige keelklanken had uitgestoten en de kat het huis uit had geschopt, zag ik ineens dat ik opnieuw was ingedeeld en dat ik nog een paar seconden had om een zet te doen. Het voelde ongeveer zoals een paar maanden terug, toen mijn geraniums tijdens een storm in slow motion van de stelling vielen. Ik zag het gebeuren, maar ik kon de naderende ramp niet meer afwenden. Net op het moment dat ik een zet wilde doen, ging ik door mijn tijd en had ik er nog een nul bij.

Door de reglementaire nul was ik zelfs even uit het toernooi gezet. Nadat ik me weer had aangemeld, duurde het een eeuwigheid voor ik weer een nieuwe tegenstander kreeg. In ieder geval was ik klaarwakker en werkte ik me door een reeks zeges weer naar de kopgroep. Daarbij kreeg ik hulp van Daniël, die door een mouseslip een stuk wegblunderde. Na een tijdje te hebben nagedacht, besloot ik het stuk toch maar te pakken, waarna hij opgaf. Het ontlokte spelleider Ewood (unBEARableBEAR) tot de uitspraak dat m’n muis veel te gevoelig stond afgesteld. Pas een paar partijen later kwam hij erachter dat niet ik, maar Daniël het stuk had weggegeven. Mijn muisbeheersing is immers nog altijd ongeëvenaard in de familie.

In de tussentijd wist ik onder anderen Iskander en FM Henk aan de zegekar te binden, waardoor ik er toch ineens goed voor stond. Terwijl de klok de laatste minuten van het toernooi zat weg te tikken, mocht ik nog een keer tegen FM Henk. Na een harde strijd leek er een remiseachtig eindspel op het bord te zijn gekomen, waardoor ik maar remise aanbood, zodat we allebei op de valreep nog een puntje aan ons totaal konden toevoegen. Henk speelde door en verloor nog, maar omdat het toernooi inmiddels was afgelopen, telde dat resultaat niet meer mee, dus won Ewood met 22 punten.

De krullenbol had ditmaal geen last van een uitvallende internetverbinding of van zijn eigen gepruts, dus mocht hij de grootste beker (met de kleinste oren) in ontvangst nemen. Met een gelijk aantal punten eindigde ik als tweede, vermoedelijk vanwege iets triviaals als TPR. FM Henk eindigde als derde op twee punten achterstand. Daarna was er een groot gat naar het peloton, aangevoerd door Iskander.

De eindstand. Ik ben dus 2012.

In ieder geval ging het honderd keer beter dan de vorige keer, dus was ik tevreden. Maar na, net als afgelopen week met onder andere koehandel, steeds het zilver te hebben opgehaald, had ik wel weer een keer goud willen winnen. Gelet op hoe spannend het uiteindelijk nog was, had het ook echt gekund. Die reglementaire nul tegen Bert Arp heeft me achteraf dus wellicht de das omgedaan. Volgend jaar beter dan maar.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten